Lavalu bedankt voor muzikale platheid

"Radio is zo commercieel"

Tekst: Gerrit Weeren / Foto's: Michaël Bakker ,

Actrice Marielle Woltring speelt in Lavalu haar beste rol. Met een uitnodiging voor het prestigieuze Montreux Jazz Festival in de achterzak lijkt North Sea niet ver weg. Maar met het nieuwe album doet de band juist een stap richting poppodia.
Tijd voor een interview met La Lavalu.

"Radio is zo commercieel"

Actrice Marielle Woltring speelt in Lavalu haar beste rol. En met een uitnodiging voor het prestigieuze Montreux Jazz Festival in de achterzak, lijkt North Sea niet ver weg. Maar met het nieuwe album doet de band juist een stap richting poppodia. Ik praat erover met La Lavalu.
Wat betekent Lavalu... is vast de meest gestelde vraag. Als Lavalu een Indiaanse naam was, wat zou het dan betekenen?
“Leuke vraag. Lavalu zou 'voor je eigen hart opkomen' betekenen. Doen wat je echt wilt, vinden wat je echt vindt. Je eigen leven is er puur voor jou en daar ben je zelf verantwoordelijk voor.”
Er is al veel gezegd over de ongrijpbaarheid van het Lavalu-genre. Jouw crossover jazz ligt makkelijk in het gehoor, maar de muziek put duidelijk uit geoefende bronnen. Wat is je muzikale achtergrond?
“Ha ha, mijn muziek moeilijk? In ieder geval niet voor kinderen. Die blijven makkelijk een uur geboeid toekijken bij onze optredens.”
“Ik speel vanaf mijn vierde klassiek piano en heb twintig jaar pianoles gehad. Maar Tori Amos was de oor-opener: wauw, kan dat ook? Dat aparte, eigenzinnige vind ik belangrijk. Je vindt het ook terug in andere artiesten die ik bewonder, zoals Björk, Radiohead, Jeff Buckley en Anthony and The Johnsons. En af en toe komt er ergens gewoon een heel leuk liedje voorbij!”
Je hebt zelf dus geen conservatoriumachtergrond.
“Nee, toneelschool! Ik ben eigenlijk actrice. Lavalu is mijn beste rol, mijn meest echte ook. Mijn mannen komen wel van het conservatorium, dat zijn hele concrete muzikanten. Maar gevoelsmatig zitten we heel erg op hetzelfde level. We spreken muzikaal misschien een andere taal, maar we begrijpen elkaar wel goed. Dat gaat eigenlijk heel erg vanzelf.”
Ik neem aan dat je je streekgenoten De Staat en Roosbeef kent. Torre Florim, frontman/zanger van De Staat, maakte eerst een album en formeerde daarna pas zijn band. Ook Roos heeft de beefjes strak in handen. Ben jij de Torre Florim van de jazz?
“Nee, dat ligt toch net anders. Ik heb eerst solo opgetreden onder mijn eigen naam. Daarna werd het Lavalu, een duo; ik met een drummer. Tegenwoordig spelen we in wisselende samenstellingen. Het is Lavalu als ik op het podium sta en soms neem ik leuke jongens mee! Het spelen in wisselende samenstellingen vind ik erg leuk en inspirerend, het is steeds weer anders. En het gaat makkelijk, want die jongens zijn supersnel.”
Toch handig dus, zo'n gedegen muzikale opleiding.
“Ik moet het helemaal uit mezelf halen, terwijl de jongens precies weten wat kan. Maar dat geeft me wel mijn aparte klank. Dus ik ben eigenlijk wel blij dat ik niet precies weet hoe het moet...”
Om even bij De Staat en Roosbeef te blijven; zij tekenden beiden bij Excelsior. Jullie zijn bezig met de opnames voor jullie debuut-cd. Is Excelsior niks voor jullie?
“Tja... Excelsior is een mooie club, maar toch vraag ik me af of een platenmaatschappij wel nodig is. Ik heb een heel sterk management en ik geloof in de 'Marike Jager-manier'. Ik heb een eigen platenmaatschappij opgericht en de distributie van de plaat wordt straks gedaan door Rough Trade distributie.”

