Voor veel mensen is de kerstvakantie al van start, maar Willem Smit heeft het druk in de laatste weken van december. Hij is net begonnen met een bijbaan bij Paradiso ('Versterkers sjouwen enzo') en zit midden in de voorbereidingen voor de laatste show van 2019. En er moet nogal wat voorbereid worden: de show is de presentatie van het album dat Smit afgelopen zomer maakte met The Industry. Onder die naam verzamelde hij in opdracht van festival Into The Great Wide Open dertien bevriende muzikanten uit zo'n beetje alle coole indiebands van Nederland. Het gezelschap voer op een zeilboot naar Vlieland en maakte daar een plaat in een uitgegraven bunker. De groep speelde al een show tijdens het festival, maar op het moment van schrijven nadert het concert in Paradiso Noord waarbij het eindresultaat gepresenteerd wordt, een veelzijdig album vol inventieve liedjes die doen vermoeden dat we nog jaren van alle betrokken gaan genieten.
En dus moet er gerepeteerd worden, als het even kan met al die betrokkenen. Met Pip Blom en broer Tender bijvoorbeeld, die op The Industry een mooie ballade zingen met Vlielandse schoolkinderen. Maar ook met Arie van Vliet van Lewsberg, die een praatzangdialoog met een vogel (gespeeld door de talentvolle trompettist Ian Cleaver) bijdroeg. En met Jaap van der Velde van The Homesick en Korfbal natuurlijk, die de gelaagde zanglijnen in 'Buildings' bedacht en in de Vlielandse duinen de handen ineensloeg met revelatie Lena Hessels. 'Dus nu moet ik ineens allemaal roosters maken', lacht Smit. 'Dat kan ik toch helemaal niet?!'
Het Industry-ensemble is gebouwd rond Personal Trainer, de band in wisselende bezetting waarmee de Amsterdammer momenteel doorbreekt. Volgende week speelt de groep op Noorderslag en ook in Groot-Brittannië heeft Personal Trainer - mede met dank aan Pip Blom en Sports Team - al voet aan de grond. Het is tekenend voor de positie die Willem Smit inneemt in de Nederlandse indiescene: hij is simpelweg een fervent liefhebber die de afgelopen jaren niet alleen een begenadigd songwriter met een uit duizenden herkenbare stijl is geworden, maar ook bevriend is geraakt met de muzikanten van wie hij fan is, om precies die muzikanten vervolgens zo goed mogelijk een platform te bieden. 'Nu ik wat meer muzikanten ken, heb ik ook wel door dat het maar gewoon mensen zijn. Maar sommige bands heb ik nog steeds heel hoog zitten. Ik kan me voorstellen dat ik twee jaar geleden niet zomaar op Jaap was afgestapt. En al helemaal niet op Arie, die vind ik zó cool. The Homesick en Lewsberg, dat zijn voor mij ook écht grote bands.'
(tekst gaat door onder de video)
Van een wat schuchtere puber is Willem Smit veranderd in het gezicht van de Nederlandse indiescene die volop bloeit. Canshaker Pi brengt deze maand zijn derde plaat uit en Smits nieuwe collectief Personal Trainer staat met een show op Noorderslag aan de vooravond van zijn eigen doorbraak. ‘In een bandje zitten is voor mij alles, waar ik mee opsta en waar ik mee naar bed ga.’
Willem Smit
met Palio Superspeed Donkey
2012 - Wateramp EP
2015 - Magomoth EP
2015 - A Funny Sunrise
met Canshaker Pi
2016 - Boomslang EP
2016 - For Ed EP
2016 - Canshaker Pi
2018 - Naughty Naughty Violence
2020 - Okay Decay
met Steve French
2018 - Colinton EP
2019 - Lightning Tiger Running
met Personal Trainer
2018 - single 'The Industry'
2019 - single 'The Lazer'
met The Industry
2019 - The Industry
De carrière van Willem Smit zelf begon al toen hij nog op de middelbare school zat en met drie vrienden Palio Superspeed Donkey begon, een band die in zijn jeugdigheid al de potentie liet zien die Smit later zou verzilveren met drie ijzersterke Canshaker Pi-platen (Okay Decay verschijnt 31 januari). 'Toen waren we echt veertien ofzo. Ik wist al vrij snel dat ik in bandjes wilde spelen en vroeg aan kinderen in m'n klas of ze mee wilden doen. Op een gegeven moment ontstond Palio Superspeed Donkey, het eerste bandje waarmee wel wat gebeurde. Daarmee deed ik voor het eerst het hele rondje, naar Noorderslag enzo. Dat voelde toen wel stoer, maar toch vind ik het elke keer nog spannend, hoor.'
