Al gaat dat niet zonder slag of stoot. De band speelt namelijk buiten op het terras van PopEi dat zich bevindt langs de ring en het spoor. Het zorgt voor de nodige onderbrekingen, maar de band lijkt hier weinig hinder van te ondervinden. Wanneer er een ambulance langs scheurt, net in het slot van een song, zwaait de band jolig naar het vehikel van de hulpdiensten. “Dat was een korte solo van onze gezondheidszorg!”, grapt frontman Hans Pallada.
De band opent met het puike ‘Poor Man’s Blues’. Qua geluid zit het de band niet erg mee vandaag. Naast de hinder van de ring en het spoor, waait het ook nog eens alle kanten op. Dat er wat kwaliteiten op het terras verzameld zijn, blijkt wel duidelijk uit de lekkere blues-sound. Het ongepolijste en niet altijd zuivere geluid van de bandleden wordt gecompenseerd door de charme van het gezelschap. Al spelend heeft één van de gitaristen een sigaret in zijn mondhoek bungelen en tussendoor wordt er een slok van een pilsje genomen. Deze jongens zijn net zo relaxed als hun publiek.
De band opent met het puike ‘Poor Man’s Blues’. Qua geluid zit het de band niet erg mee vandaag. Naast de hinder van de ring en het spoor, waait het ook nog eens alle kanten op. Dat er wat kwaliteiten op het terras verzameld zijn, blijkt wel duidelijk uit de lekkere blues-sound. Het ongepolijste en niet altijd zuivere geluid van de bandleden wordt gecompenseerd door de charme van het gezelschap. Al spelend heeft één van de gitaristen een sigaret in zijn mondhoek bungelen en tussendoor wordt er een slok van een pilsje genomen. Deze jongens zijn net zo relaxed als hun publiek.