At No Bikini Beach ft. Damo Suzuki

Interessant of oeverloos?

Jan-Jaap Tanis, ,

Zondagavond was Rotown getuige van een bijzonder samenwerkingsverband tussen Damo Suzuki, bekend van de legendarische band Can en At No Bikini Beach. Voor de gelegenheid werd het Rotterdamse trio bijgestaan door enkele leden van de Vogels.

Interessant of oeverloos?

De gedachte om op een koude, herfstachtige zondagavond naar een beach party met topless vrouwen te gaan is op zijn minst vreemd te noemen. Tóch zit de spreekwoordelijke vork anders in de steel: At No Bikini Beach is een muzikaal project van Bart Hoevenaars (Mono), René van Lien en Arnold van de Velde (beiden Feverdream). De groep staat bekend om zijn spannende instrumentale avonturen. De sfeer in Rotown valt te omschrijven als “sexy”. Het publiek keuvelt tijdens de soundcheck gezellig over het al dan wel of niet fijne weekend dat net achter de rug is. Het programma begint en The Hands openen voor de hoofdact. Het publiek struint langzaam richting het podium, opgehitst door de Led Zeppelin achtige riffs en strakke ritmetandem. Een dikke groove en de rammelende Les Paul Custom vliegen je om de oren. Vreemde maatsoorten, vreemde gasten . . . de trend voor vanavond is gezet! Na zo’n drie nummers zet de drummer een discobeat in die, samen met de funky gitaar licks, het publiek pas écht lekker los krijgt! Het geheel doet denken aan een hedendaagse Rush. Het duurt niet lang totdat de sfeer onder het publiek erg intens lijkt en blijft, ondanks het ontbreken van een zanger. Rond half elf betreden Damo Suziki en de hoofdact het podium. Zijn lange zwartgrijze haren en vreemde voorkomen roepen enige verwarring op. Bij de klanken van het eerste stuk wordt direct de associatie met Tom Waits opgeroepen. De afwisseling van “echte zang” en de “acteursstem” maken de sfeer compleet. Géén Pete Townshend stage antics van René van Lien, zoals we gewend zijn, dit keer; hij speelt de bas en blijft op de achtergrond. Arnold (Feverdream; drums) speelt gitaar en lust zijn Rickenbacker door bizarre effecten, Bart (Mono) legt ingetogen grooves neer op de drums terwijl Damo phonemische klanken uitkraamt. Opvallend zijn de vibrafoon, freaky toetsen, alt- en tenorsax en conga’s en andere percussie instrumenten. Helaas taait ongeveer één derde van het publiek na twintig minuten af. Een toegewijd publiek blijft echter over en er wordt gedanst, gezopen en genoten tot en met! Het enige puntje van kritiek is dat de vocalist naar mijn mening iets vaker zijn mond dicht mag houden. Zijn oneindige hymne of eindeloze klaagzang doet soms af aan de dynamiek van het geheel. Vocale pauzes zouden de muzikale spanning ten goede komen en het geheel interessanter maken. Als de band een uur gespeeld heeft komt een nummer dat - qua sfeer - sterk doet denken aan Bitches Brew (Miles Davis); de trompet met echo’s, de beat en het psychedelische geheel klinken erg authentiek. Het stuk mondt uit in een Feverdream-esque groove die de show tot een gigantisch mooi einde brengt. Uit betrouwbare bron hoorde ik dat At No Bikini Beach nog niet eerder met de zanger had gerepeteerd. Desalwelteplus schreeuwt deze band jazz, rock en emo tegelijk! Het is een kwestie van interpretatie misschien; interessant of oeverloos? Sexy, seksloos of juist intens? Het was tóch niet zo’n koude, herfstachtige avond, after all.