BOX is evenals de voorgaande albums van Aestrid te vergelijken met een intensieve achtbaanrit, waarbij voorman Bo Menning eigenhandig de knoppen bedient. In verhouding tot de eerste twee albums lijkt BOX echter vaker gekenmerkt door aanhoudende stijgingen dan door steile afdalingen, waarbij enkele scherpe bochten regelrecht lijken te resulteren in een status van pure ontlading. Ook live vlieg je op hoge snelheid door die bochten. Vooral de melodieën op BOX klinken vrij en open, alsof Menning zich van een zware last heeft ontdaan. Dat gegeven wordt vanavond alleen maar meer bevestigd. Al na het eerste nummer zegt hij kalm: “Ik kan niet beschrijven hoe goed dit voelt.” Samen met de rest van de band straalt hij niets dan rust en controle uit. Aestrid lijkt volledig vrij van enkele zorg en die vrijheid zorgt voor indrukwekkende prestaties.
Van meet af aan komt er een enorme bak aan energie vrij op het podium. Elk van de bandleden bespeelt zijn instrument even geestdriftig als beheerst. De gitaren klinken eens dromerig, om vervolgens weer behoorlijk venijnig uit de hoek te komen. Veel van de spanning die zich abrupt voordoet, wordt vakkundig opgewerkt door de sterke songstructuren die ervoor zorgen dat elke muur aan geluid op het juist moment weet te aarden. Hoe massief die muur soms ook lijkt, de fraaie opbouw van de liedjes zorgt ervoor dat Aestrid zijn publiek nooit uit het oog, en oor, verliest.
Hoewel de muziek van Aestrid zich nog altijd prima laat omschrijven door de term shoegaze, is er van het letterlijke ‘shoegazen’ vanavond nauwelijks sprake. Elk van de bandleden focust zich volledig op zijn instrument, maar heft eerder het hoofd tussen de noten, regels en ritmes door dan dat het dat nog dichter naar de grond toe richt. Aestrid schotelt EKKO een gevarieerde set voor, waarin Menning’s stem even scherp als kwetsbaar klinkt (maar altijd zijn doel raakt), gitaareffecten nooit kitscherig overkomen en de band als geheel alsmaar harder gaat spelen naarmate het optreden vordert.
‘Fair Start – Fire Hill’, dat eerder als voorproefje van het album verscheen, wordt opgedragen aan Adrian Borland. Het nummer moet opnieuw worden ingestart, wanneer Menning oppert ook eens het intro te willen spelen. De Soestenaar - die tegenwoordig in Utrecht woont - is volledig in zijn element. Tegen het einde van het optreden gaat hij op de basdrum staan en zwiert hij vervolgens met zijn gitaar nog om zijn nek aan het plafond.
Is er dan echt niets aan te merken op dit optreden van Aestrid? Vooruit dan. Zo intens en overweldigend als de band de show weet te openen, zo ellenlang zijn de pauzes tussen de nummers door. Misschien hebben Menning en de zijnen ook gewoon af en toe een momentje nodig om die ontlading tot bezinning te laten komen. BOX mocht de luisteraar op plaat dan al meeslepen in allerhande emoties; live laat Aestrid zien alleen genoegen te nemen met de overtreffende trap. Indrukwekkend, indrukwekkender, Aestrid.
Gezien: Aestrid releaseshow met Minus the Tiger, donderdag 24 januari 2013 @ EKKO