Haagse Popweek 2007: De finale

Veelzijdige dwarsdoorsnede van de huidige Haagse scene

Rik 't Jong | Foto's: Michella Kuijkhoven en Peisam Tsang, ,

Na een lange week (van negen dagen) met veel optredens van veel bands en artiesten, op vele locaties, kwam de Haagse popweek op zaterdagavond, middels de grote finale in het Paard van Troje, tot haar einde. Op het podium van de grote zaal was er plek vrij gemaakt voor de inmiddels al wat meer “gevestigde” namen. In de kleine zaal kon, in het kader van de Haagse popprijzen, vooral het aanstormende talent zijn en haar kunsten vertonen.

Veelzijdige dwarsdoorsnede van de huidige Haagse scene

Na een lange week (van negen dagen) met veel optredens van veel bands en artiesten, op vele locaties, kwam de Haagse popweek op zaterdagavond, middels de grote finale in het Paard van Troje, tot haar einde. Op het podium van de grote zaal was er plek vrij gemaakt voor de inmiddels al wat meer “gevestigde” namen. In de kleine zaal kon, in het kader van de Haagse popprijzen, vooral het aanstormende talent zijn en haar kunsten vertonen. Om tien voor negen is het Bagga Bownz, die in de grote zaal voor de taak staat het Haagse muziekgala te openen. Gedurende de afgelopen jaren is deze groep uitgegroeid tot een uiterst professionele en overtuigende podiumact. Hun mix van snoeiharde metalriffs, dancebeats, hiphopbreaks, vrouwelijke zang en credible raps zorgt voor een vernieuwende sound, dat inmiddels welverdiend respect vergaart, tot ver buiten Den Haag. Het publiek vult nog maar mondjesmaat de zaal, waardoor de band qua publieke interactie een stroeve start kent. Aan hun performance ligt het zeker niet, want Bagga Bownz barst van de energie en dat is op het podium duidelijk zicht- en voelbaar. Na de eerste song maant rapper L Rock dan ook de toeschouwers naar voren te komen, in plaats van een beetje halverwege de zaal te staan afwachten. Tijdens de spetterende songs als Scream en A dog’s life kan de groep uiteindelijk wel op de terechte bijval van het publiek rekenen. Na ruim drie kwartier moge het duidelijk zijn dat Bagga Bownz overtuigend haar plek in de voorste linie van de Haagse muziekscene heeft bemachtigd. De hofstad hebben ze in elk geval al, nu de rest van de wereld! De tweede band in de grote zaal, is het metalcollectief Cypher. De muziek van deze vier heren; snoeiharde death/thrash metal, valt sommige bezoekers wat rauw op hun dak. De moeilijk te verhapstukken composities met beukende drums, wervelende soli en een granieten grunt valt ietwat uit de toon met de rest van het programma van vanavond. Wellicht dat hierdoor een deel van de toeschouwers zijn heil bij All Missing Pieces zoekt. Gelukkig trekken de mannen van Cypher zich daar niets van aan en zetten ze een krachtige set neer. Nergens geposeerd of gemaakt; het publiek krijgt een pure, oprechte metal performance voorgeschoteld. Of je daar nu van houd of niet. Na het geweld van Cypher mogen de veteranen van Venus Flytrap zich bewijzen in de grote zaal. De band gaat ietwat aarzelend van start, waardoor het begin van het optreden nogal rommelig lijkt. Maar na een paar songs is alle vertwijfeling weggevallen en spelen de mannen er lustig op los. Aangevuld door de projectie van fraaie beelden, achter hen op de muur, lijkt de show van Venus Flytrap wel een reis. Soms zelfs een psychedelische trip. Met hun organische sound, aangevuld met analoge en digitale elektronica vult het Paard zich met hypnotiserende geluidsgolven. De songs van hun derde cd Come With Us (vanavond is tevens de cd-presentatie) zijn duidelijk zwaarder en duisterder dan voorheen, maar geenszins zwaarmoedig of depressief. Een goede zaak dat deze band na ruim twee jaar afwezigheid weer op de planken staat. Een van de meest spectaculaire Haagse podiumacts van de afgelopen tijd blijft toch wel Hasselhoff. Deze mannen hebben het in een korte tijd behoorlijk ver geschopt en die groei valt vanavond ook goed waar te nemen. Zanger Ass rent, zingt, springt en schreeuwt er op los, alsof zijn leven er vanaf hangt, terwijl de rest van de band er een hoogst vermakelijke rock ’n’ roll show van maakt. Hun gelikte, maar tegelijkertijd ook rauwe krautrock/new wave/electropop/punkrock komt op dit podium goed uit de verf. Hasselhoff heeft alle ingrediënten om de lokale/regionale bekendheid te ontstijgen; de sound, de looks en de poses. De groep verloochent tegelijkertijd haar (gedeeltelijke) roots evenmin. Ze sluiten hun set af met een ode aan Mariska Veres, een onstuimige cover van Shocking Blue’s Love buzz. De volgende ‘act’ op het programma heet “Popweek jam”. Hierbij wordt het Haagse van de popweek nog maar eens extra benadrukt. Met oer-Hagenees René Bom als spreekstalmeester speelt de gelegenheidsband met Bert Fonderie, Eric Schuurmans en Arie Spaans (van de Suburbs) een aantal ‘Haagse popklassiekers’. Misschien is het woord ‘jam’ hier niet volledig op zijn plaats, aangezien de band duidelijk een setlist speelt, met daarop hits van o.a. Di-rect, Q65, Golden Earring en natuurlijk ook Shocking Blue. De artiesten die langskomen om een stukje mee te doen hebben namen als Rob Bolland, René Prins, Jean Paul Rena en Mic-Nif. Een gezellig Haags tussendoortje en onderonsje. Als afsluiter betreedt zo rond twee uur Mr Pauli het podium van de grote zaal. Met zijn elektronicashow mag hij de finale van de popweek finale concluderen. Geen gemakkelijke taak, aangezien het merendeel van het - toch al niet in overvloed aanwezige - publiek er na vijf uur bandjes kijken de brui aan geeft. De muziek die Mr (Ingmar) Pauli produceert, is er daarom zeker niet minder spannend of interessant door. Hij geeft een indrukwekkende live presentatie van een sluipende mix van electro, synths, minimal, breakbeat, dark wave en trance. Deze muziek is mooie aanvulling op het totaalaanbod van de gehele avond, waarbij we een sterk overzicht hebben kunnen krijgen van wat er vandaag de dag speelt in ons aller eigenste Den Haag!