Dat iedere singer/songwriter goed tot zijn recht komt in de Kunstmaan is inmiddels zowat een feit. Dat komt onder andere doordat daar het liefste publiek te vinden is. De plek is omgebouwd tot een knusse huiskamer met ongeveer 40 man die zich tussen de kussens en banken kunnen begraven. Gerson zit op een kruk ongeveer 2 meter van het publiek vandaan en vertelt dat dit tot nu toe het intiemste optreden is dat hij ooit heeft gedaan.
De troubadour stelt zich kwetsbaar op, en ook zijn knulligheid lijkt met open armen ontvangen te worden. Af en toe gaat er iets fout, of raakt hij het even kwijt. Op een groter podium zou dit funest zijn geweest, hier betekent het vooral dat mensen een kijkje van dichtbij krijgen en draagt het bij aan de intieme sfeer.
We krijgen niet alleen zang te horen. Ter inleiding van zijn liedjes draagt Main ook gedichtjes voor. Zijn teksten zijn ietwat simpel, maar ontzettend herkenbaar. Bekende liedjes als “Deejay”, “Ik weet niet hoe” en “Dorst” zitten natuurlijk in zijn vaste repertoire, daarnaast komen er liedjes over scheetjes en kleintjes voorbij. Het publiek mompelt verrast hoe iemand nou weer een goed nummer kan schrijven over een onderwerp als scheetjes. Had Gerson dit niet verteld? Dan speelde zich er in ieders hoofd een romantisch scenario af, mét wat ruikende scheetjes natuurlijk.
Genietend en blij verrast zit Gerson op zijn kruk. Helaas is zijn set maar kort, maar de mondjes van het publiek zullen weer omhoog krullen in een glimlach als ze terugdenken aan deze avond. Of Gersons succes van de avond aan de magische omgeving ligt of aan zijn performance? Waarschijnlijk een combinatie van beide.