Terwijl buiten het terras van het Burgerweeshuis vol zit met bezoekers van Deventer op Stelten, staat binnen in een goed gevulde zaal Ben Caplan. “Hi Deventer, it’s great to be back here!” Ben Caplan stond vorig jaar twee dagen achter elkaar in het Burgerweeshuis, in een afgeladen café en de dag erna op het buitenpodium tijdens Koninginnedag.
Met ditmaal alleen violist Donald MacLennan aan zijn zijde, grapt hij ontspannen over de kapsters die buiten mensen van jaren-50 kapsels voorzien. Donald heeft zijn haar ook onderhanden laten nemen vertelt Ben, en als het publiek hem genoeg te drinken aanbiedt, laat hij zijn kenmerkende baard misschien ook nog doen. Afgelopen weekend stond hij nog op Glastonbury, maar het is te merken dat een klein zaaltje, dicht op het publiek, hem goed ligt.
Ben Caplan vol overgave in Burgerweeshuis
Vrolijke en treurige folk op een zwoele zomeravond
Op vrijdag 5 juli stond Ben Caplan, dit keer zonder zijn band The Casual Smokers, in het Burgerweeshuis. Vorig jaar waren zijn twee optredens zeer succesvol. Zonder nieuw album op zak, maar wel met Glastonbury vers achter de kiezen komt hij het publiek in Deventer verwennen.
Ze gaan lekker van start met ‘Southbound’, en meteen is al duidelijk dat het ontbreken van de band geen gemis is – het samenspel tussen gitaar en viool, met de typerend doorleefde stem van Caplan vormen een uitstekende combinatie. De sfeer zit er meteen goed in.
Na enkele nummers vraagt Ben of het publiek zin heeft in een treurig nummer; nou, dat willen ze wel. Na een ingetogen ‘Drift Apart’ dat enthousiast wordt ontvangen, doet hij er nog een, maar dan zonder violist, ‘anders gaat hij huilen, en dan moet ik hem straks backstage weer troosten’. De violist komt daarna weer terug, om direct de gitaar in zijn handen gedrukt te krijgen – Ben gaat even croonen. Hij doet twee nummers in loungestijl, die wel ontvangen worden door het publiek, maar hen niet geven waar ze op staan te wachten. Ben merkt dat ook wel, want na de opmerking dat hij hoopt dat hiervan geen filmpje op Youtube komt (“then you guys are toast”), gaat hij vol overgave weer in de versnelling. Vrolijke folknummers, doorspekt met grappige anecdotes, over naakt 'dammen' en het genot van een diepe zucht (waarin hij het publiek collectief meekrijgt), passeren de revue.
Bij de toegift memoreert Ben nog uitgebreid aan zijn optredens (en de naborrel) van vorig jaar, en dan wordt publieksfavoriet ‘Conduit’ gespeeld, waarbij iedereen enthousiast meezingt, brult en lalt. Voldaan verlaat het publiek de zaal, om in de zwoele zomeravond op het terras na te praten.