De nieuwe zangeres van Hooverphonic blijft de gemoederen bezighouden. Voor sommigen is de tijd van Hooverphonic voorbij gegaan toen Geike Arnaert de band verliet, voor anderen is de nieuwe zangeres juist een reden om te komen. Inmiddels Noémie Wolfs alweer een jaar een vast onderdeel. Bovendien is zij de 5e in een lange rij frontvrouwen van de groep. Rijst wel de vraag: heeft Hooverphonic met een nieuw album en een nieuwe zangeres nog die sprankel die hen zo uniek maakt?
De avond in de goedgevulde Hedon begint met de wat ongemakkelijk ogende Houses. Dit ligt niet aan het muzikale talent of een gebrek aan plezier, maar doordat de normale, ietwat brave, jongens nogal afsteken tegen de bijzonder sprankelende zangeres. Het publiek begint eerst wat te mompelen, omdat de verwachting van een rustig voorprogramma niet klopt bij de lekkere indierock die de band maakt. Het is vooral de rauwheid van de songs die van deze groep een uniek exemplaar maakt. De stem van zangeres Ella van der Woude is geschoold en puur, de gitaren zijn sterk en vooral de drummer lijkt echt te genieten van spelen in de Zwolse zaal.
Bij opkomst speelt Hooverphonic als vanouds een sterke set, maar als Noémie’s stem vanachter de coulissen zijn intrede doet, begint de avond pas echt vorm te krijgen. Als ze dan ook nog verschijnt, ontstaat er een gespannen sfeer in de zaal. De lange, slanke vrouw die op het podium staat, heeft meteen de aandacht van de bezoekers. Haar theatrale stemgeluid en gecontroleerde bewegingen doen denken aan een jazz zangeres uit de jaren ‘50 met een kleine musical inslag.
Met het nummer ‘Anger Never Dies’ doen ze een gooi naar een James Bond soundtrack en daarmee omschrijven ze meteen het album The Night Before. Ook de titeltrack en ‘George’s Café’ lijken regelrecht uit een spannende zwart-wit film geslopen. Het geluid neigt niet meer naar de ambient en triphop als eerdere albums, maar er is een meer bombastisch en zwoele sound. Toch valt er nog veel te vergelijken. De songs hebben sterke teksten, zit muzikaal sterk in elkaar en er staat een sterke frontvrouw.
De humor van Alex Callier geeft de set extra dementie door de zware toon wat te doorbreken. Hij vergelijkt Zwolle met Brugge, omdat daar ook altijd alles dicht zit en de deuren schreef zitten. Daarnaast spreekt hij een deel van het publiek aan op de jonge leeftijd. “Toen ons album in 1996 uitkwam, waren jullie er nog niet, toch? Wel? Hoe oud was je toen? 11. Hoe oud was jij Noémi toen ons eerste album uitkwam?” Noémie neemt een slok water en zegt zachtjes: “Acht,” om vervolgens lachend toe te voegen: “Dit zegt meer over jullie dan over mij hoor!”
Met een bijzonder akoestische versie van Massive Attacks ‘Unfinished sympathy’, laat Noémie zien ook een gevoelige kant te hebben, die ze vervolgens gebruikt om de hits ‘Eden’ en ‘Mad About You’ te laten horen. Hoewel haar stem een stuk scheller en minder gevoelig en gebroken klinkt dan die van Geike, lukt het haar gemakkelijk om staande te blijven.
Een dubbele toegift lijkt op zijn plaats en met het nummer ‘How do You Sleep’ laat Hooverphonic horen dat ze nog niets aan muzikaliteit zijn verloren. Hoewel de sound verbonden lijkt aan de zangeres, blijft Hooverphonic zichzelf met ingetogen en pure songs en sterke shows.