Ezra Furman, Into The Great Wide Open, Sportveld, zondag 7 september
ITGWO14: Goofy Ezra Furman vermaakt halfleeg Sportveld
Hoofdpodium te groot voor kleine man uit Chicago
Ezra Furman is een opvallende naam in het blokkenschema: al jarenlang maakt hij fraaie maar grotendeels onopgemerkte platen. De organisatie van Into The Great Wide Open gaf de kleine singer-songwriter met de rauwe stem desondanks een mooie spot op het hoofdpodium. Druk werd het niet, maar de mensen die er waren kregen een erg tof uurtje uurtje rock ’n roll van Furman en zijn band The Boy-Friends.
HET CONCERT:
DE ACT:
Ezra Furman uit Chigago kwam vorig jaar met de heerlijk rammelende rock ’n roll-plaat Day Of The Dog. Daarvoor trad hij vijf jaar op als Ezra Furman & the Harpoons, een periode waarin deze band drie rafelige powerpopplaten maakte die het goed deden in het collegecircuit. In 2011 maakte hij ook nog het donkere solo-album The Year Of No Returning. Hoewel de samenwerking met The Harpoons niet eens officieel beëindigd is, maakte hij met The Boy-Friends de goed ontvangen laatste plaat Day Of The Dog. In deze band krijgt saxofonist Tim Sandusky opvallend veel ruimte.
HET NUMMER:
Furman speelt zijn single My Zero redelijk vroeg in het optreden. Het is het beste liedje dat hij tot nu toe maakte. Wat rustiger en melancholischer dan het merendeel van zijn songs, maar wel met een openhartige tekst, fijne gitaarriff en wederom een opvallende rol van de saxofoon.
HET MOMENT:
Furman ziet eruit als een soort mislukte combinatie tussen een kantoorklerk en een rockabillyzanger. Nog erger wordt het als al vrij vroeg in het optreden tijdens de song The Stakes Are High zijn zonnebril op de vloer klettert. Met nog maar één glas erin zet Furman het optreden voort, het ziet er niet uit. Mooi bruggetje wel naar later in het optreden: de Bob Dylan-achtige song Take Off Your Sunglasses die hij nog met The Harpoons maakte.
OOK OPMERKELIJK:
Een klein maar ook brutaal mannetje is het, die geen enkele moeite heeft het publiek om zijn vinger te winden. Het best lukt dat met de sarcastische opmerkingen en quasi-filosofische verhalen die hij tussen de songs in ophangt, zoals een soort pleidooi voor leven in het hier en nu. “Straks mag je ons meteen weer vergeten, maar NU zijn we voor jullie de enige band ter wereld.”
HET PUBLIEK:
Tja, druk is het niet op het Sportveld. Misschien had toch Daniel Romano hier moeten staan, hoewel het bij zijn gelijktijdige optreden op het podium aan de Fortweg ook niet overvol schijnt te zijn. De aanwezigen lijken zich hoe dan ook prima te vermaken met het uurtje ruwe rock ’n roll en wagen zich enthousiast aan de bijbehorende gelijknamige dans.
HET OORDEEL:
Ezra Furman is helemaal in zijn element als de vuige rock ’n roll-zanger met uitstapjes naar psychobilly die hij sinds zijn laatste plaat is geworden. En die tegenwoordig liedjes zingt met titels als Tell Em All to Go to Hell, vanmiddag opgedragen aan iedereen die recentelijk zijn baan heeft opgezegd. Ook de wat intellectualistischere liedjes die hij met The Harpoons maakte, krijgen een minder folky en meer rockabilly uitvoering waardoor ze niet uit de toon vallen. Hetzelfde geldt voor nieuwe song Hark! To The Music en The Clash-cover Train in Vain die prima binnen zijn eigen liedjes past. Bovendien is de kleine man een rasperformer pur sang, die de aanwezigen zonder veel moeite helemaal in zijn show zuigt. Jammer alleen dat er niet zo veel aanwezigen waren; wat dat betreft waren Ezra Furman en zijn vriendjes op een kleiner podium nog een stuk beter op hun plek geweest.