Je vader John-Cees speelt in de band Scram C Baby. Hoezeer heeft dat ertoe bijgedragen dat jij al zo snel wist dat je ook in bandjes wilde spelen?
'Ik denk dat ik wel naar hem op keek, maar muzikaal gezien heeft hij me niet heel veel bijgebracht. Hij draaide bijvoorbeeld nooit muziek toen ik echt jong was. En ik ging weleens mee naar een optreden, maar ik weet nog dat ik dat soms ook best wel eng vond, helemaal niet zo leuk. Die muziek kwam pas later. Marit (de Loos, red.), die drumde in Caesar en nu in Scram C Baby, was destijds de vriendin van mijn vader. Zij hebben toen samen een iPod voor me gekocht met muziek erop, en we zijn een dagje naar Lowlands geweest.'
Wat stond er zoal op die iPod?
'Heel veel indie shit. Ik was toen heel erg fan van Arctic Monkeys, die cd had m'n vader aan me gegeven. Hij had 'm al ergens gekregen voor hij uit was. Wauw, zo cool. Ik was acht en helemaal om. Ik kan me ook herinneren dat die eerste plaat van dEUS erop stond, en ik was ook al Pixies-fan, dat is altijd wel zo gebleven. Nirvana natuurlijk, dat soort dingen. En ik vond twee liedjes van Pavement best wel leuk.'
Na Palio Superspeed Donkey begon je Canshaker Pi. Inmiddels ben je ook geestelijk vader van Personal Trainer en gitarist van Steve French. Hoe ontstaan al die projecten in hemelsnaam?
'Voor mij is dat heel normaal, omdat in bands zitten bijna mijn hele wereld is. In Palio Superspeed Donkey lukte het op een gegeven moment onderling niet meer zo goed. Ondertussen had ik met Ruben, die bas speelde, Canshaker Pi opgericht. Dat was meer een soort lolbroekgebeuren, met twee vrienden die eigenlijk geen instrument konden bespelen. Dat was al snel veel leuker dan Palio Superspeed Donkey, gewoon omdat we minder gezeik hadden. Toen we met Canshaker Pi ook leuke dingen mochten doen, heb ik een overstap gemaakt. Vanaf dat moment ben ik meer gaan letten op andere bands die ik leuk vond. Toen heb ik die jongens van Steve French bijvoorbeeld ontmoet. Het leek wel alsof iedereen in een bandje zat, en al die bandjes vond ik ook nog eens heel goed. Dan is het alleen maar leuk om met die vrienden nóg een band te beginnen.'
(tekst gaat door onder de video)
Is dat niet ingewikkeld, zoveel projecten naast elkaar?
'Soms wel, want alles loopt door elkaar heen. Ik wil heel graag veel doen met Personal Trainer, maar we hebben ook nog een plaat gemaakt met Canshaker Pi. We denken dat we er daarna even rustig aan mee gaan doen, maar die plaat moet er dan toch nog even uit. Bij zowel Canshaker Pi als Personal Trainer heb ik voor mijn gevoel een soort laatste woord, dus maak ik me heel druk om het eindresultaat. Dan heb ik soms veel hooi op m'n vork.
'Bij Steve French heb ik gelukkig een heel makkelijke rol. Daar ben ik gewoon gitarist en luister ik vooral naar wat de rest wil. Dat vind ik heel gaaf, want het zijn heel coole muzikanten. Vooral Cees (Paris, red.), dat is voor mij gewoon de koning. Hij zit nu ook in Canshaker Pi en heeft een heel weird cool gevoel voor melodie. Toen we de nieuwe plaat maakten, luisterde ik veel naar Nederlandse bands die ik goed vind. Cees en ik proberden dan af en toe een beetje Marnix en Jaap van Korfbal te zijn, omdat we dat zo cool vonden. Ik kan me herinneren dat Leon (Harms, drummer van Canshaker Pi en Korfbal, red.) hun nieuwe plaat liet horen toen hij af was. Toen dacht ik: fack, we moeten wel echt beter zijn dan dit. Ze zijn zo tering goed en tight, komen wij hiermee aankakken. En dan hebben we het nog niet eens gehad over dat nieuwe album van The Homesick. Dat zijn gewoon geniale muzikanten.'
Leon en Cees kwamen in 2018 bij Canshaker Pi toen Boris de Klerk en Nick Bolland vertrokken.
