Als twee wervelwinden buitelen ze over elkaar én over hun woorden heen naar binnen. Geen twijfel mogelijk: moeder en dochter. Knap, blond en aanwezig. Beide willen, nog voordat de deur achter hen dicht is gevallen, veel vertellen. Over het parkeren, de uitgelopen mascara, die lieve onbegrepen opa en de vergeten foto’s. Tess groeit op met haar moeder Linda, vader Dick en haar 5 jaar jongere broer Ryan op een boomkwekerij in Hazerswoude. Linda: “Lekker in de polder, een vrijstaand huis met veel ruimte en veel dieren. Zowel buiten als binnen. Schapen, geiten, honden, konijnen, katten en alles wat maar kwam aanlopen.”
Linda: “Het zingen komt duidelijk bij mij vandaan. Ik zong veel, graag en hard met mijn moeder en zus maar het is nooit mijn beroep geworden. Ik zat voor de lol in een symfonisch rockbandje ‘Faith and Destiny’ en in een trio waarmee we minder bekende Ierse folknummers coverden.” Tess (met lichte afschuw): “Oh my God, dat was echt treurig! Er werd op woensdagavond thuis geoefend. Tot afgrijzen van mijn vader en wij kinderen. Een van die mannen had laarzen met ijzer waarmee hij de maat stampte. Hij stampte de kalk uit het plafond.”