Het gonst in Utrecht. Dertigers en veertigers hebben massaal hun agenda leeg gemaakt, de nieuwe generatie pakt in groepjes de fiets vanuit het centrum naar het Werkspoorkwartier en de wethouder van cultuur komt een lintje doorknippen. Aan alles voel je: de stad wil dit, een grote club genaamd KABUL à GoGo, van een cultureel ondernemer Omar Waseq die zijn nek uitsteekt om van een verhuurpand een thuishonk te maken voor een community waarvan iedereen hoopt dat ie bestaat in de Domstad.

Wat maakt een goede club? Het is een combinatie van programmering, ruimte en publiek die zorgt voor iets ondefinieerbaars dat we ‘vibe’ noemen. Wat dat betreft maakt KABUL het zich niet makkelijk in het openingsweekend door meteen in te zetten op 56 uur non stop clubben in twee zalen, met een programma dat sterk leunt op lokaal talent en weinig echte ticketsellers kent. Maar op nieuwsgierigheid trekt de club het hele weekend vol. En het zegt iets over de ambitie van de club, die meer wil bieden dan een standaard dansavondje van elf tot vijf.

De Utrechtse veteraan Nuno dos Santos legt om zeven uur de eerste plaat, een a cappella van Underground Resistance die bol staat van hoop en potentie. De main room van KABUL heet Zohal en hij voelt immens: groot en hoog, met achter de dj booth een erfstuk uit de tijd dat hier Onderweg Naar Morgen werd opgenomen, een pittoresk Mediterraans gevelaanzicht. Achter in de ruimte is een balkon met hangplekjes en een pro-Palestijnse merchkraam (iets dat op meerdere plekken binnen de club terugkeert), daaronder kronkelt al snel een lange, lange rij naar de toiletten en de kluisjes. Leuk detail: tussen de foodcourts heeft ook de enige echte avondwinkel van Utrecht (ja, serieus) een dependance gekregen. Wie de gang van het centrum naar andere clubs als WAS of de Nar wel eens gemaakt heeft, moet wel eens binnen gestapt zijn op de Vleutenseweg, voor een sixpack of een zakje dropsleutels.

Zoals gezegd: KABUL maakt het zichzelf niet makkelijk bij deze inauguratie, want er staan op de driedaagse line-up heel weinig dj’s die ervaring hebben met het bespelen van zo’n grote ruimte. Voor elke dj, en ook voor de geluidsexpert met de laptop onder zijn arm, is het aftasten, leren van wat je ziet en hoort. Te hard, te kaal, een beetje erbij, een beetje eraf. De belangrijkste les van de openingsavond is dat het kleine zaaltje boven veel gemakkelijker tot ontploffing te brengen is, en met spannender muziek. Het is er laag en compact. Goed, ook een beetje heet en benauwd, maar dat is simpel op te lossen. Openings-dj Emma Champagne Queen en haar opvolger Askmelater zien hoe in het minimalistische rode licht onder het systeemplafond de gedroomde clubvibe ontstaat.

Het grote vraagteken en de sleutel tot het succes van deze nieuwe club: welk publiek gaat hier straks week na week staan? Het hoeft niet altijd ramvol, is het verhaal: er is tijd om te groeien, en dat is mooi. Maar hoe gaat dan die grote hal aanvoelen, wordt het intiem of toch vooral groots? Blijven de underground ambities (gekoppeld aan een links-activistische signatuur) of moet de programmering breder? Gaan er na een paar van deze weekenders mensen op de gekste momenten de club in wandelen, waardoor een onvoorspelbare dynamiek ontstaat? Breekt KABUL het stramien van de standaard nacht? En hoe gaat het publiek bezit nemen van dit pand? Het moet allemaal gaan blijken de komende tijd, maar de wil is er in elk geval.