Het is aan S O H N om het bal te openen. De in Wenen residerende Brit mag dan wel te boek staan als een solo project, live krijgt de geluidsknutselaar steun van een tweetal extra bandleden – hetgeen een soort James Blakesque podiumpresentatie tot gevolg heeft waarbij het drietal geconcentreerd boven ieders verzameling van moeilijk definieerbare apparatuur en traditionele instrumenten hangt. Wat er vanavond ook staat te gebeuren, S O H N heeft hoe dan ook een goed jaar achter de rug, de jonge Brit stond op zo’n beetje alle relevante festivals (Eurosonic, SXSW, Motel Mozaique, Pitch) en mocht krabbelen bij 4AD (The National, Gang Gang Dance), en dat alles op basis van een EP en wat losse nummers.
Terwijl zijn carrière pijlsnel lijkt te gaan doet hij het op de bühne met zijn bandleden rustig aan, geconcentreerd, met mathematische precisie en oog voor alle subtiliteiten bouwen de drie geleidelijk de soulvolle werken van de eerder genoemde EP laag voor laag op. Het is enorm boeiend om te zien en te horen hoe onweerstaanbare nummers als Red Lines, Oscillate en The Wheel zich letterlijk voor de neus van de bezoekers vormen. En toch, toch lijkt het wel alsof de bandleden zelf het meest geboeid zijn door hun werk – welhaast in hypnose gaat het trio te werk terwijl het leeuwendeel van het publiek tamelijk apathisch stilstaat. Het is moeilijk te zeggen waar het exact aan schort, allicht zijn het de kinderziekten en moeten we S O H N wat tijd gunnen om een echt verbluffende live act worden, aan het vermogen om goed materiaal te schrijven ligt het in ieder geval niet.