En er is nieuws?
“Het debuut is zojuist officieel af verklaard. 24 september is de cd-presentatie in Paradiso. Deze plaat gaat mensen doen opkijken; is dit ook Lavalu? Ja, dus! Meer pop, en dat heb ik eigenlijk altijd al gewild. Begrijp me niet verkeerd. Er is niks mis met de jazzy inkleuring van de nummers. Die wordt ingegeven door de achtergrond van de muzikanten. Erg mooi en het past ook erg goed bij mijn muziek. Maar ik was twintig toen ik voor de eerste keer jazz hoorde!”
Je wordt Arnhems trots en glorie genoemd. Waarschijnlijk terecht. Toch lijk je buiten Arnhem aanzienlijk serieuzer genomen te worden. Hoogtepunt tot nu toe is ongetwijfeld je uitnodiging voor het Montreux Jazz Festival. Vertel...
“Het is eigenlijk een heel onwaarschijnlijk verhaal. Het grootste jazzfestival ter wereld was nog op zoek naar acts die voor een breed publiek toegangelijk zijn. Wij hebben een demo opgestuurd en dat wat nooit gebeurd, is gebeurd. We kregen de vraag of we wilden komen spelen...”
Geen oom in de organisatie of een neef in de catering?
“Gewoon op de muziek, heel erg tof dus. En we zijn waarschijnlijk de enige Nederlandse act, dat maakt het nog eens extra bijzonder.”
X-factor is een wedstrijd voor de beste cover-zanger. Is het geen tijd voor een X-factor voor singersongwriters? Een echte artiest kan toch meer dan een aardige cover zingen, toch?
Met vragen over wedstrijden scoor je duidelijk geen punten bij Marielle. Quasi geïrriteerd vertelt ze. “Het enige wat ik er over wil zeggen, is dat ik inmiddels volledig ben afgeknapt op het meedoen aan wedstrijden. Van de tien keer dat we hebben meegedaan, hebben we een keer of twee gewonnen. Het heeft ons weliswaar aan onze eerste optredens geholpen, maar toch hoop dat ik nooit meer mee hoef te doen!”
Als je mag kiezen: grote zaal Paradiso, North Sea Jazz of toch het  theater?
“Grote zaal Paradiso! Meteen! Ik ben al eens getypeerd als een soort Alice in Wonderland die via een konijnenhol in de wondere wereld van de jazz terecht is gekomen. Klopt op zich wel. Ik jazz pas vanaf mijn twintigste, dus mijn roots liggen ergens anders. De plekken die ik ken van vroeger zijn de beroemde poppodia. Dat ligt gewoon dichter bij mij. Maar eigenlijk wil ik natuurlijk overal kunnen spelen. Op poppodia, maar ook op jazzfestivals. Mensen die naar jazz komen kijken, zijn vaak oprecht geïnteresseerd in muziek. Fijn is dat. Maar met de plaat die we nu gemaakt hebben, komen we de hardcore jazzpodia overigens niet meer op. Dat vind ik ook niet erg eigenlijk...”
Marielle twijfelt even of ze de titel van de nieuwe plaat zal vrijgeven, maar haar enthousiasme wint. 
Hope Or Liquid Courage gaat ie heten, elf nummers staan er op en ik ben er zo ontzettend trots op! Lef en hoop zijn zo belangrijk, maar ook ongrijpbaar. Het zijn de twee dingen die nodig zijn om de dag te kunnen beginnen, om deze wereld in te kunnen stappen.”
Met de afgeronde cd op zak is het tijd voor de volgende droom.
“We hebben het afgelopen jaar op zoveel gave plekken mogen spelen. Noorderslag, Bimhuis, Uitmarkt, Sugarfactory, Paradiso, Vondelpark, we zijn echt goed opgepikt in Amsterdam. Ons volgende doel wordt het om zelf de zaal te kunnen vullen. Geweldig lijkt me dat.”
Een hitje zou natuurlijk helpen.
“De plaat is weliswaar heel toegangelijk, maar een hit scoren is waarschijnlijk gewoon simpelweg niet haalbaar. Bij de radio gaat het er zo commercieel aan toe tegenwoordig, dat dat redelijkerwijs gewoon niet kan lukken. En voor de benodigde muzikale platheid bedank ik liever.”
Ten slotte, welke muzikale tip wil je de lezers meegeven?
“Miriam Moczko! Haar EP komt eraan en is heel erg goed. Zowat al mijn vrienden maken muziek, maar Miriam is de enige die in mijn voorprogramma mag. Ze is intrigerend en toegangelijk. Vrijdag 22 mei staat ze in mijn voorprogramma in Willemeen.
Zin een in een goede show, een mooie avond? Kom kijken, want we gaan knallen! Lavalu, voor al uw rock & roll!”
Lavalu zal na Montreux voor 3VOOR12/Arnhem-Nijmegen verslag doen van haar avonturen rondom reis, verblijf en optreden in de Zwitserse stad. Maar eerst kun je Lavalu nog live zien op 22 mei op Arnhems meest hardcore jazzpodium Willemeen.