Haar lichaam probeerde haar te vermoorden. Zo voelde het voor Aysha de Groot alias Meis. Haar debuutalbum vol betoverende fluisterindie draait om de zware operatie die haar leven moest redden, maar haar ook doodziek maakte. Uiteindelijk wist ze haar lichaam weer te temmen… door te leren paaldansen. ‘Dat is mijn redding geweest.’ Vanavond presenteert Meis Zwart/Wit in 3voor12 Radio.

Zo’n vijf jaar sleutelde ze aan haar prachtige debuutalbum. Vijf jaar! Al toen ze in het ziekenhuis lag – haar gehele maag was preventief verwijderd, haar slokdarm werd verbonden aan haar dunne darm – en eigenlijk nergens anders puf voor had, krabbelde ze in haar dagboek teksten. Al terwijl ze in het tuinhuisje van haar vader langzaam revalideerde, vulde ze de teksten in met akoestische gitaren en piano. En in de jaren die daarop volgden werkte ze secuur verder. Je kunt immers maar één keer debuteren. En het verhaal van Zwart/Wit, dat wist Aysha de Groot (30) meteen, dat moest ‘m worden. Ze maakte een hele planning, en het plan was om in het weekend van Neerlands belangrijkste showcasefestival Noorderslag te releasen, daar waar de hele muziekindustrie samenkomt.

En toen… ‘Toen werd ik niet voor Noorderslag geboekt! Ja, dan leer je ook maar meteen dat je niet zo arrogant moet zijn om te denken dat je daar wel staat. Ik vond het heel frustrerend: ik stond tien jaar geleden voor het eerst op Noorderslag met mijn vader en mijn opa. Ik heb er met Avi on Fire gespeeld, en met Eefje de Visser. Maar nooit met mezelf. Ik zat met mijn handen in het haar. Ik was boos, teleurgesteld. Help, wat nu? Ik wil niet jaloers zijn naar andere acts. Die verdienen het net zo hard om daar te staan als ik. Maar het eerste dat ik dacht: wat heb ik fout gedaan? Wat mis ik, wat zij wel hebben?’

Een zucht. ‘Ik ben al 30. Weet je waarom ik zo lang heb gewacht met mijn debuut uitbrengen? Niks bij mij is ooit vanzelf gegaan. Ik heb met hakken over de sloot het gymnasium gehaald. Als ik één tiende lager voor iets had gehaald, was ik gezakt. Ik heb drie keer auditie moeten doen voordat ik werd aangenomen voor het Conservatorium van Amsterdam. Het was altijd kielekiele. En niet omdat ik er niet hard voor werkte! Dat gevoel heb ik mijn hele leven al: ik ben nét niet interessant genoeg. Ik kan nét niet de legacy van mijn opa Boudewijn de Groot op me nemen, ik kan het net niet waarmaken. Dat stemmetje in mijn hoofd is er altijd, en daarom duurde het zes jaar om mijn album te maken: het moest meteen de allerbeste plaat ooit worden.’

Aysha de Groot

1993: geboren in Amsterdam

2013: studeert aan Conservatorium van Amsterdam

2014: speelt met haar opa Boudewijn de Groot op Noorderslag

2017: speelt met Avi on Fire op Noorderslag, studeert af van Conservatorium van Amsterdam, wordt geopereerd

2018: wint Mooie Noten, doet mee met de Popronde, wordt lid van de band van Eefje de Visser

2019: lid van de band van Someone

2020: debuut-EP Een als Meis

2024: brengt debuutalbum Zwart/Wit uit

Een adembenemend mooie plaat

Goed nieuws: Zwart/Wit is echt een adembenemend mooie plaat geworden. Muzikale inspiratie vond Meis enerzijds in de zachtmoedige elektronica van Nils Frahm, Rival Consoles en James Blake, aan de andere kant in de indierock van St. Vincent, Bon Iver, Big Thief, Sharon van Etten en Clairo. Het resultaat: warmbloedige Nederlandstalige fluisterindie met diepe sub-bassen en een enkele zwaar overstuurde gitaarsolo, waarbij ze schakelt tussen licht en donker en de synthesizers soms opeens de overhand nemen. ‘Ik wilde aanvankelijk hele lichte liedjes maken die meer akoestisch zouden blijven, en zwarte liedjes die heel elektronisch zouden worden. Uiteindelijk is dat wat meer door elkaar verweven, we hebben daar best wel mee gepuzzeld.’

