Hun voorliefde voor ontregeling en chaos is Yves Tumor nooit verloren: voor de show wordt zeker tien keer omgeroepen dat flash photography niet is toegestaan op laste van de artiest, maar al gauw vraagt Yves Tumor om alle telefoonlampjes in de zaal aan te doen. ‘We spelen nog tien nummers!’, gromt hen, voordat ze het allerlaatste liedje inzetten. Máár nu geen lagen van noise meer: met een drieluik aan albums op het vermaarde Warp is hen begonnen met het schrijven van regelrechte rock-bangers met Grote Riffs en Giga-hooks. Waarin de gekte telkens wel degelijk doorschemert: openingsnummer ‘God Is A Circle’ begint vanavond met een ijzingwekkende gil en beat van angstig in- en uitademen. In de weirde elektronica-jam ‘Honesty’ pakt hen er een stellage van microfoons bij, om hun vocals telkens verder te vervormen met gitaarpedalen. En ‘Kerosene!’ is een soort geflipte Prince-funk-tune met de meest exorbitante gitaarsolo ooit.
Die momenten zijn eigenlijk leuker dan de straightforward rocksongs waar hen soms wat slecht bij stem is, en die hun in leer gestoken glamrockband ook wel heel stevig rockend vertolkt. Vooral die gitarist, de ene moment vervalt hij in een waanzinnige pentatonische scheurmodus, het volgende begint hij als een razende te vingertappen alsof ie Eddie Van Halen is. De vraag die dan komt bovendrijven: wil Yves Tumor nu echt die flamboyante rocker zijn? Of speelt hen juist met het cliché? ‘A parody of a pop star’, zucht hen in het prachtige ‘Parody’, om een liedje later de microfoon tussen de benen te klemmen, zonnebril op te zetten en uiteindelijk zelfs als een slang over de rand van het podium te kruipen. En kijk eens naar de fans vooraan, die telkens idolaat naar de hand van Yves Tumor proberen te grijpen. Ach, wat maakt het ook uit welke gedachte erachter zit, want deze tongue-in-cheek-rockshow is super-overtuigend.