Als iemand vraagt wat je voor de kost doet, wat zeg je dan?
Leo Blokhuis: ‘Ik ben een schrijver en muziekliefhebber met een achtergrond in de journalistiek. Schrijven is mijn eerste vak. Ik ging ooit naar de Evangelische School voor Journalistiek in Amersfoort. Ik maak tegenwoordig televisieprogramma’s over muziek, ik maak theaterprogramma’s over muziek, ik schrijf boeken over muziek en ik schrijf in het blad Soundz over muziek. Daarnaast maakte ik tot voor kort een programma voor Radio 6. Verder heb ik al tien jaar een programma op KX Radio.’
Wat raar, die religieuze opleiding om je vervolgens in de muziek te storten.
‘Mijn vader was dominee, dus ik kom uit een redelijk behoudend milieu. Niet dat we van de zwartekousenkerk waren, maar het werd ook niet te licht opgenomen. Ik groeide op in Wezep op de Veluwe. In die tijd had iedereen daar gewoon een televisie in de huiskamer staan, behalve de dominee. Van ons werd verwacht dat we alleen een radio hadden. Die werd dan ook intensief gebruikt. We luisterden naar De toestand in de wereld met G.B.J. Hiltermann, maar ook veel naar voetbal. Het waren de gouden jaren van Ajax. Mijn favoriete muziek komt uit die periode, alleen had ik er toen nog geen aandacht voor. Popmuziek stond toen te ver van de cultuur waarin ik mij begaf. Mijn wereld bestond uit Bach, koormuziek en kerkorgels. Mijn latere liefde voor Beatles, Beach Boys en West-coast-muziek is denk ik hierop terug te voeren, maar eind jaren zestig was er voor mij geen Hilversum 3 of Radio Veronica.’
Leo Blokhuis vanaf zondag op Radio 2 met 'het gekke neefje van 3voor12'
'Ik zou graag Radio 2,5 willen zijn: de brug slaan tussen de grote namen uit de Top 2000 en 3voor12’
De VPRO keert na 23 jaar afwezigheid terug op Radio 2 met een muziekprogramma: Blokhuis, gepresenteerd door Leo Blokhuis. Een programma met een duidelijke afzender, zegt de presentator: ‘een beetje het gekke neefje van 3voor12.’ Zondag 3 januari is de eerste uitzending, van 22:00 tot 00:00 uur op Radio 2.
Hoe ontwikkelde je dan de liefde voor radio?
‘In 1973 verhuisde het hele gezin naar Schiedam. Mijn ouders kregen toen een cassetterecorder, waarschijnlijk om preken mee op te nemen. Mijn broertje en ik namen dat ding meteen in beslag en haalden er allemaal gekkigheid mee uit. We maakten zelf Langs de lijn, maar ook kleine hoorspelen.’
Hilversum begon te lonken?
‘Ik had toen een oude buizenradio op mijn kamer staan en op de glazen display stonden allemaal steden vermeld: Berlijn, Parijs, Londen. Maar ook Hilversum! Dat vond ik enorm fascinerend. Allemaal wereldsteden plus Hilversum. Op een dag ging ik met Tienertoer met de trein naar mijn opa en oma in Kampen. Ik had mijn vriendje gedwongen om met een flinke omweg via Hilversum terug te rijden. Ik wilde één keer in mijn leven in Hilversum geweest zijn.’
En toen ben je journalistiek gaan studeren.
‘Het idee was uit armoede geboren, omdat ik geen idee had wat ik anders moest doen. Op de Evangelische School voor Journalistiek werd je eigenlijk opgeleid om goede opiniestukken te schrijven. Er waren in Amersfoort toen nog geen omroepfaciliteiten, dus schrijven was het enige dat je er kon leren. Dat is helemaal geen nadeel, omdat in de journalistiek eigenlijk alles begint bij het schrijven en het vertellen van een goed verhaal. En dat leerde je heel erg goed in Amersfoort. Niet alleen werd er gelet op de d’s en de t’s, maar ook op de opbouw van een artikel. Maar ik voelde mij niet erg aangetrokken tot die opiniërende kant van de journalistiek. Ik ben stage gaan lopen bij de EO, dat lag voor de hand, en vervolgens bij de Tros. Vervolgens ben ik eigenlijk in Hilversum blijven hangen.’
En zaten ze daar toen te wachten op een journalist met een christelijke achtergrond?
‘De enige concurrentie in die tijd kwam van de School voor Journalistiek in Utrecht. Dat was toen een enigszins losgeslagen bende. Zelf schreef ik licht kritische stukken voor het maandblad van Youth for Christ. Ik had wel iets met die levensbeschouwelijke stukken. Maar als ik daar zelf niet was weggegaan, hadden ze mij ontslagen, omdat ik niet strak genoeg in de leer was. De EO en de NCRV hadden in die tijd een probleem om aan goede mensen te komen. Mijn eerste betaalde baan in de muziek was als muzieksamensteller bij Muziek motief, een non-stop muziekprogramma van de EO. Het was een beetje een verloren uurtje, tot muziekblad Oor een beetje aardig over mij ging schrijven en vervolgens de pluggers mij ontdekten. Het was ze opgevallen dat er tussen negen en tien R.E.M. en Joe Henry werd gedraaid. Toen het kader van de EO doorkreeg wat er allemaal in hun uren werd gedraaid, was het snel met mij gedaan bij die omroep.’
Dus de popwereld zal vervolgens wel een stuk gemakkelijker voor je zijn geweest?
