Het contrast is mooi: Louis Puggaard-Müller in zijn kapotte spijkerbroek tussen de kroonluchters en plafondschilderingen van Lola. Subterranean Street Society opent met Hurry, een stevige uptempo bluestrack. Drummer Ryan Wilson legt een fel, hoekig fundament onder dit nummer. In het volgende nummer trekt hij dit samen met de wollig spelende bassist door naar een new-wave achtige vibe. Interessant, maar het gitaarspel van Puggaard-Müller blijft beperkt tot relatief eenvoudig akkoordenwerk. Gelukkig volgt er al snel een ballad. Louis breidt zijn composities uit met mooi tokkelwerk. De onvolmaakte liefde is een thema dat geregeld terugkomt tijdens deze ballads. Songtitels als I’ll Let You Go, If You Don’t Leave en I’ll Leave Me Before You Do liegen er niet om: het straatmuzikantenbestaan brengt je niet linea recta naar de ware. Mooi is ook het nummer Before History Repeats, waarin Puggaard-Müller zijn inzichten over de vluchtelingencrisis bezingt.
Het publiek luistert aandachtig, de heren zien hun kans schoon en spelen de ballads onversterkt. Vooral Louis gaat hier helemaal in op: van tijd tot tijd kijkt hij je, met wijd opengesperde ogen, indringend aan.
Na dit punt is de set niet heel interessant meer. De drie muzikanten weten heel goed waar ze mee bezig zijn, maar de muziek weet niet altijd te overtuigen. Niet alle nummers van het in 2016 uitgebrachte album I’ll Leave Me Before You Do zijn namelijk even sterk. Gelukkig hebben de heren nog een verrassing bewaard voor het einde. Met I Won’t Get Married To Nothing But Silence laten de heren zien dat ze ook uitstekend kunnen grooven. Als afsluiter krijgen we nog een mooie ballad te horen.