Verslag Life I Live Festival 2012; De Plaats

Het is prima vertoeven op Roots Square

Cok Jouvenaar | Foto’s: Jan Piet Hartman, Ron van Varik en Peter Nuijen ,

Met op de achtergrond de Haagse kermis langs de Vijverberg en de kroegen van het Hofkwartier op kruipafstand is de Roots Square op de Plaats een prima locatie. Een compleet en vertrouwd plaatje voor de Hagenaar. In de volksmond wordt dit het bluespodium genoemd. Als het beestje maar een naam heeft, toch? Muzikaal is er vanavond niets mis. Zeker de puike optredens van Jaimi Faulkner en Ralph de Jongh & Crazy Hearts zijn genieten.

Aan Small Time Crooks de eer om het spits af te bijten. ‘Alsof er voor veertig jaar spinhuis op het podium staat’, is de eerste reactie. Een stel figuren met beide benen in de jaren twintig en dertig. Banjo, contrabas, mandoline, wasbord en diverse toeters zijn het gereedschap, hoedjes, petjes en bretels de outfit. Dit collectief tovert snel een vette glimlach op de lippen. Het is vooral gezellig. Small Time Crooks bestaat uit louter bekende Haagse koppen en speelt hierdoor een gewonnen thuiswedstrijd. Wie goed kijkt, herkent Sander Bonten, Remco Prins en Hugo Schneider op het podium. Logisch dat het publiek er dan op los joelt na elk nummer. Oké, het rammelt hier en daar, maar deze skiffle en folk is zo aanstekelijk, dat zelfs Ramses Shaffy’s, ‘Laat me’ een geweldige uitvoering is.

Jaimi Faulkner is door onze website al getipt. Deze jonge bard uit het land Down Under is een waar talent. Bijgestaan door de charmante vocalen van Jacinta Curuana staat dit optreden als een huis. Geheel solo komt Jaimi het podium op en pakt van meet af aan de Plaats in. Zelfs enkele dames die niet zoveel op hebben met dit soort muziek staan mee te zwijmelen met de Australiër. De set bestaat grotendeels uit materiaal van het nieuwe album ‘Highway Life’, wat zondermeer erg prettig klinkt. Mooie liedjes gemengd met folk en soul worden richting de binnenstad gestuurd. Faulkner krijgt al snel het publiek mee. Er wordt zelfs met volle overtuiging meegezongen. Met ‘She’ll be around’ en ‘Rooftops’ horen wij ook dat er ook wat te rocken valt.

Bas Paardekooper & The Blew Crue is de basis van de ‘Blues on the run’ session. Drie keer raden? Ja… dit is Stevie Ray Vaughn, Jimi Hendrix en Walter Trout. Het broodnodige bluesrockgeweld mag niet ontbreken vanavond. Een Life I Live zonder deze godenzonen te vereren is geen Life I Live. ‘Pride & Joy’ van SRV en ‘Red House’ van Hendrix rollen als eerste uit de speakers. Cary van Rheenen is één van de gastmuzikanten en blaast een stevig portie mondharmonica mee. Samen met Remco Prins verzorgt hij een battle, om hierna over te gaan in de evergreen ‘Fever’. Als klap op de vuurpijl sluit Erwin Java aan. Als gitarist heeft deze man in de schaduw gestaan van Harry Muskee. Een tribute naar ‘Cuby’ is op zijn plaats. Java is beduidend een niveautje hoger dan Paardekooper en co en stuwt het geheel een andere richting op. De klassieker ‘Window of my eyes’ is het sluitstuk en Java mag zich nu zeker tot levende legende rekenen.

Hierna is het de beurt aan een Brabantse invasie, Ralph de Jongh & Crazy Hearts. Dik zes man sterk wordt het podium verovert. Frontman Ralph de Jongh klinkt als de jonge uitvoering van Mick Jagger met de guts van Steven Tyler. Zelfs zijn motoriek doet aan deze zangers denken. Er is geen twijfel over mogelijk. Deze Brabantse groovy rock en rhythm & blues zijn geworteld in de Britse klei van Jagger en co. De ongepolijste saxofoon van Arend Bouwmeester is de slagroom op de roomsoes. De kale man scheurt lekker tegen de beat aan en zorgt ervoor dat de teugels strak worden getrokken. De band weet van doorspelen en laat geen pauze vallen. Hierdoor is het één van de energiekste en enthousiaste optredens op de Plaats dit jaar. De ster van Ralph en de zijnen is stijgende. Diverse tv-optredens, Noorderslag en zelfs de titeltrack van de tweede All Stars film staan op de CV. Hopelijk kan deze heupwiegende Brabander na vanavond ook hier voet aan de grond krijgen.

Boo Boo Davis is de hekkensluiter op de Roots Square. Gezeten op een soort van biervat lispelt de zwarte mondharmonicaspeler een paar onvervalste bluesjuweeltjes op. “This is the real shit”, deelt de man ons mede. Authentiek is het woord wat bij James ‘Boo Boo’ past. Keurig gekleed in het zwart voel je de Mississippi Delta van het podium afdruipen. Niks franjes, frutsels of versiersels. Nee, gewoon lekker basic met een zompig moerassig geluid. Denk aan Elmore James, John Lee Hooker en Robert Williams en je weet genoeg. Slechts terzijde gestaan door twee ‘Nederlandse’ heren. Met een grotere basdrum dan standaard beukt de drummer lekker door. De gitarist tovert het ene na het andere grimmige en romige geluid uit zijn stratocaster. ‘Blues Sucks’ staat er op een sticker op deze strat. Maar wie deze gitarist hoort spelen weet wel beter.