DeWolff verdrinkt het publiek met solo’s
Al zijn ze nog piepjong, vanaf de eerste toon weet DeWolff duidelijk te maken dat er een lading kwaliteit op het podium staat. Een trip terug naar de jaren 70. De met orgel en gitaar doordrenkte nummers doen sterk denken aan een band als Led Zeppelin. Sterker nog, zanger Pablo van der Poel heeft wat weg van een jonge Robert Plant. Neemt niet weg dat deze mannen daar wel een originele draai aan weten te geven.
De nummers zitten vrij technisch in elkaar en zijn op een creatieve wijze opgebouwd. De tonen zijn loepzuiver, maar ook het laten uitzingen van een toon wordt niet geschuwd. Aan meesterlijke riffjes ontbreekt het dus zeker niet. Helaas word het soleren soms wat te ver uitgebouwd, waardoor het uiteindelijk vervelend wordt. De drummer daarentegen weet een solo binnen het nummer te verwerken en vult daarmee het ontbrekende puzzelstukje. Van der Poel krijgt een Nozem (lokaal drankje van de Zwarte Cross) in zijn handen gedrukt, en feest op aanstekelijke manier mee met de festivalganger. Als afsluiter herhaalt zanger Van der Poel het kunstje dat DeWolff twee jaar geleden in de toen nog bestaande Fijnproeversweide deed: hij sluit al crowdsurfend de show af.