Tivoli ziet kansen in tijdelijk onderkomen Vredenburg

Nieuw onderkomen zeker vier maanden te laat klaar

In juli 2007 is het eindelijk zo ver: de bouw van het prestigieuze Muziekpaleis gaat van start. Muziekcentrum Vredenburg moet vanaf dat moment uitwijken naar twee tijdelijke locaties. Een daarvan is gebaseerd op het huidige Pepsi Stage, een zaal die ook perspectieven biedt voor poppodium Tivoli.

Nieuw onderkomen zeker vier maanden te laat klaar

In juli 2007 gaat het dak eraf in Muziekcentrum Vredenburg. De Utrechtse concertzaal wordt grotendeels gesloopt, om plaats te maken voor het prestigieuze Muziekpaleis, de cultuurtempel die Vredenburg, Tivoli én het SJU Jazzpodium moet gaan huisvesten. Na lang touwtrekken in de gemeenteraad gaat de bouw van het miljoenenproject definitief van start.

Het gebouw moet in 2011 klaar zijn. Tot die tijd wordt de programmering van Vredenburg op twee locaties ondergebracht: de middeleeuwse Leeuwenberghkerk zal het toneel zijn van de kleine producties, aan de A2 bij de nieuwe wijk Leidsche Rijn komt een tijdelijke zaal, met een flexibele capaciteit van 800 tot 2000 bezoekers. Basis van die zaal is het Amsterdamse Pepsi Stage, dat nu nog naast de Heineken Music Hall staat. Klein probleempje: dat podium is op zijn vroegst in december klaar.

Vredenburg zal voor de tussenliggende maanden op zoek moeten naar een oplossing, Tivoli maakt zich er niet zo’n zorgen om. Het poppodium wijkt voor grote acts als Razorlight en Lily Allen altijd uit naar Vredenburg, maar doet dat maar een paar keer per jaar. Voor Tivoli ontstaan met deze zaal juist nieuwe mogelijkheden. Vredenburg Leidsche Rijn kan per slot van rekening ook gebruikt worden voor acts van het formaat Paradiso.

Volgens Berry de Vos, voorzitter van het bestuur van Tivoli is daar nog niet over gepraat, maar dat gaat binnenkort wel gebeuren: “Er is onlangs een interim-directeur in Vredenburg aangesteld, Ed de Haan, die daar open voor staat.” Tivoli en Vredenburg zullen de komende jaren nadrukkelijk tegen elkaar aanschurken. “We moeten het merk Muziekpaleis vast in de markt zetten. We kunnen niet ineens samen gaan werken als het gebouw klaar is.”