In het interview vertelt Koffeman ondermeer over de liefde waarmee ze aankleding verfijnden en de groener-dan-groene festivalpoort opbouwden ("de bomen moeten meegroeien met het festival"), het luidruchtige publiek tijdens Damien Rice ("zelf heeft hij er niet zoveel notie van genomen") en de beoogde doelgroep: "Muziekliefhebbers die ook kunnen genieten van een chille vakantievibe."

Ook bespreekt hij de grote groei die het festival doormaakte: ze wisten 50 procent meer bezoekers te verwelkomen ten opzichte van de eerste editie van Down The Rabbit Hole. Maar meer dan drie muziekpodia moeten we niet verwachten in 2016, denkt Koffeman. "We willen dat je niet het gevoel krijgt dat je alles mist terwijl je op het festival rondloopt: tijdens de Hotot-shows speelt nergens anders een band. Daardoor kun je erin gaan hangen en meepakken wat je wilt, maar het ook loslaten en lekker vlotten gaan bouwen wanneer je daar zin in hebt. Tegelijkertijd zijn er met de Wilde Haren, het Vuige Veld en het Idyllische Veld voldoende plekken waar je meer muziek tegenkomt, die we niet vooraf hebben aangekondigd." Waar de groei dan wel in zit? "We hebben nu maar een kwart van het terrein van de Groene Heuvels gebruikt, hier achter zitten nog wel wat velden waar we een programma kunnen maken. We willen lucht in het programma en de locatie houden, daar moet je zorg voor dragen."

Zoals festivaldirecteur Eric van Eerdenburg vorig jaar al zei, passen er op het festivalterrein 35.000 man. "Hoe je daarnaartoe groeit, daar moet je zorgvuldig mee omgaan, je moet niet het gevoel krijgen dat mensen in het gedrang komen. Daar gaan we heel hard aan werken, dat die ruimte overeind blijft."