Femke Japing (Broken Social Scene, Millionaire, Kill Me Tomorrow, Fuck-Off Machete) Tino van Leeuwen (D44n & Source, Most Serene Republic, Cristian Vogel, The Locust, T. Raumschmiere), Cok Jouvenaar (Hank and Lily, De Legbatterij, The Bug, Vibracathedral Orchestra)
Zaterdag 17 november was de tweede dag van het festival met de gewaagde smaak, State X/New Forms. Rond middennacht was het beduidend drukker dan de vorige dag. Bleef op vrijdag de teller steken op rond de 500 bezoekers, de zaterdag overtrof alle verwachtingen: een kleine 750 man wist de weg te vinden naar de bijzondere acts en bands van uiteenlopende pluimage.
Het komt niet vaak voor, maar in de Grote Zaal is de ruimte op het podium beperkter dan in de zaal zelf als de leden van Broken Social Scene hun set beginnen. Er staan dan ook zeven mannen en twee vrouwen op de bühne. Het leuke van deze groep Canadezen is niet alleen dat ze mooie popmuziek maken, maar ook dat een groot deel van de bandleden verschillende instrumenten uitstekend bespeelt en ook nog eens prachtig kan zingen. Iemand die het ene moment een gitaar in zijn handen heeft, speelt het volgende ineens trompet of drums. Soms wordt op twee drumstellen tegelijk gespeeld, wat een extra vette sound oplevert. Van de twee dames speelt er een viool en de ander zingt. Deze laatste ziet er uit alsof ze ’s morgens bij het opstaan vergeten is haar haar te kammen, maar ze heeft een mooie, heldere stem. Alle bandleden bij elkaar produceren een overweldigende muur van geluid en zetten veel toeschouwers aan het dansen. Jammer dat het volume veel te hoog is. Een wat subtieler geluid zou beter bij deze luistermuziek passen.
De rookmachine draait op volle toeren als de leden van de Belgische band Millionaire het podium betreden – het lijkt wel een scène uit Gorilla’s in de mist. De bassist maakt zijn sigaret maar uit: ja, rook genoeg. Deed je bij Broken Social Scene al een stapje naar achter om je trommelvliezen te beschermen: bij Millionaire krijg je achter in de zaal nog pijn in je oren. Een keiharde sound past ook wel bij deze beukende rockband, maar de volumeknop had wel iets lager gemogen. Millionaire maakt geen nummers die blijven hangen. De muziek gaat alle kanten op en is af en toe zo druk, dat het bijna vermoeiend is. Frontman Tim lijkt daar absoluut geen problemen mee te hebben. Hij springt als een bezetene over het podium terwijl hij de meest vreemde gitaarloopjes speelt. Zijn zang klinkt – waarschijnlijk met opzet – behoorlijk overstuurd. Dit is wel mooi, maar er is geen woord van te verstaan. De nummers zijn knap uitgearrangeerd, met veel tempowisselingen die door alle bandleden perfect gevolgd worden. Toch begint het op een gegeven moment wel een beetje te vervelen en de eerst bomvolle zaal lijkt iets leger als de band zijn optreden besluit.
Even na de klok van tien is het In het Paard Podiumcafé tijd voor entertainment met Hank and Lily. We krijgen een staaltje topvermaak te zien van deze Amerikanen, die met hun punky freakshow kunnen rekenen op een goed gevulde zaal. In mei was dit muzikale rariteitenkabinet ook als te gast in het café. Wederom staat hier een totaalconcept met rode gordijntjes en al en een zeemeermin met okselhaar die het publiek welkom heet en toezingt. Alsof dit nog niet leuk genoeg is, heeft Lily een hertengewei gemonteerd in het haar. De twee mannen hebben ijzeren maskertjes voor waarin een microfoon is gemonteerd en een lasbril op. Hun liedjes zijn net zo hilarisch als hun outfit. Ze gaan over matrozen of paashazen en er zit zelfs een ode aan David Hazelhoff bij.
In de One Four gaat het serieus toe. Drummer Paul Borchers, gitarist Stef van Es en bassist Ronald Stemmerich noemen zichzelf De Legbatterij. Vele nieuwsgierigen zijn komen kijken wat dit illustere drietal uitspookt: een vorm van geïmproviseerde jazz. Het trio is zoekende naar elkaar en naar de juiste feel die dit soort muziek groot heeft gemaakt. De mannen hebben de lat te hoog gelegd. De verveling slaat genadeloos toe, ook al zijn het goede muzikanten. Een thema wordt niet goed uitgewerkt en sterft snel een zachte dood. Van Es, die met John Scofield-achtige geluidjes de improvisaties probeert in te vullen, lijkt nog iets te willen afspreken met de drummer. Ook dit lukt niet echt. Misschien was een keertje extra repeteren niet onverstandig geweest.
In de Grote Zaal van het Paard van Troje komt de reggae en breakbeat van The Bug maar langzaam op gang. Daarnaast laat het geluid van de hardware van Kevin Martin te wensen over. Als rapper MX Ras B eindelijk opkomt om een stukje ragga en andere klanken over de menigte te strooien, lijkt dit ook niet aan te slaan. Op de eerste rijen vooraan na is er haast geen beweging in het publiek te krijgen. Zeker een derde van het optreden van The Bug valt hiermee in het water. Aan het eind van de show komt alles toch nog op zijn pootjes terecht en is het publiek toch nog enthousiast geworden.