De ASMR-knisperbeats (‘ik heb ook gewoon het gekraak van broodzakjes en kettingen opgenomen’) maakte ze met Nicky Hustinx, de drummer/producer die veelvuldig werkte met Weval en Wende. Aysha zelf staat al jaren op het podium in de Bitterzoet-band van Eefje de Visser, en zong ook veel mee met Someone. En verder hoor je af en toe Morris Kliphuis, een hoornist die ook werkte met Lucky Fonz III, Luwten, Pitou en in een verder verleden: Kyteman. ‘Hij is gewoon een rockster met de hoorn, hij woont tegenwoordig in Berlijn en was toevallig een weekje in Nederland. Ik heb een enkel nummer voor hem gearrangeerd, verder hebben we heel veel liedjes aangezet en gezet: go ahead, speel maar wat. Nicky en ik hebben zijn partijen helemaal aan gort geknipt, achterstevoren afgespeeld, er effecten overheen gegooid.’

(tekst gaat verder na de foto)

Een conceptalbum in drie delen

Zwart/Wit is best een conceptalbum te noemen, dat grofweg drie periodes beslaat: de aanloop naar de operatie, de tijd in het ziekenhuis en het herstel achteraf. Openingsnummer ‘Rond’ begint bij het moment dat haar moeder plotseling ernstig ziek wordt, op het moment dat Aysha de Groot pas acht jaar oud is. Haar moeder was op dat moment de directeur van poppodium Boerderij in Zoetermeer, en inmiddels gescheiden van haar vader, de muzikant Marcel de Groot (en zoon van Boudewijn de Groot). ‘Zij was een hele stoere, sterke vrouw. Hij is, net als ik, een beetje een emotioneel wrak soms. Wij kunnen al janken om een deuk in een pakje boter. Hij worstelde met een depressie, een erfelijk ding bij ons, en dat huwelijk liep stuk. Maar toen mijn moeder ziek werd, kwam mijn vader weer bij ons wonen om voor ons drieën te zorgen. Heel knap hoe ze dat werkbaar voor ons hebben geprobeerd te maken.’

‘Het is heel cru hoe ik erachter kwam dat mijn moeder kanker had. Een vriendinnetje van me op school had dat van haar moeder gehoord, die weer bevriend was met mijn moeder. Zij kwam naar me toe en zei: “Mijn mama zegt dat jouw mama kanker heeft.” Ik kan me nu voorstellen dat dat voor mijn ouders een ramp moet zijn geweest. Ik denk dat ik daardoor zo boos ben geworden dat ik haar al wegduwde, al emotionele afstand heb genomen. Ik heb helemaal niet zoveel foto’s en video’s van haar, maar wel een klein stukje film waarop ik zie dat zij contact met mij probeert te maken, en ik juist een beetje onbenaderbaar was. Ik vind dat heel pijnlijk om te kijken. Ik kan me goed voorstellen dat een kinderhoofd zo werkt, maar met terugwerkende kracht denk ik: wat moet dat haar hebben gekwetst.’

‘Het nare is dat hetzelfde vriendinnetje op de dag van haar overlijden naar me toe kwam: “Mijn mama gaat vanavond naar jouw mama, want zij zegt dat jouw mama vanavond doodgaat.” Dat wist ik dus ook niet. Het eerste wat ik me daarna herinner, is dat mijn vader de dag daarna aan mij en mijn broertje wilde vertellen dat mama er niet meer was. En wij een beetje onverschillig reageerden: “Jaja, dat weten we wel.” Maar tegelijkertijd heeft het lang geduurd voordat ik snapte wat dat betekende, dat ze dus écht niet meer terugkwam. Ik heb veel liedjes over die ontkenningsfase geschreven.’

Ook Aysha’s oma is op jonge leeftijd overleden, al toen ze 29 was. ‘Dus toen ik 18 werd, moest ik gaan testen of het om een erfelijke vorm van kanker ging. Inderdaad, ik bleek een gendrager, de kans dat ik ook kanker zou krijgen, was 70 tot 80 procent. De enige optie was: je hele maag moet preventief verwijderd worden.’

Hoe incasseerde je dat nieuws?
‘Ik kreeg meteen watten in mijn hoofd, ik registreerde niks meer. Ik was met mijn vader, en volgens mij reageerden we heel kortaf: “Oh.” Pas toen hij even koffie ging halen, en ik alleen met de arts zat, begon ik heel erg hard te huilen. Ik praat er nu heel makkelijk over in interviews, maar vind het nog steeds ingewikkeld om met familie te praten. Ik wil niemand tot last zijn. En ik wilde de operatie uitstellen: mag ik eerst mijn studie afmaken? Dat mocht, maar ik moest wel jaarlijks op controle.’

