Nieuwe businessmodellen: van platenbaas naar Handelaar in Schone Kunsten

Britse labelgoeroe Alan McGee verklaart zijn label dood

Allan McGee verklaarde onlangs zijn label Poptones dood. McGee, ontdekker van Oasis, maakte ooit furore met zijn label Creation. Nu pleit hij ervoor dat alle macht bij de artiesten terechtkomt. Met behulp van echte muziekliefhebbers als boekers, managers en sponsors moet een band een gouden toekomst tegemoet kunnen gaan. 3VOOR12 polst Nederlanders op zoek naar een nieuw businessmodel.

Britse labelgoeroe Alan McGee verklaart zijn label dood

Het Britse label Poptones stopt ermee. Geen groot label, dus eigenlijk geen groot nieuws. Toch wel, want Poptones was het speeltje van Alan McGee, de ontdekker van Oasis die later furore maakte met het label Creation. In een blog-bijdrage op de site van The Independent pleit McGee er voor dat bands zelf alle rechten beheren en dat muzikanten een gouden toekomst tegemoet gaan dankzij de hulp van echte muziekliefhebbers: managers, agenten en sponsors. Platenmaatschappijen zijn in McGee’s visie overbodig, want je zou als artiest gek zijn als je de platenbaas betrekt bij je optredens of T-shirt verkoop.

Kees de Koning van hiphop label Top Notch vindt het betoog van McGee ‘bijna goed’. De Koning is als platenbaas ook betrokken bij een boekingsbureau, een T-shirt bedrijf en een publishingbedrijf: “Het vreemde is dat McGee zichzelf als labelbaas en niet als muziekliefhebber ziet. De meeste labels ontstaan uit liefde voor de muziek. Maar hij heeft absoluut gelijk dat een platenmaatschappij het met alleen cd’s verkopen niet meer redt. Het is een spannende tijd: er verschuift veel.” Ook Ferry Roseboom van Excelsior ziet het zo, maar noemt het ‘lullig dat McGee er op zo’n manier tussenuit knijpt’: “Want om nou te zeggen dat er memorabele muziek is uitgekomen op Poptones.”

Roseboom heeft dezelfde ervaring als De Koning en ziet zichzelf ook als ondernemer nieuwe stijl: “Ik ben nu handelaar in schone kunsten. Met alleen het uitbaten van een mastertape kom je er tegenwoordig niet meer. Je moet op meerdere vlakken te werk gaan. Kunstenaars hebben handelaars, managers, schnabbelaars en tussenpersonen nodig. Ze kunnen alles natuurlijk ook zelf doen, maar dan houden ze geen tijd meer over om te doen waar ze echt goed in zijn: kunst maken. Alleen Jack White lukt het om alles in eigen hand te houden.” Natuurlijk zijn muzikanten dankzij YouTube en MySpace een stuk zelfstandiger geworden, vertelt Roseboom. “Maar alleen genremuziek met echt een eigen scene als gothic of drum ‘n’bass verkoopt zichzelf bijna geheel via internet. Maar wil je bijvoorbeeld met je liedje op de radio, dan heb je iemand nodig die naar de radio gaat. Wil je T-shirts verkopen moet je een bedrijfje hebben, wil je op internet verkopen, heb je een webwinkel nodig en wil je optreden, heb je een boeker nodig. Als je het allemaal als band zelf wilt doen, heb je daar dus een dagtaak aan.”

De Koning kan zich vinden in McGee’s idee dat het inderdaad de liefhebbers zijn die de veranderingen binnen de industrie kunnen bewerkstelligen: “Niet de accountants. De artiesten zelf zijn ook veel verder dan de business. Zij hebben de ideeën die de industrie juist moet omarmen. En zo ben al jaren op zoek naar nieuwe businessmodellen, maar besefte niet dat dat zo heette. Het komt er op neer dat je investeert in een goed idee: je hebt geld nodig om iets te doen en dat moet ook weer ergens terugverdiend worden. Als je aan de basis van een idee staat, kijk je natuurlijk wel hoe de verdeelsleutel is.”


Marcel Alberts van managementkantoor White Mountain vindt het jammer dat een smaakmaker als McGee er mee stopt’. Alberts springt in op die behoefte van bands om begeleiding te krijgen binnen de industrie en veel werk uit handen te nemen. Hij ziet een verschuiving van alle losse taken naar een totaalaanpak: “Wij merken dat artiesten graag met één partij samenwerken. Dat scheelt een hoop gepraat. Maar ik geloof er niet in dat echt elke beslissing bij een man ligt. Want wie zit hem achter de vodden?”

Het verdwijnen van cd’s en release-data ziet Alberts niet direct gebeuren: “Alle partijen binnen de industrie richten zich daar nog op. Er wordt altijd gevraagd wanneer het album verschijnt. Maar de tijd dat grote platenmaatschappijen geld verdienden aan de concerten en T-shirts van grote artiesten, is voorbij. Artiesten bleken niet achterlijk en dachten: dat kan ik zelf ook.” Maar bands willen zelf gewoon niets met de boekhouding, het boeken van shows en de marketing te maken hebben. En daarmee is de macht bij managers, boekers en artiesten komen te liggen.

Roseboom heeft nog geen direct antwoord op de veranderende situatie. Feit is dat hij van sommige albums te weinig verkoopt: “Die kleine bands zijn juist ‘the love of my life’. Ik heb nooit overwogen om Scram C Baby of Meindert Talma niet uit te brengen. Die moet je gewoon doen. Je hebt Spinvis en Fixkes om die verliezen goed te maken. Gelukkig krijgen we tegenwoordig een stukje van de publishing van Alamo Race Track. Want alleen met de verkoop van dat album zouden we er niet komen. Langzamerhand wordt een cd een promotiemiddel om de band live weg te zetten.” Dat zegt ook De Koning: “In de toekomst is het mogelijk dat we van een artiest geen cd uitbrengen, maar wel een T-shirt. Het vinyl en de cassette hebben we ook al zien verdwijnen.”