De Kift werpt een blik in toekomst

"Meer mensen zouden moeten weten hoe leuk De Kift is"

Jochem Boom ,

In het eerste deel van het interview met Ferry Heijne, frontman van De Kift, spraken we over het uitgebreide oeuvre en keken we terug naar de jubileum tour waar de band nu mee bezig is. In dit tweede deel vertelt hij over de bijzondere manier waarop deze band werkt en hoe ze het spannend houden voor zichzelf en publiek.

Heijne steekt enthousiast van wal als ik vraag hoe muziek maken bij De Kift precies werkt. Anders is het zeker, de band heeft zich immers nog nooit aan een genre gebonden. “Behalve bij Vier Voor Vier passen we nooit bepaalde regels toe. Ze zeggen dat je emotioneel het meest hecht uit de muziek uit je puberteit. In mijn geval de punk. De techniek van drummer Wim ter Weele is weer terug te voeren op de tijd van The Beatles en The Kinks. Die inspiratiebronnen neem je natuurlijk mee, maar vanuit De Kift denken we nooit in genre. Bij het album 7 had ik zin om wat meer electrisch te werken, dat kwam voort uit het feit dat we de periode daarvoor veel akoestisch hadden gewerkt.”

Die afwisseling geldt ook voor de keuze tussen theater en poppodium. "Ik zou nooit volledig voor één van de twee kunnen kiezen. Theater heeft absoluut pluspunten. Ik hou van de energie in de popmuziek, maar in het theater kan je alles veel subtieler brengen. Je kan er een speld horen vallen. Daarom vind ik het leuk om ook daar te vertoeven."

Hoe het volgende project klinkt bespreekt de band vooraf, voor er een noot muziek gemaakt is. Als we beginnen met een nieuw project komen Pim (Heijne, gitarist - red.) en ik met een grondidee. Wat we willen vertellen, welke sfeer daarbij hoort, enzovoort. We bespreken zo duidelijk mogelijk hoe het moet klinken. Moet het swingend, of melancholiek? We maken muzikale schetsen en voegen die bij bepaalde tekstfragmenten die voor ons gevoel bij die sfeer passen.”

Een Knoeck
In de manier waarop teksten ontstaan is de band al bijna zolang we ze kennen uniek. Die komen namelijk al sinds het tweede album uit de wereldliteratuur. Hoe werkt dat dan precies? “Het is een heel mooi proces. Het begint heel simpel. Ik ga met het grondidee in mijn achterhoofd naar de bibliotheek en vraag daar om advies. Het mooie is dat het uiteindelijke resultaat gestuurd is door de teksten die ik vind.” Heijne rijdt met z’n bureaustoel naar een stapel ordners, pakt de bovenste en slaat hem op een willekeurige bladzijde open. “Hier heb ik bijvoorbeeld Italiaanse sprookjes. Passages die bij de sfeer passen schrijf ik op. Aan het eind buigen we al die fragmenten naar elkaar toe door stukken te herschrijven, sommige teksten hebben bijvoorbeeld tientallen hoofdpersonen, dat werkt niet. Het is een soort goudzoeken. Uit alle pasages en woorden filter je de klompjes goud en dat smelten we om naar één mooi beeld.”

Die fragmenten zijn soms ook voer voor discussie. Sinds muziekliefhebbers de openingstrack van Hoofdkaas hoorde vraagt iedereen zich af wat een knoeck is. “Het woord is van de Ierse toneelschrijver Samuel Beckett. Wij gaven er onze eigen intrepetatie aan. Het is het allerleukst dat sommige zinnen of woorden een heel eigen leven leiden en wij dat weer kunnen aanwakkeren.” Het woord komt voor in het beroemde stuk Waiting For Godot, maar De Kift noch Beckett kan ons vertellen wat het woord nu eigenlijk betekent.

Underground

Die manier van werken en eigenzinnige stijl is een bewuste keus. “De makkelijkste weg kiezen ligt niet in onze mentaliteit. Het gaat op de lange termijn tegen je werken. Bovendien is het zowel voor jezelf als voor je publiek niet interessant om platgetreden pad te bewandelen. Dat geldt voor het hele proces, van muziek tot decor en merchandise. Deze manier van werken is voor mij van levensbelang.” Die keuze om altijd vol voor het experiment te gaan betekent dat het lastig is om publiek te vinden. Dat feit wekt gemengde gevoelens op bij Heijne. “In al die jaren wordt de kwaliteit wel gezien door de pers en publiek. De basis van ons publiek bestaat uit mensen die ons leerden kennen door onze doorbraakplaat Krankenhaus. Inmiddels is dat echter uitgegroeid naar een heel breed publiek waar jonge gasten naast de ouderen staan. Aan de andere kant is het soms jammer dat het moeilijk is om aandacht te krijgen buiten de mainstream. Meer mensen zouden moeten weten hoe leuk De Kift is.”

Toekomst
Bij een jubileum is vooruit kijken natuurlijk onvermijdelijk. Wat er de komende jaren van de Zaanse Schans komt rollen is niet te voorspellen. Wel heeft Heijne nog wat wensen. “De eerste zanger schreef zelf zijn teksten, toen hij wegging bracht de zoektocht naar tekst ons bij de wereldliteratuur. Zelf zou ik geen teksten willen schrijven, maar het lijkt me bijvoorbeeld leuk om met een professionele schrijver samen te werken en een eigen verhaal neer te zetten.” Overigens is hij voor het komende project al van de literatuur afgestapt. “Voor de productie waar we nu aan werken zijn de teksten gebaseerd op dialogen uit films en documentaires. Dat brengt een hele andere sfeer met zich mee.”

Voor De Kift gaan de jaren nu tellen, ook in praktische zin. “Mijn vader (trompetist in De Kift) is inmiddels 80, die heeft natuurlijk de vrijheid om te zeggen ‘Ik blijf een avondje thuis’. Mijn moeder is verantwoordelijk voor de merchandise. Ze heeft laatst een zware hartoperatie gehad, dus ook zij moet af en toe gedwongen haar rust nemen.” Ook Pim (neef, gitarist) en Marco (management) behoren zowel tot de familie ‘Kift’ als de familie Heijne.

Een echt familiebedrijf dus, komt er misschien ooit een jongere generatie meespelen? “Met De Kift bedoel je?” Heijne denkt lachend na over die suggestie. “We hebben allemaal kinderen, dat wel. De kinderen van de anderen zijn allemaal nog erg jong, daar moeten interesses en talenten nog een beetje uitbotten. Mijn zoon en dochter zijn het oudst. Mijn zoon heeft het muzikale alleen niet van me geërfd. Mijn dochter wel, die kan prachtig zingen.” Of zij het stokje ooit van haar pa zal overnemen? “Wie zal het zeggen? De tijd zal het ons leren.”

TE ZIEN: De Kift, Victorie, Alkmaar, vrijdag 17 mei, 20:30 uur