'All my life girl, people treat me bad. But my next love will be the best I ever had…'
Op Our love, het zevende studio-album van de uit Ontario afkomstige Dan Snaith (1978), wordt opvallend veel gedanst met tranen in de ogen. De plaat loopt tekstueel uiteen van euforie die weinig woorden nodig heeft tot droeviger en melancholischer momenten. In de vier jaar sinds het vorige album Swim is in Snaith's leven het nodige veranderd. Hij kreeg een dochter en zag zijn directe omgeving veranderen. 'De leeftijd waarop je kinderen krijgt is dezelfde periode waarin mensen uit elkaar gaan. Twee van mijn beste vrienden zijn het afgelopen jaar gescheiden en er zijn ook mensen in mijn directe omgeving overleden. Ik wilde de medaille van twee kanten belichten.'
Dan Snaith (Caribou) over 'dansbare dertigersplaat' Our Love
Canadees wilde 'geen insulair, diep-in-de-studio gevoel'
Caribou, dat deze zomer op Pitch en Best Kept Secret speelde, heeft een nieuw album: Our love, een 'dansbare dertigersplaat'. Frontman Dan Snaith laat het echte leven steeds meer toe in zijn muziek.
Swim (2010) zorgde voor een plotselinge groeispurt in een carrière die zich daarvoor enigszins in de marge afspeelde. Caribou maakte liefhebbersmuziek, maar de prijsnummers 'Odessa' en 'Sun' groeiden uit tot heuse festival anthems. Caribou, op het podium dan al geruime tijd een viermansband, werd zelfs door Radiohead mee gevraagd als voorprogramma in Europa en Zuid-Amerika. Door het dansbare karakter van Swim kreeg Snaith ook steeds meer aanvragen voor dj-sets, die hij onder de naam Daphni ging draaien. In 2012 verscheen onder die naam ook het album Jiaolong, met remakes en edits van moeilijk vindbare, voornamelijk Afrikaanse muziek.
Helemaal uit beeld was Snaith dus niet, maar 'Can't do without you' was begin juni na vier jaar wel het eerste teken van leven van Caribou. De dromerig dansbare track groeide uit tot een van de festivalhits van de zomer, zoals te horen op Pitch en Best Kept Secret.
Snaith: 'Toen ik "Can't do without you" maakte kon ik al niet wachten om het te spelen voor een groot publiek. Het heeft een soort van weids, vooruitkijkend gevoel. Ik hoopte dat mensen er een connectie mee zouden krijgen.'
Wonderbaarlijk
Voor Snaith was dat het belangrijkste doel van dit nieuwe album. 'Ik wilde geen insulair, diep in de studio weggedoken gevoel. Door Swim kreeg ik een andere connectie met mijn publiek. We speelden op steeds grotere podia, mensen begonnen mee te zingen en nummers te herkennen. Dat was me nog niet eerder gebeurd.'
Het kan er ook mee te maken hebben dat de muziek voor Snaith zelf ook persoonlijker is geworden. 'Vroeger waren het meer mensen die kwamen zeggen dat ze m'n muziek goed vonden omdat ze dezelfde smaak als ik hadden. Het gaat nu juist meer over dat ze verliefd zijn geworden tijdens het luisteren naar Swim, of dat een bepaald nummer de soundtrack van hun zomer is geworden. Het is wonderbaarlijk dat het me zo lang heeft gekost om te snappen dat dat eigenlijk heel speciale dingen zijn die je kan bereiken als artiest.'
Muzikaal is Our Love ook directer en dansbaarder. Waar hij zich vroeger misschien nog wel verschuilde achter veel echo en psychedelische trucjes, is Snaith nu ook niet bang om meer voor de hand liggende geluiden te gebruiken. In het laatste deel van de titeltrack bijvoorbeeld, waarin hij overduidelijk verwijst naar een klassiek synthesizergeluid zoals bekend van de houseklassieker 'Good life' van Inner City. 'Ik wist op het moment dat ik het inspeelde dat ik daar aan refereerde, dus ik heb het er bijna uit gehaald. Ik weet hoe ik iets moet maken wat "makkelijk" werkt, dus er is altijd die spanning.'
Verdwalen
Snaith's vader is wiskundige en het leek ook de route die zoon Dan zou volgen. In 2005 haalde hij zijn doctoraat aan het Imperial College in Londen. Toch koos hij uiteindelijk een ander pad. Een wiskundige formule om muziek te maken heeft hij niet. 'Voor mij is juist het mooie aan muziek dat het heel direct is en dat je nooit precies kan uitvogelen waarom een nummer je een bepaald gevoel geeft.' Voor de meeste mensen is wiskunde iets heel droogs en formule-achtigs. 'Ik vond er eerlijk gezegd eerst ook niks aan. Maar als je er op de universiteit mee aan de slag gaat, kom je heel snel in de richting van de pure wiskunde. Het wordt veel intuïtiever, poëtischer en filosofischer. Het aantrekkelijke is dat je verdwaald raakt in een wereld van gedachten, zoals je bij muziek maken verdwaald kan raken in een wereld van geluid. Wiskunde is juist muzikaler dan andersom."
Wiskunde op zo'n hoog niveau zou je eerder kunnen vergelijken met jazz. 'Er lopen zeker wat figuren rond die meer een soort Sun Ra zijn. Het vak trekt een behoorlijk raar soort mensen aan die juist heel erg buiten de regels aan het denken zijn. Obsessieve types die willen verdwalen in die wereld.'
Zijn doctoraatbegeleider was een grote fan van psychedelische trance. 'Hij heeft de hele Britse Summer of Love in 1989 meegemaakt en stond op al die illegale feesten. Hij is een van de meest far out mensen die ik ooit heb ontmoet. En hij snapte wat ik met mijn muziek deed, dat was ook handig.'
Persoonlijk
Snaith woont inmiddels bijna vijftien jaar in Londen en zijn connectie met de muziekscene is hecht. Een van zijn beste vrienden is Kieran Hebden, a.k.a. Four Tet, die Snaith aan zijn eerste platendeal hielp. Ze wonen bij elkaar om de hoek.
Interessant genoeg werkt Snaith op Our love juist weer samen met twee Canadese artiesten: Jessy Lanza en Owen Pallett. 'Ik ben al ruim tien jaar vrienden met Owen, en Jessy komt uit dezelfde stad als ik. Ik wilde muziek maken die persoonlijk is en het is belangrijk voor me dat de mensen waar ik mee samenwerk al onderdeel van mijn leven zijn.' Lanza is de enige andere stem op Our love. Snaith zingt de rest zelf, maar hij noemt zichzelf nog steeds geen zanger. 'Ik ben pas tien jaar geleden gaan zingen. Ik realiseerde me al snel dat ik geen geweldige zanger ben. Maar veel muziek die ik prachtig vind, is niet per se prachtig gezongen. Arthur Russell bijvoorbeeld heeft een van mijn favoriete stemmen. Een heel eigen stem, maar niet per se een echte zanger.'
Snaith was lang onzeker over zingen op een podium. 'Ik leer de dingen die ik mooi vind aan mijn eigen stem en wat het kan toevoegen aan de muziek, steeds meer waarderen. Ik wist dat de songs het nodig hadden. Het maakt de muziek persoonlijk, maar het heeft lang geduurd voordat ik daar mijn eigen stem in heb gevonden.'