De aftrap wordt gedaan door Make Do And Mend, de band die vorig jaar nog indruk maakte tijdens een ‘guerilla-gig’ in Kafee Aloys. Door goede live-shows, een hoog arbeidsethos en een knappe debuutplaat is de punkband uit de Verenigde Staten gestaag bezig een sterke fanbase op te bouwen. Helaas stellen ze vanavond teleur. De show komt veel te laat op gang doordat driekwart van de set ronduit rommelig is. De drummer speelt onvast en zanger/gitarist James Carroll haalt zijn zanglijnen niet. Zelfs tussen de nummers door voegt zijn geforceerde stem (“Never lose your fucking teeth and never lose your fucking claws”) niets toe. Pas vanaf ‘Lucky’ gaat de machine draaien, maar dan is het met nog maar twee nummers op de setlist al te laat.
Every Time I Die brengt chaos naar Dynamo
Cancer Bats zetten Set Your Goals weg als kleine jongetjes
Het mag gezegd worden: Dynamo boekt dit jaar prima shows voor de hardcore liefhebbers. De laatste twee maanden stonden Norma Jean, The Chariot, The Used, Slapshot en Born From Pain al in het Eindhovense poppodium. Vanavond worden aan dat rijtje nog eens vier namen toegevoegd. Al is Make Do And Mend meer punk dan hardcore, haalt Set Your Goals de mosterd uit de poppunk hoek en brengen Cancer Bats een kruisbestuiving tussen southern rock en metal. Eigenlijk valt alleen headliner Every Time I Die in de hardcore hoek onder te brengen en ook die band kleurt graag buiten de lijntjes. Kortom, een avond met bands van diverse pluimage.
Make Do And Mend
Set Your Goals
Ze zijn dan misschien de vreemde eend in de bijt, Set Your Goals speelt een bijzonder strakke set. De Californische punkrockers weten precies waar hun kracht ligt: een feestje bouwen. Voor het gemak spelen ze ‘Summer Jam’ maar als tweede nummer, gevolgd door ‘The Few That Remain’. Het publiek springt en het tempo in de set ligt hoog. Toch wringt ergens de schoen, en dat ligt vooral aan de twee zangers. De één is een klein en spichtig mannetje, terwijl de ander bijna twee koppen groter is en meer ‘lovehandles’ heeft dan goed voor hem is. Deze uiterlijke kenmerken zouden natuurlijk niet ter zake doen als de heren een fantastische podiumperformance zouden hebben. Helaas ontbreekt het aan uitstraling. De rest van de band mag dan indruk maken, de hele act komt door de onkunde van de frontmannen niet over. Het toppunt wordt bereikt wanneer de kleine zanger vraagt of de rookmachine misschien uit kan. Hij krijgt een beetje last van zijn contactlenzen.
Cancer Bats
Wat Set Your Goals ook niet helpt, is dat Cancer Bats ze hierna als kleine jongetjes wegzetten. De vier heren uit Toronto gaan met een geweldige cover van The Beastie Boys’ ‘Sabotage’ furieus van start, waarna ze er meteen nog twee nummers doorheen knallen. Zanger Liam Cormier neemt even adempauze en meldt dat ze blij zijn in Eindhoven te spelen. Maar liever spelen ze meteen door, want ze hebben maar een half uurtje. Weer wordt het gaspedaal ingedrukt. Dynamo wordt gek. Zelfs wanneer ze wat tempo terugnemen met ‘Lucifer’s Rocking Chair’ gaat de zaal los. Het beste wordt tot het laatste bewaard. Na een heuse ‘Bat Sabbath’ show op Sonisphere sluiten ze nu af met Black Sabbath’s ‘Supernaut’. Halverwege pikt de zanger twee drumstokken op en begint mee te drummen. Plotseling komen er nog drie drummers het podium op. De gitaarriff knalt er weer in en de drummers springen het publiek in. De chaos is compleet. Wat een band.
Every Time I Die
Het lijkt dan ook een pittige kluif voor Every Time I Die te worden om deze show te overtreffen. Niets blijkt echter minder waar. Vanaf het moment dat Keith Buckley ‘Underwater Bimbo’s From Outer Space’ opent (“I want to be dead with my friends!”) tot afsluiter ‘Ebolarama’ (“This is a rock ‘n’ roll takeover!”) zegeviert Every Time I Die in Dynamo. De nummers van het nieuwe album ‘Ex Lives’ kunnen prima mee met het oudere materiaal van de mannen uit Buffalo, New York. Sterker nog: ‘Underwater Bimbo’s…’ en ‘Typical Miracle’ behoren tot het beste wat de band gemaakt heeft. Van succesplaat ‘Hot Damn!’ worden zelfs maar twee nummers gespeeld. De moderne hardcore van Every Time I Die varieert van chaotisch (‘Bored Stiff’, ‘The Marvelous Slut’) tot rechtgeaarde rock ‘n’ roll (‘Wanderlust’, ‘The New Black’), maar verslapt nooit. En waar het eerdere bands vanavond nog aan uitstraling ontbrak, is zanger Keith Buckley één brok charisma. Zo helpt hij een meisje het podium op voor haar eerste stagedive ooit, grapt hij met een fan die net wil stagediven wanneer het nummer stopt, vraagt om applaus voor het barpersoneel en roept hij mensen op hun shirts uit te trekken. Het publiek slikt het als zoete koek en bestormt het podium veelvuldig. Every Time I Die brengt chaos naar Dynamo, maar regisseert het tot in de puntjes. Dit zou zomaar één van de beste concerten van het jaar kunnen zijn.