Meedogenloos METZ wervelend in Vera

Gronings Orange Skyline in het voorprogramma

Tekst: Wymer Praamstra Foto's: Harold Zijp ,

Het debuut van METZ op label Sub Pop deed aardig wat stof opwaaien. De furieuze noise-rock bracht het drietal de wereld over, en ook in Vera laten ze zien en horen waarom de bescheiden hype rond hun band meer dan verdiend is.

Dat het voorprogramma een lokaal bandje is dat het steeds beter begint te doen is leuk, maar de muziek van Orange Skyline is wel een behoorlijke mismatch met die van METZ. De stevig door britpop uit de beginjaren van dit millenium beïnvloede muziek, inclusief identiek cocky Oasis-/Libertinesachtig gedrag, is verder prima te behappen, maar dat het gedurende het voorprogramma veel leger is in de grote zaal dan daarna zegt veel over wat het publiek deze avond wil zien.

Vlammende noise-rock, dat is waar METZ groot mee is geworden en dat is waar het merendeel van het publiek voor is gekomen. Het debuutalbum uit 2012 was een dusdanig succes dat er nu nog steeds mee de wereld over wordt getourd. En in Vera wordt duidelijk dat het vooral de live-ervaring is die van Metz een echt goede band maakt. Op plaat zijn de nummers soms te eenvormig, maar live wordt er een heel nieuwe dimensie aan toegevoegd.

Niet alleen het tomeloze enthousiasme en de energie waar een ADHD’er van zou schrikken maken METZ live zo goed. Ook weet de band het ontzagwekkende lawaai beter de doseren dan op het album, door af en toe een soundscape, dan weer een rustige fase extra in te bouwen. De impact van nummers als Wet Blanket en Knife in the Water is op die manier veel hoger dan wanneer ze op een reguliere manier zouden worden gespeeld. De ervaring met het vele live spelen begint duidelijk zijn vruchten af te werpen. Overigens zou een show in het tempo van de plaat ook vrij snel afgelopen zijn, aangezien de 11 nummers er op het album in minder dan een half uur doorheen worden gejaagd.

En wat een agressie toont zanger en gitarist Alex Edkins. De vocalen komen uit het diepste van zijn lichaam en worden met zo’n passie in de microfoon geschreeuwd dat de kwijlklodders de eerste rijen om de oren vliegen. Dat de Vera-medewerkers overuren moeten maken om zijn zweet van het podium te dweilen zegt genoeg over zijn inzet. De retestrakke en harde drummer wappert de volledige 50 minuten met al zijn lichaamsdelen, terwijl ook de bassist als een bezetene speelt. De afsluitende minuten zijn misschien wel het meest indrukwekkend, met een lange noise-eruptie die het laatste nummer in tweeën knipt. Hopelijk met een nieuw album op komst binnenkort weer door heel Europa te zien.