De champagnekurken vlogen zaal EKKO uit, zo vlak voor Koninginnedag 2005. Drie weken lang moest het poppodium het bezoekersaantal op last van de brandweer halveren. Concerten werden verplaatst naar Tivoli/De Helling en al snel werd duidelijk dat het sympathieke kleine podium de deuren zou moeten sluiten als deze situatie lang zou duren. Maar de Gemeente Utrecht reikte een helpende hand en EKKO kreeg een bouwvergunning waardoor een noodtrap aan de achterkant van het pand kon worden gebouwd. Nu was het alleen nog maar wachten op toestemming van de buren. De noodtrap moest namelijk in hun tuin eindigen.
Maar eind december staat de tijdelijke trap er nog altijd. EKKO directeur Paul Nieuwenhuizen: "Per 1 januari krigen wij nieuwe buren. Momenteel huist het MIU, Multicultureel Instituut Utrecht, op huisnummer 4 en wij op nummer 3. Zij zijn tevens eigenaar van het pand. Als zij weg zijn, komt provinciale organisatie Stichting Maatschappelijke Vorming in het pand, een hele andere organisatie met een nieuw bestuur."
Nieuwenhuizen hoop dat het besluit over de permanente noodtrap zo snel mogelijk gemaakt wordt door de nieuwe buren: "De bouwvergunning ligt er al, dus zouden we meteen kunnen beginnen met bouwen." De podiumdirecteur weet wel waarom de huidige eigenaar van het pand, MIU, geen toestemming gaf voor de bouw van de trap. "Zij wilden niet over het graf heen regeren", aldus Nieuwenhuizen.
Mocht Stichting Maatschappelijke Vorming minder gecharmeerd zijn van een noodtrap in hun achtertuin, is het nog maar de vraag hoe het met de toekomst van EKKO gesteld is. Wordt dus vervolgd.
Case closed deel 4: EKKO nog altijd met tijdelijke brandtrap het nieuwe jaar in
Directeur Paul Nieuwenhuizen: “MIU wilde niet over het graf heen regeren”
De opluchting was groot in het voorjaar 2005 bij poppodium EKKO; de gemeente had een bouwvergunning gegeven voor de bouw van een noodtrap. Maar nog altijd is er geen permanente trap gebouwd. Directeur Nieuwenhuizen: “We wachten nog steeds op toestemming van de buren. Die willen niet over het graf heen regeren.”