Xavier Rudd pakt muzikaal uit in De Oosterpoort

Happy hippie Ozzie zorgt voor een relaxte vibe

Hedwig Hibma, ,

In de kleine zaal van de Oosterpoort in Groningen zijn ongeveer 300 man afgekomen op de lokroep van de didgeridoos van de Australiër Xavier ‘van-alle-instrumenten-thuis’ Rudd. De vriendelijke artiest verhaalt over moeder aarde, vrede en Aboriginals. Tussen het zingen door bespeelt hij een keur aan instrumenten

Happy hippie Ozzie zorgt voor een relaxte vibe

Met rustige liedjes op gitaar en piano leidt de Nederlandse singer songwriter Dearhunter de avond in. Hij speelt temidden van de, nog voor het zicht verborgen, instrumenten van de hoofdact. Het publiek lijkt de aandacht er nog niet helemaal bij te hebben, getuige het geroezemoes. Wel verzamelen zich een aantal verliefde stelletjes voor het podium. Na een korte pauze worden de instrumenten van Xavier Rudd letterlijk uit de doeken gedaan. Links een bonte verzameling, met drie didgeridoos, een mondharmonica, allerhande trommels en metalen buisjes en rechts een zeer uitgebreid drumstel. Blootsvoets en voorzien van een hoed die Indiana Jones niet zou misstaan, installeert Rudd zich achter zijn didgeridoos. De oerklanken raken je in je onderbuik en drummer Dave Tolley doet daar nog een schepje bovenop door zijn drumstel er flink van langs te geven. Hier blijkt duidelijk de invloed van producer Joe Barresi, die is aangetrokken voor het mixen van het nieuwe album “Dark Shades of Blue” (augustus 2008). Barresi werkte eerder samen met bands als Tool en Queens of the Stone Age. Het milieu, het leven, de Aboriginalcultuur en de liefde zijn terugkerende thema’s in de muziek van Xavier Rudd. De zwart-rood-gele Aboriginalvlag siert het podium en, in kleine versie, het shirt van Rudd. In Australië heeft hij al gouden en platinum platen behaald en ook in de Verenigde Staten zijn vele fans te vinden. Rudd heeft onder andere het voorprogramma gedaan voor Jack Jonhnson en Ben Harper. Op zijn website noemt Rudd nog enkele andere muzikale inspiratiebronnen, waaronder bands als G. Love & Special Sauce en Michael Franti and Spearhead. Een flinke portie slagwerk, elektrische gitaren, een riedeltje reggae en een portie dance komen vanavond voorbij. “Let me be” is de publieksfavoriet, maar dat kan ook bijna niet anders met een meezingbaar stukje “oh oh” erin. Er wordt gedanst en meegeklapt en Rudd bedankt het publiek voor de energie die ze hebben meegebracht. Hij geeft hen nog een boodschap mee: “All that we need is music, peace and the gift of the trees”. Tja, deze man is niet voor niets door de PETA uitgeroepen tot meest sexy vegetariër van Australië.