De eerste verrassing doet zich al voor tijdens de eerste seconden van openingsnummer ‘Willy’. Gitaren denderen je hoofd binnen, gedragen op een trein van drumgeroffel en begeleid door een diepe grunt uit de strot van Maarten. Al vrij snel gaat diens stem over in mooie, cleane zang als de trein verder rijdt. Na een kort moment van relatieve stilte, als de trein zich in een tunnel bevindt, knalt-ie er weer uit als in het begin. Op dezelfde roffel als in het begin toont Maarten waartoe zijn stem in staat is, door zich gruntend af te vragen waarom hij zo emotioneel is.
Vocaal is Maarten sowieso tot veel in staat. Niet alleen is kan hij prachtig clean zingen of heerlijk schurend grunten, maar – zo blijkt uit titelnummer ‘Chiron’ – ook nog eens heel goed daar tussenin zitten. Je komt regelmatig tegen dat zangers heel mooi en toonvast en zuiver kunnen zingen. Ook zangers die alles schitterend aan elkaar kunnen grunten zijn er genoeg. Vocalisten die allebei kunnen worden al zeldzamer, maar zij die daarnaast ook nog eens heel mooi een middenweg kunnen neerleggen, moeten met een lampje worden gezocht.