Het Nijmeegse Taxidermist heeft al in veel samenstellingen gespeeld, waarbij opvalt dat in de huidige samenstelling geen toetsenist meer te vinden is. De band lijkt op Desert Calm voor een rustigere sound te hebben gekozen, waarbij gitaren beter passen dan toetsen. Het valt niet onder één noemer te scharen: noem het desert, noem het grooverock: eigenlijk passen er genoeg labels op om de liefhebbers van zompige gitaarmuziek tevreden te stellen.
De twaalf nummers van het album kabbelen lekker in elkaar door, waardoor soms het onderscheid in de nummers een beetje vervaagt. Collision staat fijn in het begin van de plaat. De koortjes die soms wat Radiohead-achtig klinken zijn aanstekelijk, evenals de tegendraadse drums. Het is jammer dat het album daarna een beetje inzakt. Tot we bij het stevigere Idle Hands aankomen: tijd voor actie. Het inzakken komt zeker niet omdat de nummers slecht zijn – integendeel, de titeltrack Desert Calm laat dit horen – maar meer omdat ze doen wat ze moeten doen: je in een trans meenemen op reis naar een ver oord. Track 8, Paper Daisies, gaat verder in de wat stevigere beats. Het verwijst alvast naar de laatste track op het album: It Will End. Stone Scissors, track 10, is een van de sterkste nummers van de plaat, en mijn persoonlijke favoriet. Hier laat Taxidermist zien dat ze niet zijn vergeten hoe ze een climax moeten opbouwen: erg lekker.
De grote vraag bij dit album is: hoe klinkt het live? Thuis luistert het erg lekker, maar als de stiltes en dynamiek verloren gaan in de gesprekken van minder geboeid publiek zou het wel eens lastig kunnen worden als muziekliefhebber om echt te genieten. Gelukkig hebben we dan deze plaat nog, die overigens al te beluisteren is op de website van de band zelf. Luistertip: leun lekker achterover en laat je meeslepen: de plaat is het waard.