'Het was de bedoeling dat dat een nieuw begin zou zijn, en dat we het gewoon weer gingen proberen. Maar tijdens het opnameproces liep het toch anders, al hebben we helemaal geen ruzie gehad, hoor. De meeste mensen hebben toch zoiets van: "Ik kan wel met geluk eens in de twee jaar op Noorderslag spelen, met heel veel geluk een keertje op Lowlands en daarna weer precies hetzelfde rondje langs zalen in Zeeland en Gelderland doen... Maar ik zie daar bijna niets voor terug en mijn vrienden hebben ondertussen allemaal een serieuze baan." Dat snap ik helemaal. Maar ik wil het wel echt gewoon gaan proberen, nog steeds. Natuurlijk kan dat heel slecht uitpakken, maar ik wil het gewoon heel graag. Dan ben ik over tig jaar maar die loser zonder werk. In een bandje zitten is voor mij alles, waar ik mee opsta en waar ik mee naar bed ga. Ik heb heel erg het idee dat ik iets aan het opbouwen ben en wil er echt voor gaan. Tuurlijk is het dan moeilijk als andere mensen dat niet zien zitten. Of dat wel zien zitten, maar geen zin hebben om er iets voor te doen.'
Hoe is het om zulke verschillen in ambitie te navigeren als je telkens met je beste vrienden in een band zit?
'Dat is heel ingewikkeld, zeker omdat je steeds minder dat broertjes- en zusjesgevoel hebt naarmate je ouder wordt. Daarom is het zo fijn dat we Personal Trainer zo vaak met verschillende mensen spelen. Als je in de bus zit denk je dan toch telkens: "Goh, ik heb jou eigenlijk nog nooit heel goed gesproken."'
'Ik ben nog steeds helemaal dol op iedereen met wie ik ooit in een band gezeten heb. Gisteren kwam ik bijvoorbeeld Camiel tegen, die drumde in Palio Superspeed Donkey en nu in Petersburg zit. Hij heeft nu een kind en zit op de filmacademie. Ik zie hem niet vaak, maar de connectie blijft altijd. En elke keer als ik Boris zie... Met bijna niemand heb ik zo'n warme band. We zijn samen opgegroeid en hebben elkaar heel erg beïnvloed in wat we cool vinden. Hij is gewoon een coole weirdo die vette shit maakt en nu aan de weg timmert als toneelregisseur. Laatst liet ik een poster van hem aan Pip zien en zei ze: "Oh, die heb jij gemaakt!" En toen hij de hoes van de nieuwe Personal Trainer aan zijn vriendin liet zien, dacht zij dat hij die had gemaakt. Nick zie ik ook nog regelmatig, die doet nu University College. Het zijn hartstikke goede vrienden die allemaal andere dingen aan het nastreven zijn.'
Maar voor nu zet je je geld dus op Personal Trainer, een haast The Fall-eske constructie die er elke keer weer anders uitziet.
'Het gaat me ook heel erg om die meertaligheid, dat het niet alleen maar één ding kan zijn. Soms treden we met z'n drieën op en hebben we een show vol domme danspasjes. Het mag best zoiets schijtlolligs hebben, maar daarin moet je het wel heel serieus blijven nemen. Ik wil dan wel dat het nét goed genoeg niet goed genoeg is, zegmaar. Het moet niet te gestroomlijnd worden. Sterker nog, het moet helemaal niet gestroomlijnd worden. Ja, of je moet het héél gestroomlijnd doen, maar dan moeten we weer jaren op die danspasjes trainen.'
Is dat wel te doen dan, doorbreken met een act die niet te stroomlijnen valt?
'Ik weet ook nog niet zo goed in wat voor format ik dingen wil gieten. Een album? Misschien toch liever nog een liedje hier, een liedje daar. Of een EP ofzo? Maar elke keer dat ik dat zeg denk ik toch van niet. Hoor mij nou: "EP'tje uitbrengen." Maar goed, uiteindelijk zijn het natuurlijk ook gewoon een paar liedjes die je uitbrengt. Je moet er niet te veel over nadenken.'
'Het lijkt me in ieder geval heel fijn als ik er geld mee kan verdienen, zodat ik er niets anders meer naast hoef te doen. Dat zou gewoon veel stress schelen. En ik wil ook graag veel in het buitenland doen. Ik heb dit jaar bij Pip van dichtbij meegemaakt hoe dat is en heb daarin ook veel van haar geleerd. Zij heeft echt een soort vechtersattitude, maar is ook heel slim. Ze kijkt om zich heen en denkt: wat zijn jullie allemaal aan het doen, joh? Dat vind ik super cool. Ik geloof er ook wel in, dat je echt veel kunt bereiken als je er je zinnen op zet. Ik ben er alleen niet zo goed in als zij, dus ik hink er een beetje achteraan.'
Willem Smit speelt met Personal Trainer op Noorderslag en met Steve French op het officieuze Eurosonic Noorderslag-randprogramma. Canshaker Pi speelt op 28 februari in De Nijverheid, Utrecht, op 6 maart in Merleyn, Nijmegen en op 7 maart in Paradiso Noord.