Het lijkt me heel lastig om dan nog zorgeloos te studeren en wild te dromen over de toekomst.
‘Ja, je hebt toch een soort zwaard van Damocles boven het hoofd hangen. Ik ben daardoor altijd wat voorzichtiger geweest. Wat stom is: je zou ook kunnen besluiten om alles meteen te willen doen, het leven ten volste aan te grijpen. Ik ben in mei 2017 afgestudeerd en wilde nog één vrije zomer. De kroeg in, vrienden zien, leuke dingen doen, misschien zelfs op vakantie. Bij de laatste controle in die tijd kreeg ik te horen: we hebben beginnende cellen gevonden, dus het is tijd om over de operatie te gaan praten. Ik heb die zomer nog één optreden met Meis kunnen doen, en nog effe heel veel gewerkt om een buffertje te creëren, omdat ik ZZP’er ben en er dan helemaal niet zoiets als een ziektewet voor je is. Ik ben ook echt boos geweest op de artsen: waarom is er nog geen cure?! Ik heb heel lang gehoopt dat ik opeens te horen zou krijgen: “Oh ja, je hoeft niet meer geopereerd te worden, alles komt goed.”’

Maar je moest toch onder het mes.
‘Ja. Die tijd in het ziekenhuis was erg heftig. Ik lag in het Antoni van Leeuwenhoek, een ziekenhuis en onderzoeksinstituut gespecialiseerd in kanker. De patiënten dragen dus ook bij aan het doen van onderzoek, maar soms had ik het gevoel dat ik daardoor niet als mens werd gezien, als patiënt van 24 die het allemaal best wel heftig vond, die het trauma herbeleeft van haar moeder in het ziekenhuisbed. Ik werd ook nog eens te vroeg uit het ziekenhuis ontslagen, en moest na een dag helse pijnen weer opnieuw opgenomen worden. Toen was er alleen nog maar plek op de longafdeling. Ik kwam daar te liggen, en om me heen lagen mensen die ziek waren van de chemo, om me heen gingen de hele tijd mensen dood. Je hoort iemand rochelen en hoesten, ineens gaan er allemaal alarmbellen af en is er weer iemand die het niet heeft gered. Het was zo naar. Los van de fysieke pijn en narigheid is vooral dát in mijn geheugen gegrift. Ik heb me daar heel schuldig gevoeld dat ik kostbare tijd van verpleegkundigen in beslag nam, terwijl al die mensen om me heen veel zieker waren dan ik. Ik was natuurlijk eigenlijk helemaal niet ziek. Ik ging er gezond in, en kwam er belabberd uit.’

En toen?
‘Ik moest binnen drie maanden weer aan het werk, zo had ik het ingepland. Ik kreeg een sonde, een blits paars rugzakje waar vloeibaar eten in zat dat rechtstreeks mijn buik in ging. Ik werd daar helemaal gek van en heb het ziekenhuis gebeld: mag-ie eruit? Ja, in principe wel, maar het was kerst, dus er was geen enkele dokter beschikbaar. Toen heeft mijn stiefmoeder - ze is dierenarts - op de keukentafel die sonde eruit gesneden op kerstavond. Yes, ik mag meedoen aan het kerstdiner!’ Lachend: ‘Ik heb één biet gegeten. Dat was mijn kerstdiner.’

(tekst gaat verder na de foto)

Op ’Spijt’ biedt je constant je excuses aan aan de mensen om je heen: sorry dat ik me niet goed voel. Sorry dat je naar mij moet komen. Sorry dat het parkeren bij het ziekenhuis zo duur is.
‘Ja. Het spijt me dat je dit allemaal voor mij moet doen, het spijt me dat ik nog steeds niet beter ben. Ik ben verloofd, ik vind het vreselijk om aan mijn aanstaande te moeten vragen: “Mop, ik heb weer last van mijn suikerspiegel, kun je even een stukje chocola aangeven?”’