‘In 1993 werkte ik inmiddels voor Twee meter van de Vara en we deden verslag van de eerste editie van Lowlands samen met mensen van de KRO en VPRO. Alle medewerkers zaten in één bungalow. Daar werd ik tot vijf uur in de ochtend door de grote jongens van de VPRO onderworpen aan een soort kruisverhoor: “Wat vind jij dan van homoseksualiteit? En hoe sta jij dan tegenover dit en dat.” Dat was eigenlijk nog bedreigender dan de kant waar ik uit kwam en waar mij de maat genomen werd of ik wel recht genoeg in de leer was. Haha. Ineens werd de vraag of ik niet te recht in de leer was.’
Goed, maar nu Blokhuis dus. Op Radio 2. ‘Het wordt een programma met een duidelijke afzender.
Het is een beetje het gekke neefje van 3voor12. Hoewel ik het samen met muzieksamensteller Menno Visser maak, wil ik wel op de muziek afgerekend kunnen worden. Interactie met de luisteraar zal dan ook een rol spelen, dat is een beetje inherent aan radio vandaag de dag. Je kweekt zo betrokkenheid, is het heersende idee, maar komt er ook achter of je als programma goed bezig bent. Ik wil niet dat gezelligheid, zoals tegenwoordig vaak bij de radio, voorop staat. Blokhuis moet een programma worden met deels bekende muziek, en deels nieuwe muziek die je de luisteraar aanbiedt. We gaan niet klakkeloos singles draaien en willen de luisteraar echt informeren over nieuwe en oude muziek.’
Talloze artikelen, boeken, radioshows, televisieshows en theaterprogramma’s, waarom een nieuwe radioshow op Radio 2? Radio maken is voor een man met jouw cv een stap terug?
‘Ik heb veel liefde voor radio. Radio is suggestief: als je een liedje hoort, denk je dat het speciaal voor jou is geschreven. Daarom houd ik niet van videoclips. Die vullen te veel in. Dan kom je erachter dat het liedje helemaal niet over jou gaat, maar over iemand anders. Ik vind televisie maken weliswaar heel erg leuk, vooral de minidocumentaires voor de Top 2000, maar ik ben ooit als redacteur bij televisie binnengekomen, niet als pretty face. Ik ben geen dagvoorzitter, geen presentator. Ik wil verhalen vertellen en dat kan prima op de radio. Iedereen associeert mij al met Radio 2 vanwege de Top 2000. En ik heb de afgelopen jaren niets met de zender te maken gehad. Eigenlijk is het logisch dat we elkaar nu gevonden hebben.’
Wat is de opdracht die je vanuit de zender meekreeg?
‘Die is er niet. Ik zie wel voor mijzelf een taak weggelegd. Ik vind Bertolf een van de beste artiesten in Nederland. Maar op 3FM en op 3voor12 is er eigenlijk geen plek voor hem. Natuurlijk draaien ze daar de nieuwe single van De Staat, maar dat gaat dan dus ten koste van Bertolf. Ik zou graag Radio 2,5 willen zijn: de brug slaan tussen de grote namen uit de Top 2000 en 3voor12. Dus ik draai liever Calexico dan The Eagles, hoe goed ik die ook vind. Daarnaast neem ik veel zwarte muziek die ik de afgelopen jaren op Radio 6 draaide mee.’
Kun je garanderen dat je programma honderd procent Ricky Koole-vrij blijft?
‘Ik ben geneigd haar muziek niet te draaien, terwijl die juist thuishoort op Radio 2. Soms vervloekt zij dat ze met mij getrouwd is. Haha!’
Zouden jouw ouders er een probleem van hebben gemaakt dat u nu voor de VPRO werkt?
‘Mijn opa schreef mij ooit een brief: “Je hebt een gedegen opleiding gehad. Wat doe je nu bij de Vara?” Dat was toch niet de bedoeling. Later, op zijn sterfbed zei hij dat hij mij toen eigenlijk te hard had aangepakt. Hij had gezien dat de radio mij als persoon niet te sterk veranderd had. Want dat is natuurlijk de grootste angst in traditionele kringen. Nee, ik geloof niet dat ze er een probleem van hadden gemaakt. Die fase hadden we al gehad.’
Maar ga je nu naar de hel?
‘Ik ga niet meer elke zondag naar de kerk, maar ik ben nog wel een gelovig mens. Geloof is iets heel persoonlijks en teers. Ik denk niet dat je je daarop moet organiseren in een politieke partij, een krant of een omroep. Je kunt het niet waarmaken. Wat je in zo’n club gaat doen, is gezamenlijk de Bijbel lezen en vervolgens elkaar de maat nemen. Dus wat dat betreft: graag de VPRO!’
Zondag 3 januari is de eerste uitzending van Blokhuis, van 22:00 tot 00:00 uur op Radio 2. Over Leo Blokhuis:
Leo Blokhuis (Zevenbergen, 1961) is het vierde van acht kinderen uit een domineesgezin. Hij begon zijn carrière als muzieksamensteller bij de EO. Inmiddels heeft hij een negental boeken over muziek op zijn naam staan, evenals een viertal theatershows. In 2008 ontving hij de Pop Media Prijs voor zijn ‘enorme feitenkennis’ en zijn ‘liefde voor liedjes’ en in 2011 de Gouden Tulp voor het meest informatieve boek. ‘Don Leo’ wordt geregeld opgevoerd als popprofessor in De wereld draait door. Daarnaast maakt hij met Matthijs van Nieuwkerk de Nacht van de popmuziek en de Top 2000 a gogo. Blokhuis werkte eerder voor de VPRO als regisseur bij de radioprogramma’s Club Lek en Club 3voor12. In februari speelt hij met zijn vrouw Ricky Koole hun nieuwe theaterprogramma New Orleans. Samen brengen zij muziek en verhalen met Ruben Hein, Ocobar, toetsenist Roel Spanjers en KO Brass, de blazers van Kyteman.