Ze tourden de hele wereld af, van Spanje tot Mexico, werden in Engeland als ware helden teruggehaald. Maar in al die comebacks sloeg Britpopband Blur ons land twintig jaar lang over. Tot dinsdag, toen ze in Ziggo Dome speelden alsof ze een branievolle jonge band waren.

‘Of er een appgroep bestaat waarin Blur-leden elkaar in de downtime berichtjes sturen?’ Alex James gniffelt. Het is elf uur 's ochtends en de Brit zit aan een kop koffie zijn hotel. ‘Nee, nee, die is er niet. De drummer spreek ik wel regelmatig, maar Coxon en Albarn verdwijnen gewoon van de radar. We zijn niet zo goed in vrienden zijn, we zijn meer familie. Maar ik stuur wel iedereen elk jaar met kerst een kaas.’ Een typischer Alex James antwoord kun je niet verzinnen. De bassist van Blur - een enthousiaste vijftiger met licht-nerveuze trekjes - staat al sinds Blur er in 2003 mee ophield bekend om zijn liefde voor kaas en zijn leven op de boerderij (het is een wonder dat ze niet verkocht worden bij de merchandise!). ‘Tja, monniken staan elke dag op, zingen in de ochtend en maken kaas in de middag, het is een geplaveid pad dat ik afloop.’ Eens in de zoveel tijd sluit hij zich weer aan bij zijn oude bandgenoten voor wat shows en wat studiotijd. Voor het eerst in twintig jaar doet de band ook Nederland aan. Twintig jaar, twee decennia: een eeuwigheid.

Hoe dat komt? Vraag het Damon Albarn in een eerlijke bui en hij zal zeggen dat ‘we’ hier in Nederland nooit genoeg liefde voor Blur getoond hebben. Niet zoals in Engeland in elk geval, waar Blur geldt als een van de giganten van de jaren negentig, de grote uitdagers van Oasis en de Battle Of Britpop. Maar natuurlijk zijn er ook in Nederland fans die de band op waarde weten te schatten. Ze zijn niet met genoeg om de Ziggo Dome tot de nok toe te vullen, maar het zijn die echte fans die vanavond het best aan hun trekken komen. In de grote Ziggo Dome speelt Blur vanavond alsof ze een branievolle jonge band in Paradiso zijn. Dit voelt niet als een gelikte grote-zaal-show, Blur toont zich op zijn ruwst.

Rauwe Britpop

Dat begint al met de opening van de set, het nieuwe liedje ‘St Charles Square’, dat zelfs nog niet eens op de streamingdiensten te horen is. Van alle nummers op nieuwe album The Ballad Of Darren (release: 21 juli) past deze het best in de set van vanavond, met een super heavy basgeluid en een gierende gitaar, waarbij Graham Coxon meteen de bril maar afzet. ‘I fucked up’, grom-zingt Damon Albarn. Maar hij relativeert meteen: ‘I’m not the first to do it’. Alex James vertelde vanmiddag dat dit het startpunt was van het nieuwe album, het eerste liedje waarbij hij ‘de klik’ weer voelde. ‘Ik had zoiets van: wat kan er nou misgaan, laten we lekker spelen. Door streaming komen jonge mensen ook nog eens makkelijker in contact met je oude liedjes. Laten we het gewoon doen. Bij de studio kwam ik de drummer tegen. Hij zei: ik weet niet man, ik weet niet of het gaat gebeuren. Maar we zijn aan de slag gegaan, en een uur later: Bam!’

Het eerste uur van de set staat in het teken van Blur in de meest elementaire vorm, voor de sierlijke strijkers en experimentele arrangementen kwamen. Pure, rauwe 90s Britpop, met een focus op vroege albums Modern Life Is Rubbish en Parklife. Dat is kennelijk wat Blur na al die jaren graag wil zijn. Met Albarn als uitdagende, een tikkeltje hautaine frontman, Coxon als geweldige gitarist met de stapel versterkers achter hem als zijn vriend. Hij keert zich er vaak naartoe om zijn Telecaster te laten galmen, maakt op een gegeven moment middenin een solo een koprol. ‘Popscene’, ‘Trouble In The Message Center’, ‘Tracy Jacks’, de band speelt ze in hoog tempo weg. Aan de andere kant staat Alex James met een tevreden glimlach toe te kijken: hiervoor ben ik van mijn boerderij gekomen.