Je zingt ook ‘dat ik mij jouw moeite niet waard vind’, dat kwam hard binnen.
‘Ja, nog steeds moet ik eraan werken. Het is een minderwaardigheidscomplex. Ik worstel ook al mijn hele leven lang met depressie, mijn eerste keer op therapie was toen ik pas vier was, ik zit ervoor aan de pillen en ik sta op de wachtlijst om weer in therapie te gaan. Zoiets zeg ik ook in die tekst: het spijt me dat ik de sfeer verpest met mijn zwaarmoedigheid. Ik ben er supergoed in om alvast weg te gaan, zodat anderen niet meer bij míj weg kunnen gaan. Niemand zit op mij te wachten!’

Wist je al dat je hier muziek over wilde gaan maken?
‘Ja, al in het ziekenhuis wist ik: dit gaat mijn eerste plaat worden. En als die plaat eindelijk uit is, dan is het afgesloten. Ik hoop dat ik wat kan betekenen voor andere mensen die worstelen met rouw, eventjes een knuffel willen of zich gehoord willen voelen in hun eenzaamheid, ziekte of het worstelen met hun zelfbeeld. Ik probeer me ook juist maatschappelijk in te zetten, ik spreek op patiëntdagen en bij medicijnontwikkelaars.’

‘Al revaliderend bij mijn vader thuis heb ik in zijn tuinhuisje liedjes zitten schrijven. Ik had me ook alvast ingeschreven voor de Popronde en Mooie Noten, meteen dat jaar had ik een stok achter de deur. Tijdens Popronde Hilversum werd ik niet lekker op het podium. Mijn bandleden hebben toen het concert stilgelegd en gezegd: “Heeft iemand in de zaal een koekje? We kunnen pas door met spelen zodra Aysha een koekje heeft gegeten.”’

En hoe gaat het nu fysiek met je?
‘Mijn levenskwaliteit is nu best prima, ik kan heel veel dingen wel en het is niet alsof ik alleen maar zielig op een bedje kan liggen. Maar ik moet letten op wat ik eet, slik allerlei supplementen, en er zijn veel dingen die mijn lichaam niet zo goed kan opnemen. Hoe goed ik slaap, hoe ik voor mezelf zorg, hoeveel stress ik heb: dat heeft allemaal meer impact op mijn lijf dan daarvoor. En het heftigst is dumping: mijn lichaam doet er lang over om insuline aan te maken, dus meestal komt dat te laat, als de suikerpiek alweer weg is. Dan ga ik dubbel zien, mijn concentratie is weg, ik ga heel veel zweten en heb geen controle meer over mijn spieren. Echt heel naar. Dat duurt vaak een halfuur, en het enige dat dan helpt, is voor de open deur van de koelkast gaan liggen, of op een icepack. Koelen en suiker eten. Ik heb dus ook altijd Dextro op het podium. Ik heb het een keer gehad een kwartier voordat ik met Eefje de Visser in een uitverkocht Paradiso zou spelen. We zijn iets later begonnen, toen ging het wel weer.’

Via Instagram laat je zien hoe je oefent met paaldansen, en dat ook in je show verwerkt. Is dat een manier geweest om weer grip te krijgen op je lichaam?
‘Totaal. Ik ben gaan paaldansen om mijn lijf een optater te geven: jij wilde mij dood hebben? Fuck you, ik pak je terug! De blauwe plekken, de schrammen, brandwonden en schaafwonden, dat voelt heel erg lekker, heel erg onoverwinnelijk. En daarna, toen ik er goed in bleek en er iets moois van kon maken, bouwde ik weer een nieuwe relatie met mijn lijf op, met mijn vrouwelijkheid en sensualiteit. Ik voelde me ineens weer sterker, ik werd minder snel ziek. Het staat voor mij symbool voor kracht en opkrabbelen. Ik weet nog dat ik voor het eerst na de operatie een beha ging kopen, in de spiegel van de kleedkamer stond, mijn litteken zag en alleen maar kon denken: wat ben ik lelijk.’ Lachend: ‘Nu is dat litteken langzaam verdwenen in mijn sixpack! Dat paaldansen, dat is mijn redding geweest.’

Meis gaat op tour door België en Nederland en speelt in Metropool Enschede (23 februari), Victorie Alkmaar (24 februari), Rotown Rotterdam (29 februari), Nobel Leiden (9 maart), TivoliVredenburg Utrecht (15 maart) en Merleyn Nijmegen (23 maart). Op 20 april organiseert ze haar eigen Meisfest in de Melkweg, Amsterdam. Vanavond presenteert Meis haar album live in 3voor12 Radio op 3FM, tussen 23.00 en 00.00.