Meteen bij het eerste nummer ‘Ice cream’ (reeds opgepikt door 3FM-dj’s Giel Beelen en Gerard Ekdom) valt op dat L4 een toegankelijk geluid heeft, maar dan zonder in de huidige hiphopclichés te vervallen. Verwacht dus geen hiphop in de stijl van 50 Cent of Jay-Z. Nee, het geluid heeft vooral veel weg van de ‘oude school’, relaxte jazzy grooves waarover op een vriendelijke manier gerapt wordt door Arthur Rathling (DNA), Manuel Jalane Aparicio (Stamina) en Jon Tarifa (Mic-Niff).
Op de ruim zes minuten durende track ‘Sleep walking’ klinken violen, waarmee de vergelijking met bijvoorbeeld Pete Philly & Perquisite snel getrokken is. De nummers die volgen zijn minder pakkend en het is wachten op een opleving. Die komt er dan ook met nummer zeven ‘Da Jam’, alleen verspilt L4 een hoop credibility hiermee. Het refreintje met de lyrics ‘Hands in the air, bomb on the stage’ klinkt wel erg goedkoop en steekt af bij de rest van het album.
De één na laatste track ‘Get ready’ is van alle twaalf songs misschien wel het meest radiovriendelijk. Tenminste, als je de openingstrack even buiten beschouwing laat. Met het lange en door interessante toetsenpartijen ingevulde ‘Departure’ is het album ongemerkt snel tot een einde gekomen. Maar het laat de luisteraar met een positief gevoel achter. Overigens een eervolle vermelding voor het artwork: drie euromuntstukken met daarop de beeltenissen van de L4-leden, best origineel.