Golden Earring oxideert in 013

Haagse rocklegenden imponeren matig

Jasper van Harskamp, ,

Vrijdagavond bracht Golden Earring haar jaarlijkse bezoek aan 013. Een avond zoals eigenlijk alle voorgaande. De talloze nevenprojecten van de individuele bandleden (een opnamestudio, een drumschool) doen de Earring geen goed, dat bleek. Echt verrassende momenten bleven gedurende de gehele broeierige avond uit.

Haagse rocklegenden imponeren matig

Voor de gemiddelde bezoeker van deze avond zal het aantal concerten dat hij of zij van Golden Earring reeds gezien heeft in de tientallen lopen. De band bestaat een dikke veertig jaar, al die tijd in dezelfde bezetting en natuurlijk heeft het zijn stempel gedrukt op de ontwikkeling van de vaderlandse rockmuziek. Fair enough. Bovendien: voor een ticket van ruim twee tientjes mag je mijns inziens ook best iets verwachten. Het belooft ook aardig wat te worden: imposante podiumopbouw, een handjevol roadies die alles op scherp stellen, mirrorballs en lichteffecten van zelfs achter uit de zaal. Wat zich tijdens het optreden zelf op het podium afspeelt stelt echter teleur. Dat Barry Hay en consorten niet meer zo dartel zijn als vroeger mag als logisch worden verondersteld, hoewel vooral drummer Cesar Zuiderwijk nog het meest probeert om de gloriedagen van The Earring terug te halen. Helaas zonder succes. De show gaat dermate op de automatische piloot dat nergens een foutje te ontdekken is en waardoor tegelijkertijd alle spanning en enthousiasme wegvalt. Puur gelet op de sound, de performance en uitvoering waren met name ‘Another 45 Miles’, ‘Twilight Zone’ en ‘Going To The Run’ allesbehalve bevredigend. Te vlak, te makkelijk en het straalt van de band af dat het eigenlijk allemaal al lang geen uitdaging meer is. Bij laatstgenoemde song blijft er zelfs een compleet couplet liggen en op de plek waar een aantal hoge vocale uithalen in ‘Johnny Make Believe’ te horen moeten zijn blijft het angstvallig stil. GESCHIEDENIS Op het podium staat desondanks een legendarische band en dat weet het publiek ook. De geschiedenis die de groep schreef met ‘When The Lady Smiles’, ‘She Flies On Strange Wings’ en ‘Radar Love’ is zonder meer blijven hangen. Meebrullen is het devies, het is immers Golden Earring en voor de toeschouwende menigte is dat al genoeg. Zonde, dat wel. De nummers worden nuchter, plat en zonder dynamiek gebracht. Kijkend naar Hay schiet me een regel te binnen van Lou Reed: ‘Deep Down Inside I Got A Rock ’n Roll Heart’. Het komt echter niet naar boven in de show, die gedurende het hele optreden bijzonder statisch blijft. Natuurlijk, over de muzikale sporen die de Hagenezen hebben nagelaten dient enkel met veel respect gesproken te worden. Echter ook: de mannen van tegen de zestig staan stil. Ooit liep dit viertal heel ver voorop. Nu moet de trieste conclusie luiden: Golden Earring is een statisch nevenproject geworden.