Wie wil trippen kan zijn hart ophalen bij Vibracathedral Orchestra. Dit Engels collectief geeft de bezoeker waarvoor hij is gekomen. Veel feedback en andere ondefinieerbare geluiden gaan als koude rillingen door de Kleine Zaal. Volgens veel bezoekers is het Vibracathedral Orchestra precies waar dit festival voor staat. Maar niet iedereen kan deze act waarderen. Nogal wat mensen zoeken hun heil elders op het festival. De fijnproevers beleven iets dat hen lange tijd zal bij blijven
D44n & Source geeft zijn performance in de kelder op Prinsegracht nummer 8. Deze twee dj’s zijn tevens lid van BAF Sound System en draaien dan ook drum’n’bass, zoals we dat gewend zijn van hun feestjes in onder meer Bazart.
In het Paard Podiumcafé staan een dame en twee heren op het podium, waarvan één een gigantische snor met omhoogstaande punten heeft. Blijkbaar verloopt de soundcheck van Kill Me Tomorrow niet zo soepel, of de bandleden hebben nog wat tijd nodig om in te spelen. De bassiste staat na aanvangstijd nog steeds toonladdertjes te oefenen. Als de uit de VS afkomstige band dan toch inzet, blijkt dat de meneer met de grote snor de leadzang voor zijn rekening neemt. Ondertussen speelt hij ook nog drums op een klein drumstel, gecombineerd met een elektronisch drumpaneel. De nummers van Kill Me Tomorrow zijn vrij kort. De muziek heeft wat weg van de White Stripes, maar is lang niet zo goed. De zang is nogal eentonig en er zit weinig subtiliteit in de opbouw van de nummers – eigenlijk is het één grote bak herrie. Tot opluchting van sommigen maar tot spijt van anderen stopt de band, na de verlate start, ook nog eens veel eerder dan op het programma aangegeven staat.
In de benedenzaal van One Four geeft Most Serene Republic acte de présence. De zes bandleden, onder wie een vrouw, beleven een moeizame start. Ze lijken nog op elkaar ingespeeld te moeten raken. De zanger lijkt overigens zo uit de jaren ‘60 te zijn weggelopen, met zijn Beatles-achtige jasje en dito haardracht. De muziek is te vergelijken met dat van Grandaddy, alleen gaat het er hier iets heftiger aan toe. Helaas is de zang onverstaanbaar. Bijna aan het eind zijn er gastvocalen van een extra toegevoegde zangeres. Het laatste nummer is overweldigend en laat het publiek bevredigd achter.
Cristian Vogel draait een uur lang in de Grote Zaal van het Paard. Zijn set begint met minimale techno, iets wat de mensen nog niet echt aan het dansen zet. Gelukkig weet hij wat opbouw is en zet halverwege wat heftiger aan. Op het eind heeft hij eindelijk de zaal helemaal mee.
Op naar het Paard Podiumcafé. Nashii, het kleine zangeresje van de Schotse band Fuck-Off Machete, ziet er schattig uit. Maar als ze haar mond opentrekt, blijkt ze veel meer te zijn dan een lief meisje. Ze heeft een expressieve manier van zingen – vaak klinkt het meer als schreeuwen – en spreekt alle woorden duidelijk uit. Eindelijk eens een band waarvan de teksten verstaanbaar zijn. Nashii heeft ook een aparte manier van basgitaarspelen: ze pakt vaak dubbele tonen in plaats van een enkele baslijn. De aparte rocknummers zitten vrij simpel in elkaar, maar worden door de drie bandleden met volle overgave gespeeld en dat maakt het geheel wel erg leuk. Jammer dat het optreden niet zo lang is. Misschien stopt de band wat vroeger omdat Nashii haar bedje wil opzoeken, want het is “way past my bedtime”, zegt de zangeres.
In de Grote Zaal van het Paard staat The Locust klaar om te gaan spelen. Vlak voor het optreden komt We are John Wayne van De Nieuwe Vrolijkheid uit de speakers. Deze band had overigens niet misstaan op State X. Terwijl de bandleden van The Locust, allen gehuld in strak omsluitende zwarte pakken, hun retestrakke metal ten gehore brengen, komt het publiek vooraan langzaam aan los. Eén grote chaos in het publiek vooraan is het gevolg. Minpunt van het optreden is dat er geen progressie in zit; eigenlijk is dit optreden één lang nummer, overvol met breaks dan.
T. Raumschmiere, de van Monstertruck driver bekende Berlijnse dj, is dé afsluiter van State X in de Grote Zaal. De verwachtingen zijn hooggespannen als hij zijn eerste plaat opzet. Je weet immers nooit wat je van hem kan verwachten. Hij begint zijn set met een nummer dat je ouders net zo goed tijdens het kerstdiner hadden kunnen opzetten. Langzaam mixt hij technobeats erin, wat het publiek voorzichtig aan het bewegen zet. Gedurende de set wordt duidelijk dat T. Raumschmiere ook niet vies is van electro en zelfs een vleugje trance. Wanneer hij een plaat opzet met de tekst “I’m gonna kill myself on the dancefloor” gaat het publiek pogoën, iets wat zeer uitzonderlijk is bij een techno-act. Helaas komt Monstertruck driver, waarmee hij het publiek zeer ten dienste zou kunnen zijn geweest, niet voorbij. De overgangen zijn overigens niet altijd even zuiver en aansluitend, maar het kan T. Raumschmiere vergeven worden; iedereen is blij. Even over vijven stopt hij en gaan onmiddellijk de lichten aan. State-X/New Forms was geslaagd!
State-X New Forms verrast en verbaast ook op de tweede dag
Nieuwe bands ontdekken, genieten van bekende acts
Zaterdag 17 november was de tweede dag van het festival met de gewaagde smaak, State X/New Forms. Rond middennacht was het beduidend drukker dan de vorige dag. Bleef op vrijdag de teller steken op rond de 500 bezoekers, de zaterdag overtrof alle verwachtingen: een kleine 750 man wist de weg te vinden naar de bijzondere acts en bands van uiteenlopende pluimage.