Frank Carter speelt memorabele show in Asteriks

Zondagmiddagvertier in de vorm van vuige punkrock

Tekst: Sannette de Groes | Foto's: Rick Slagter ,

Afgelopen zondagmiddag druppelt Podium Asteriks mondjesmaat stampvol. Het concert is al geruime tijd uitverkocht, dus geheel onverwacht is het niet. Menigeen kent Frank Carter wellicht van de band Gallows, een keiharde Brit punkband waar hij samen met zijn broer in speelde. Ook maakt Carter een uitstapje naar de meer melodieuze kant in de formatie Pure Love. Nu is hij terug met The Rattlesnakes. Het geschreeuw is terug maar er is ook ruimte voor diepgang. Dit alles is terug te horen op het album Blossom. Het duo God Damn opent de middag.

Door technische problemen begint de show in Asteriks even iets later, maar wanneer de deuren open gaan wordt snel duidelijk dat er met het geluid niets aan de hand is. God Damn maakt haar entree, en het wordt duidelijk dat het nu geen goed moment is om oordoppen thuis te laten. De ramen lijken er bijna uit te knallen in de kleine zaal. Toch staan er maar drie jongens op het podium. Drummer Ash Weaver slaat als een losgeslagen houthakker vol overgave op zijn drumstel en zanger Thom Edward produceert luid gekrijs. De androgyne gitarist/sample man James is recentelijk toegevoegd aan de band. Het publiek lijkt nog niet echt onder de indruk en helemaal niet wanneer Edward de zaal doorloopt met een microfoonstandaard als Jezus met het kruis. De punk die de band speelt is wel een lekkere opwarmer maar mensen zijn toch echt voor Frank Carter & The Rattlesnakes gekomen.


Met Sam Cooke’s Change is Gonna Come verschijnt daar Frank Carter & The Rattlesnakes en het gaat direct los. Het eerder nogal stijve publiek begint direct te bewegen en de eerste pit is een feit. Frank Carter is een makkelijke prater en hij geeft aan dat dit met stip de meest memorabele show is die ze hebben gespeeld, om vijf uur ’s middags in een oude gevangenis. De teksten van de nummers laten weinig aan de fantasie over en dat zorgt voor meezingers als Juggernaut en Devil Inside Me. Na een aantal knallers en een cirklepit die meer lijkt op een hardloopwedstrijd, vraagt Carter of het publiek wil gaan zitten. Hij weet de hele zaal stil te krijgen behalve een mafkees achterin die het leuk vindt om 'Slayer!!' te roepen. Hij vertelt de toeschouwers over het verlies van zijn vader en de impact die het op hem heeft gehad. Na zijn toespraak zingt hij het emotionele Beautiful Death, dat veel mensen raakt. Men mag het sentimenteel noemen en waarschijnlijk doet hij dit bij elk optreden, maar dat neemt niet weg dat het ook vanmiddag in Asteriks indruk maakt. Na het emotionele moment gaat het gewoon weer los en mag er vooral gecrowdsurft worden. Het nummer eindigt met een enorm lange fade out en de bandleden verlaten het podium, waarop mensen elkaar wat aankijken van: “Komen ze nog terug?”.


Ze komen zeker terug en wel met het nummer I Hate You en volgens Carter heeft iedereen wel iemand in zijn of haar leven “who’s an absolute fucking cunt”. Erg veel diepgang heeft het lied natuurlijk niet maar het is heerlijk om dit luidkeels mee te brullen en aan iemand te denken waar je een hekel aan hebt. Frank Carter & The Rattlesnakes hebben op deze herfstige zondagmiddag het publiek weten te verrassen met een dynamische show, gevarieerde nummers en emotie. Zeker een show om niet heel snel te vergeten zoals Carter zelf al aangaf.