De internationale allure van Okieson

“Radio Barcelona draait ons nog dagelijks”

Tekst: Maarten Wagemakers ,

Het gaat goed met Okieson. Eind vorig jaar kwam de tweede plaat Cupboard Full of Things uit, die nota bene in Nashville werd gemixt en gemasterd. En verder was er nog de oprichting het het Elektrograph label, het bouwen van een eigen studio, elke week weer nieuwe optredens en zelfs een heuse tour door Spanje. Tijd voor een update met frontman Sebastiaan van Bijlevelt.

“Radio Barcelona draait ons nog dagelijks”

Eind vorig jaar kwam de tweede plaat uit van Okieson, Cupboard Full of Things, en verder was er nog de oprichting het het Elektrograph label, het bouwen van een eigen studio, en een tour door Spanje. Tijd voor een update met frontman Sebastiaan van Bijlevelt.

De laatste keer dat we jullie spraken stonden jullie nog aan de vooravond van wat een behoorlijk druk jaar zou worden.  

“Het was inderdaad een redelijk heftige periode! We hadden eigenlijk gewoon voor de lol een cd opgenomen en we hadden totaal niet verwacht dat het zo zou worden opgepikt. Het is ook ontzettend moeilijk om in dit genre een groter publiek aan te boren. Je moet mensen echt direct zien te bereiken, ze persoonlijk van je kwaliteiten overtuigen. Uiteindelijk hebben we in dat eerste jaar 52 maal kunnen optreden, ook in Duitsland en België. En we hebben toch zo’n 800 cd’s weten te verkopen. Niet verkeerd gezien het glazen plafond dat je als beginnende band vaak tegenkomt…”

Om vervolgens jullie tweede album doodleuk te masteren in Nashville, de bakermat van de country. Hoe is dat tot stand gekomen?

“Ha, heel vreemd. Aanvankelijk was ik van plan met onze toenmalige gitarist (Paul van Gogh – red.) gewoon op vakantie te gaan in de VS, een trip langs New York en Nashville enzo. Maar toen we een keer als voorprogramma van Lambchop mochten aantreden en backstage aan de praat raakten met toetsenist Tony Crow, begon het toch wel te kriebelen. Wat als we onze plaat ook echt in Nashville konden mixen en masteren? We hebben toen Mark Nevers benaderd (o.a. producer van Calexico en Andrew Bird – red.), die meteen enthousiast was over de samenwerking.

We hadden slechts drie maanden de tijd om in Nederland alle nieuwe nummers te schrijven, arrangeren en op te nemen voordat ik dan met de geluidsbanden richting de VS zou trekken. Met de hulp van BJ Baartmans, Sjoerd van Bommel en Mike Roelofs hebben we toen in no time alles op weten te nemen. In New York hebben we daar nog trompetpartijen van Dennis Cronin (Lambchop) aan kunnen toevoegen, terwijl we in Nashville zelf nog Paul Niehaus van Calexico (op pedalsteel) en Tony Crow zelf (toetsen) hebben opgetrommeld.”

Hoe vertaalt zich dat naar het podium?

“Nou ja, het klinkt misschien als knip- en plakwerk, maar we hebben het album wel heel duidelijk vanuit een bandperspectief geschreven. Meer nog dan bij ons eerste album zijn de nummers organischer qua opbouw, waarbij improvisatie en variatie veel makkelijker in te bouwen is dan bij het werk van de oude plaat. We zijn sowieso altijd bezig om manieren te vinden het oudere werk een frisse, nieuwe draai te geven voor onze live-shows. Elke oefensessie begint dan ook met jammen, ideeën uitwisselen, nieuwe spanningsbogen creëren, noem maar op. Onze nieuwe gitarist, David Geraerts, speelt daar ook wel een rol in. Zijn ervaring in de psychedelische underground in België zorgt bijvoorbeeld voor interessante invalshoeken.”

Jullie pakken sowieso alles behoorlijk professioneel aan tegenwoordig. Een eigen label, een eigen studio…


“Ja, tegenwoordig ben ik ook fulltime bezig met muziek. Het is natuurlijk een droom om met zoiets je brood te kunnen verdienen en ik ben nu aan het kijken hoever ik daarmee kan komen. Dat is ook wel één van de redenen dat we met Phantom Puercos een eigen recordlabel hebben opgericht. Er is iets fascinerends aan het hele D.I.Y. principe, zelf uitvogelen hoe dat hele wereldje in elkaar steekt. En tja, grotere platenlabels zijn tegenwoordig ook niet echt meer een serieus alternatief te noemen. Waarom zou je je creatieve vrijheid willen inleveren voor een format dat per definitie op sterven na dood is? 

Het ombouwen van mijn huis naar een studio ligt ook in het verlengde daarvan. Het geeft ons zoveel meer vrijheid. We kunnen oefenen wanneer we willen en we hebben meer mogelijkheden bij het ontwikkelen van een eigen sound. Bovendien ligt het op een perfecte locatie in the middle of nowhere in Ooij, waar de enige buren gallowayrunderen en przewalskipaarden zijn. Je kunt je daar echt afsluiten van het veel drukkere stadsleven, concentreren op je muziek.”

Het lijkt zich ook uit te betalen. Jullie krijgen steeds meer voet aan de grond.

“Ha, zeker. Small House is al gedraaid door bijna elke publieke radiozender, afgezien van 3FM dan. Binnenkort gaan we trouwens ook een live-sessie doen in de NPS-studio’s. En Leo Blokhuis schijnt ondertussen ook een liefhebber te zijn; die heeft ervoor gezorgd dat we werden gedraaid in het radioprogramma van Mart Smeets!  In het buitenland begint het ook langzaam te lopen. In België komt Cupboard Full of Things weleens langs op de radio, in de volledige 7 minuten durende glorie! We staan binnenkort ook in een Belgische variant op Later with Jools Holland, erg tof. We hebben nu ook een distributiecontract in Duitsland en contacten met Portugal en we hebben onlangs nog getourd door Spanje… Radio Barcelona draait onze plaat zelfs nog dagelijks. De markt voor onze americana is nergens echt groot, maar dat weerhoudt ons er natuurlijk niet van om alles zo breed mogelijk aan te pakken.”

Wat gaat 2010 verder allemaal nog brengen?


“Momenteel zijn we bezig met een videoclip. We twijfelen nog tussen Trees en Small House, maar het kan ook dat we ze gewoon allebei gaan doen. Voornamelijk bedoeld voor het internet uiteraard, want ik verwacht niet dat we er bij TMF snel tussen zullen komen, haha. We gaan waarschijnlijk in november weer naar Nashville, dit keer ook met de hele band. We zullen de nummers wederom in Nederland schrijven, maar het volledige opnameproces zal ook echt daar plaatsvinden. Ik verwacht dat we dan een plaat zullen opnemen die een stuk dichter bij de live-ervaring zal liggen dan bij de vorige twee albums het geval was. Zeker iets om naar uit te kijken!

Verder willen we gewoon veel jammen, optreden en vooral heel veel genieten. We zijn onwijs trots op waar Okieson op dit moment staat. We hebben met een behoorlijke diversiteit aan mensen iets heel moois weten neer te zetten en hopelijk kunnen we dat dit jaar verder uitbouwen.”