(tekst gaat door onder de foto)

Geweldige kaas

Een stuurs begin dus, en niet makkelijk voor een grote zaal als Ziggo Dome. Of in elk geval: niet in Nederland. Damon Albarn laat zich na het zesde nummer eventjes kennen als hij een backhanded compliment mompelt: ‘You're getting better’. Hij herpakt zich, verklaart stoned te zijn en gooit er een obligate ode aan de superleuke stad Amsterdam uit. ‘Ze hebben hier geweldige kaas!’ Dan zet de band ‘Beetlebum’ in, een wat tragere, met opium doordrenkte song van het titelloze album uit 1997 en een van de bekendste Blur-songs. Na die zes openingsvlammers ontstaat er ineens een andere dynamiek, want het liedje begint weliswaar kalmer maar ontspoort volledig, met wederom Coxon in een glansrol.

Terug naar de fan-favorites, met wat oude tunes en een b-kantje dat nooit eerder op de setlist stond, het Bowie-achtige ‘All Your Life’. Het loopt hier en daar wat rommelig, met twee keer een valse start, maar ergens is dat eigenlijk wel lekker. Hier wordt echt gespeeld, het is niet teveel dichtgetimmerd, en het straalt plezier uit. Toch is het wachten op klassieker ‘Parklife’ voor echt de hele zaal om is. Ineens gaat de Ziggo Dome van voor tot achter aan en brult iedereen mee: ‘All the people, so many people, and they all go hand in hand.’ De tongue in cheek spoken word tekst, gecounterd met een volle borst meezing-refrein, maakt ‘Parklife’ vanavond Blur’s grootste song. Groter ook dan ‘Song 2’, die rare twee minuten knaller die voelt als een parodie, maar die per ongeluk groot werd door FIFA 98. Tegen alle verwachtingen in groeide het uit tot een ware klassieker. Wooohooo! Opmerkelijk en typisch voor Blur vanavond: na een hit komt steeds een downer, een moeilijk introvert liedje. Na ‘Parklife’ (het overigens prachtige) ‘To The End’ en 'Sing', na ‘Song 2’ volgt ‘This Is A Low’ als slotnummer van de reguliere set.

Grumpy enthousiasme

In de toegift volgt dan nog het euforische ‘Girls & Boys’, waarbij Albarn een regenboogvlag als een woestijngewaad om zich heen drapeert. Het is een cynisch liedje over vluchtige seks, waarvan uiteindelijk toch die ene zin van blijft hangen: ‘Always should be someone you really love.’ Het ondubbelzinnig liefdevolle ‘Tender’ voelt vanavond als een ode aan het broertje van Pip Blom, die dezelfde naam draagt als het liedje en die dus het volste recht had het voorprogramma te verzorgen. ‘Come on come on come on, Love's the greatest thing.’ En dan is er nog ‘The Narcissist’, het enige nieuwe liedje dat wel al uit is. Even een blik naar achteren, naar die dame op rij twee die elk nummer woordelijk meezingt… ja hoor, ook deze zit er al helemaal in, inclusief de rake klappen van Dave Rowntree in het verder behoorlijk ingetogen liedje over verslaving en andere obsessieve prikkels als middelen om het ego tevreden te houden.

Blur toont vanavond dat je een grumpy set kunt spelen en tegelijk uit kunt stralen dat je er lol in hebt. Een set zonder pleasers en ingecalculeerde special effects, maar recht doend aan waarom die band nou eigenlijk zo populair werd, in de early days. Blur is een bijtende band waar cynisme altijd op de loer ligt, maar in het zalvende slotnummer ‘The Universal’ duikt toch ook weer iets van optimisme op. ‘It really really really could happen.’

Setlist

1. St. Charles Square
2. There's No Other Way
3. Popscene
4. Trouble in the Message Centre
5. Tracy Jacks
6. Chemical World
7. Beetlebum
8. Trimm Trabb
9. Villa Rosie
10. Colin Zeal
11. All Your Life
12. Coffee & TV
13. End of a Century
14. Stereotypes
15. Parklife
16. To the End
17. Sing
18. Advert
19. Song 2
20. This Is a Low
----
----
21. Girls & Boys
22. Tender
23. The Narcissist
24. The Universal