Interview Broken Brass Ensemble

Debuutalbum Brasshopper: ‘Al springend en dansend de wereld over.’

Tekst: Elke Verwoerd ,

Waar vele bands van dromen, overkomt het de jongens van het Broken Brass Ensemble: in krap drie jaar tijd spelen ze festivals plat en laten ze overal een spoor van vreugde achter. De volgende stap is hun debuutalbum Brasshopper met releaseshow op 27 maart in Podium Asteriks. De eerste single Hoe Het Is, samen met Rico, is al uit sinds eind december. Hoe gaat het met de jongens en wat kunnen we van hun debuutalbum verwachten?

In het Leeuwarder Café Wouters zitten Arjen Attema en Pieterklaas de Groot van Broken Brass Ensemble aan een ijsthee en een sinas. Arjen: “Ik wilde eigenlijk een biertje bestellen, maar dat mocht niet van hem.” Hoe snel het succes van het ensemble ook is gegaan, de nuchterheid en humor blijft erin. “De chemie heeft er bij ons altijd wel ingezeten,” Vertelt Pieterklaas. “Het was geen kwestie van daarin groeien. We zijn echt een vriendengroep. Op het podium zijn we niet anders dan in de repetitieruimte.”

Kleine terugblik

Wat was nu het vetste optreden van de afgelopen tijd? “Engeland!” Roepen ze bijna tegelijk. “Dat was op het Greenman Festival in Wales.” Vertelt Arjen. “We zaten negen uur in de bus om vervolgens een kort nachtje in een tentje in de bergen te slapen.” Pieterklaas: “En de volgende dag, niet wetend wat we konden verwachten, in een over-
volle tent staan: het publiek ging lós, echt. Het was fantastisch."

“Het succes is wel ontzettend snel gegaan”, vertelt Arjen. Dat kan je wel zeggen, met meer dan 100 festivals in krap twee jaar tijd. “Daarom heeft het album ook even op zich laten wachten.”

Iets luisterbaars

Het debuutalbum Brasshopper wordt 27 maart gereleased in Podium Asteriks. Arjen: ‘Het idee achter de naam Brasshopper: de naam is afgeleid van de sprinkhaan. Die staat bekend om zich als een zwerm te verspreiden, al springend en dansend. Zo willen we de wereld over!’

Op het album werkt het ensemble samen met Rico, Harmen Ridderbos (Town of Saints), Benjamin Herman (New Cool Collective) en Ruben Hein. De gastmuzikanten lopen uiteen in genre, van jazz, folk tot hiphop, hoe vormen die verschillende genres zich op het album? Arjen: “Het is enerzijds een afwisselend album, tegelijk blijft de basis in de koperblazers en de energie daarvan het uitgangspunt.”

“We keken per nummer: ‘wat heeft het nodig?’ En dachten ook, tja, als we zelf gaan zingen…” Pieterklaas trekt er een wenkbrauw bij op. “We wilden wel iets luisterbaars maken, haha.”

Arjen: “Het is heel tof om met andere mensen samen te werken die vanuit een andere invalshoek het nummer naar een hoger plan trekken. Benjamin Herman bijvoorbeeld, de saxofonist, inspireerde enorm. Met hem hebben we Voodoo Mama opgenomen.”

“Zijn creativiteit vooral en hoe hij zich inleeft in de muziek. Mooi om met zo’n virtuoos te spelen”, vult Pieterklaas aan.

Hoe komen die nummers nu tot stand?

Arjen: “De meeste nummers worden bij ons geschreven door Sjors Dijkstra, onze trombonist.”

Pieterklaas: “Maar doorgaans fikken we eerst alles af en dan ontstaat er weer iets nieuws. Onze muziek is open, het leeft, en dat hoor je ook terug op het album. Als een nummer er in één keer goed opstaat, vind ik niet dat je het dan voor de zekerheid nog tig keer moet opnemen tot het perfect is. Dan gaat de energie eruit. Hier en daar hoor je dan misschien wat kleine foutjes, maar klinkt het wel heel natuurlijk.”


Arjen: “De nummers met de gastmuzikanten zijn eigenlijk vooral ontstaan in de studio; de nummers zijn samen gemaakt, er is niets vooraf afgesproken. Zo kwamen we bij toeval Ruben Hein in de studio tegen. We hadden bij een nummer toch echt een zanger nodig, hij luisterde mee en in een middag had hij de tekst af.”

Waarom moeten we het album hebben?

“Omdat je van een feestje houdt”, antwoordt Pieterklaas. “Maar ook omdat er energie en drive in zit en omdat je thuis natuurlijk moet oefenen om te dansen. EN! En, echt, omdat het artwork van Wytse Sterk meer dan te gek is. Hij heeft zichzelf echt overtroffen.”

Wat valt er nog te dromen?

Arjen: “In eerste plaats zijn we heel blij dat we nu een mooie, goeie cd hebben. Eindelijk iets tastbaars. We zijn er erg trots op.”

Pieterklaas: “Er valt nog genóeg te dromen. We willen heel graag naar Amerika, New Orleans, maar ook de grote festivals Lowlands en Pinkpop staan nog op het lijstje, hoor. Maar eerst maar eens aankomend festivalseizoen. Vanaf eind maart gaan we los!”