Het anarchistische circus van Sexton Creeps

Psychedelische artband presenteert vierde plaat in Vera

Tekst: Michael Royall Foto's: Jan Westerhof ,

De Sexton Creeps zijn “moeilijk om in te komen”, waarschuwt een kenner. “Ze komen uit de kunst en je moet wel een beetje van psychedelische muziek houden.” Ongeveer een uur later gooit de zanger zijn microfoondraad als een lasso om het publiek heen. Hij probeert ze dichterbij te trekken, maar het publiek staat al helemaal vooraan.

Floris Bates & The Rented Friends
Floris Bates & The Rented Friends brengen tropische vrolijkheid, seksuele frustratie en een flinke dosis fijne foutheid. Bates moet het eerste album nog uitbrengen, maar volgens Vera is het een "klassiek geschoolde jizz-jazz pop talent". Ja, u leest het goed. De man uit Haarlem staat gekleed in hawaïshirt volledig op zijn gemak op het podium, geflankeerd door onder andere een gitaarspelende piraat. Het is een soort slackermuziek dat doet denken aan de Canadees Mac Demarco, inclusief de plik-plok reverbgitaartjes en uitgebeelde teksten. 
 
Een van de nummers gaat over het op zoek gaan naar een mango in de woestijn. Het heeft de toon van een Hunter S. Thompson verhaal. Geen idee of de band ooit echt in de woestijn geweest is. Maar of ze ooit op de bank zaten terwijl ze volledig overtuigd waren dat ze zich in de woestijn bevonden? Hoogst waarschijnlijk wel.
 
Sexton Creeps
Lesbian Skies is het inmiddels vierde album van de Sexton Creeps. Mocht je de Creeps niet kennen en wil je weten wat voor vlees je in de kuip hebt, bekijk dan even de vrachtwagenclip, de wat abstractere animaties of koffievideo. Het zijn een stel zeer goed gemaakte en originele clips.
 
De muziek, de hoofdattractie, balanceert alleen wat op het randje. In Vera pompen de zes leden van de band soms simultaan alle energie de zaal in. De orgel blaast, de effectenman wrijft twee strijkstokken kapot op zijn steelguitar en de distortion van de gitaar staat bijna altijd aan. De muziek lijkt niet helemaal gedefinieerd, de randen van wat de band probeert te doen zijn niet helemaal zichtbaar. Af en toe houdt een bandlid zich wel in, maar toch blijft er een waas van geluid in de achtergrond hangen. 
 
Voor sommigen is deze ambiguïteit een voordeel. Anderen zullen er wat kritischer tegenoverstaan. De nummers van de Sexton Creeps ontstaan volgens zanger Jan Harry Rus rondom "een deken van bas en drum". Misschien is dat deken het probleem. Misschien is het voor de band een warm masker dat plaats biedt aan het experiment. 
 
Als je teruggaat naar de oudere platen, merk je dat dit niet altijd zo geweest is. In plaats van een deken leken ze met een canvas te werken. Dit terwijl de partijen van de nieuwe drummer Gulliver Nice alles behalve maskerend zijn in zijn andere band, Vikings in Tibet. Het is jammer, want het gevaar van de Creeps mag gehoord worden, het mag af en toe naar voren geschoven worden, met de kans dat het fout gaat. 
 
Maar ach, dit is all part of the game. Het zijn kleine puntjes voor een avond die alsnog een explosie van muziek is. Het optreden van de Sexton Creeps is een anarchistisch circus, je weet soms niet waar je luisteren moet. Hoewel de draad die Rus als lasso over het publiek heen gooit netjes teruggegeven wordt, knalt Rus en de band door. Als de Groningse muziekscene ademt, zijn deze ontdekkingsreizigers zondermeer een flinke dosis zuurstof.