Drive Cooler klaar voor het clubcircuit

Met ‘White Picket Fences’ onder de arm het land in

Bart Drost, ,

Nadat Arnold Kijk in de Vegte in 2002 de Oogst van Overijssel (categorie singer/songwriter) won, vond hij het tijd om een band om zich heen te vormen. Drive Cooler was geboren en debuteerde in datzelfde jaar op Plug Plantsoenpop in Deventer. Daarna bleef het twee jaar stil rond het Zwols/Gronings kwartet, maar met ‘White Picket Fences’ bewijst Drive Cooler dat de band allerminst heeft stil gezeten.

Met ‘White Picket Fences’ onder de arm het land in

Nadat Arnold Kijk in de Vegte in 2002 de Oogst van Overijssel (categorie singer/songwriter) won, vond hij het tijd om een band om zich heen te vormen. Drive Cooler was geboren en debuteerde in datzelfde jaar op Plug Plantsoenpop in Deventer. Daarna bleef het twee jaar stil rond het Zwols/Gronings kwartet, maar met ‘White Picket Fences’ bewijst Drive Cooler dat de band allerminst heeft stil gezeten. “Na Plug Plantsoenpop hebben we een demo opgenomen, toen nog met toetsenist. Maar doordat hij de band verliet konden we de nummers, die erg op toetsen rustten, niet meer spelen. We zijn toen weer de oefenruimte ingedoken om nieuwe nummers te schrijven”. Uiteindelijk bleek de demo niet representatief en werd er besloten weinig mee te doen. Balen doet Arnold daar niet van. “Alles wat we van dat studiobezoek leerden, hebben we meegenomen in deze opnames”. De band toverde de boerderij van de ouders van drummer Stefan Broos om tot een studio en zette daar in vier dagen zeven nummers op tape. Stefan: “Dat was ideaal. De woonkamer was ingericht als opnameruimte en de logeerkamer fungeerde als de regiekamer. We waren van 9.00 uur ’s ochtends tot 4.00 uur ’s nachts bezig met muziek maken en hadden alle tijd om de liedjes goed op te nemen en te arrangeren”. Zeven nummers was het streven en dat is gelukt. Vervolgens zijn Arnold en gitarist Bert Bruines thuis aan het mixen gegaan en ook de mastering – en zelfs de vormgeving – is door de band zelf gedaan. Democratisch ‘White Picket Fences’ valt op door de mooie liedjes en verzorgde arrangementen. Hoe komt een liedje bij Drive Cooler eigenlijk tot stand? Arnold: “Meestal schrijf ik de liedjes, maar soms ontstaan ze ook wel jammend in de oefenruimte”. Arnold laat via zijn harddisk-recorder een nieuw liedje horen wat al in een vergevorderd stadium gearrangeerd is. Stefan: “De liedjes zijn niet altijd zo af als deze, Arnold speelt de partijen erbij om de sfeer van het liedje aan te geven. Na een tijdje zijn de liedjes totaal veranderd door de input van de andere bandleden. Totdat iedereen tevreden is.” Een behoorlijk democratische band, lijkt het. “Ja, maar iedereen heeft ook wel ongeveer dezelfde smaak waardoor het beeld van waar het liedje heen moet vaak gelijk is.” Soms is dat ook minimaal. Bassist Kostja Mierau: “ Als een liedje op zijn best klinkt met alleen zang en één akoestische gitaar moet je het verder ook met rust laten“. Beeldend schrijven Niet alleen een kloppend arrangement draagt bij aan een goed liedje, ook de tekst moet op niveau zijn. Arnold is niet erg te spreken over het niveau van de gemiddelde Nederlandse tekstschrijver. “Je kunt zo makkelijk de verkeerde kant op gaan met een tekst, denk aan steenkolenengels of van die cliché uitdrukkingen. Dat zie ik te vaak in Nederland. Solo heeft wel mooie teksten, met een diepgang waar je wat aan hebt, waar je als luisteraar ook wat mee kan”. Wanneer is een tekst dan goed? “Volgens mij is een tekst geslaagd als deze een beeld oproept. Je kan best beeldend schrijven zonder concreet te worden. Spelen met woorden, dáár draait het om. Solo voelt dat erg goed aan”. Op ‘White Picket Fences’ verhaalt Arnold onder andere over de consumptiecultuur en zelfingenomen mensen, maar ook over zijn liefje. “Ik hoef maar een avondje de TV aan te hebben om zo tien venijnige teksten te kunnen schrijven, inspiratie is absoluut geen probleem.” Dire Straits Met een startoplage van 250 exemplaren is Drive Cooler klaar voor 2005. “Het belangrijkste doel van de demo is om er optredens mee te krijgen. We sturen ‘em op naar zaaltjes, maar ook naar platenmaatschappijen, boekingskantoren en muziekbladen”. Over de ambities wordt dan ook niet gelogen: “Het liefst zouden we heel veel spelen, maar iedereen zit ook met zijn werk of school en dat moet je wel zien te matchen.” Muzikaal valt Drive Cooler ergens tussen I Am Kloot, Wilco, Clem Snide en Calexico. Niet al te bekende namen voor de gemiddelde muziekkenner. Zijn de jongens niet bang om qua optredens niet aan de bak te komen? Stefan: “Nee hoor, naast deze namen kunnen we er nog heel wat opnoemen waar we ons mee verwant voelen en die treden toch ook allemaal op in Nederland? Er is echt wel een markt voor onze muziek”. Arnold: “In 2004 werden we door een jongerencentrum in Leek gekozen tot één van de drie beste bands van het jaar, terwijl daar toch een paar keer per week bands spelen”. Aan zelfvertrouwen ontbreekt het dan ook niet, ook al is niet iedereen altijd even positief. “In De Stentor stond pas een stukje over ons naar aanleiding van een optreden in Hedon, die journalist vergeleek ons met Dire Straits! Het is duidelijk dat die persoon niet helemaal snapt wat wij bedoelen met onze muziek. Van een journalist hadden we sowieso een beter geschreven stuk verwacht.” Drive Cooler gaat dan ook onverstoord door. “We hebben al weer vijf nieuwe nummers die niet op de demo staan, maar die zo op cd zouden kunnen. Maar laten we eerst maar eens kijken wat de reacties op deze demo zijn”.