Coverbands zijn er bij de vleet, maar waar de meeste coverbands niet al te ver van het origineel af durven te wijken, doen The Hot Stewards juist het tegenovergestelde. Deze band verbouwt het origineel tot een rockend feestje. Donderdag 7 april werd het Paard van Troje door de band op zijn kop gezet met Soul Sister Dance Revolution als support-act.
Soul Sister Dance Revolution mag de kleine zaal een beetje voorverwarmen. En daarvoor ben je bij de Hagenezen aan het goede adres. De energie spat van het podium af als de band haar rauwe rocksound de zaal in stort. Ze hebben zichtbaar plezier in het optreden. Zanger Thomas van der Want en toetsenist Camiel Meiresonne lijken er een wedstrijdje 'wie heeft de grootste stage personality’ van te maken. Die wedstrijd wordt gewonnen door Camiel. Terwijl hij volledig opgaat in zijn muziek zorgt hij achter zijn orgel voor bijzonder mooie plaatjes. Tijdens het laatste nummer, ‘Soldiers of love’, wordt bassist Timothy Peterson nog even in het zonnetje gezet. Tijdens zijn laatste Haagse optreden wordt hij onder aanmoediging van de rest van de band door het publiek toegezongen.
En dan is het tijd voor de band waar iedereen voor gekomen is. Al bij de eerste klanken is de toon gezet. Getooid met bandana’s en gescheurde spijkerbroeken blazen de Steward ‘broertjes’ de zaal omver met ‘ Why tell me why’ van Anita Meijer. Daar waar Lange Frans daar onlangs nog een sociaal bewogen rapversie van maakte, weten de Stewards het wat zoete liedje te laten rocken als nooit tevoren. En na deze verrassende verbouwing zijn ook ‘Spin me round’, ‘ The edge of heaven’ en ‘When the rain begins to fall’ aan de beurt. Zelfs het ubergladde ‘Girl I’m gonna miss you’ van playback-act Milli Vanilli ondergaat een ware metamorfose. Meer dan een uur lang slingert de band een niet ophoudende stroom van rockende eighties-classics de atmosfeer in. Het publiek wordt opgezweept met gloeistaafjes, plantenspuiten, opblaas-o’s (je moest erbij zijn) en ballonnen. Een extra Steward moedigt iedereen met een bordje aan om toch vooral te dansen. Dat laatste is eigenlijk niet nodig want het is nagenoeg onmogelijk om stil te blijven staan tijdens dit aanstekelijke en bij vlagen hysterische optreden.
Toegegeven, muzikaal is het allemaal niet van bijster hoge kwaliteit. De zang is af en toe regelrecht vals en ook de rest van de bandleden laat regelmatig steken vallen, maar het kunstje wat deze band doet is zo leuk en zo goed doorgevoerd dat het allemaal niet meer uitmaakt. De heren weten bijna vergeten popklassiekers op zo’n briljante manier in een nieuw en vaak ook leuker jasje te steken dat wat uitglijders en valse noten ze direct weer vergeven worden. Een groot deel van het publiek sluit de avond al dansend op het podium af en iedereen verlaat het Paard deze avond met een dikke vette glimlach op zijn gezicht.