Dit jaar laat Dekmantel de zondag van het festival afsluiten door Batu. Liefhebbers van hersenkietelende UK dance kennen hem als een virtuoze dj die met zijn label Timedance aan de frontlinie van de Britse scene staat, bij het grote publiek is hij minder bekend. En daarmee neemt Dekmantel best een risico.

Het is ondertussen een Dekmanteltraditie. Die onverwachtse headliner op de zondag, een frisse speler tussen legacy-namen als Jeff Mills en Orbital en kanonnen als John Talabot en Four Tet. Daarmee maakt Dekmantel een expliciete keuze om niet alleen stil te staan bij de gevestigde namen, maar zelf headliners te kweken. Die traditie begon in 2016 met Motor City Drum Ensemble, en sindsdien is het vaste prik, met Antal, Helena Hauff en Palms Trax die in zijn voetsporen traden. Maar ook in dat rijtje is Omar McCutcheon alias Batu de absolute underdog, de meest leftfield dj die die spot ooit heeft bekleed.

Dat komt niet uit het niets. Dekmantel bouwt zorgvuldig aan zijn headliners. Door ze stage na stage te promoveren, via het Kroatische zomerfestival Dekmantel Selectors of een kleiner podium in het Amsterdamse Bos, om ze vervolgens via de Greenhouse als afsluiter op het hoofdpodium te zetten. Bij Batu liep het ook zo. En die eerste Selectors-gig in 2018? ‘Die was gestóórd’, glundert McCutcheon, terwijl een grijns door de plooien van z’n bedachtzame gezicht barst. En dat terwijl hij er bijna niet had gestaan. Oorspronkelijk zou Donato Dozzy de vrijdag afsluiten, maar toen de Italiaanse grootmeester een paar dagen van tevoren afzegde kreeg Batu een berichtje van z’n boeker. Of-ie zin had om naar Kroatië te gaan? ‘Normaal had ik nooit zo’n slot gekregen. Het was zo last-minute, ik was bloednerveus en onvoorbereid, maar het bleek een keerpunt. Voor het eerst voelde ik dat wat ik deed écht landde, en dat mensen buiten het Verenigd Koninkrijk gingen opletten.’

Daar kreeg het Dekmantelpubliek voor het eerst een voorproefje van z’n avontuurlijke draaistijl, puttend uit alle hoeken van de wereld, met tracks van Moscoman’s Disco Halal, het Portugese label Princípe en Zuid-Afrikaanse gqom, van industriële techno en minimal naar vooruitstrevende UK dance vol struikelritmes en wobbelige bassen. Oh, en hoe het veld explodeerde toen hij twee tracks van zijn besties in elkaar mixte, van Ploy’s ‘Ramos’ naar de ijzingwekkende schreeuw ‘What’ van Bruce. Ook na Selectors bleef die mix een leven leiden via Soundcloud, om door de Guardian bovenaan het lijstje met beste mixen van 2018 te worden gezet.

En zo durfde Dekmantel hem in 2019 in de Greenhouse te zetten, waar hij een set gaf die het voorstellingsvermogen te boven ging. Van opzwepende digitale percussie en bass naar uit elkaar brokkelende techno, van baile funk tot opgefokte dancehall en van Acid Arab naar Fatima Al Qadiri en Egyptische trap. Om ritmes tegen elkaar te laten botsen, en daarna over te schakelen op 170 bpm footwork en jungle. ‘Ik wilde me van mijn meest avontuurlijke kant als dj laten zien, en mensen snapten het echt. Vijf jaar daarvoor zouden mensen hebben gezegd: je kunt dit soort muziek niet draaien op een grote stage, nu voelde het alsof er een opening was ontstaan voor een nieuw geluid, en ik was op het juiste moment op de juiste plek om het te brengen. Wat dat is? De UK clubmuziek waar ik voor het eerst ingezogen werd: gebroken ritmes en bass, of het nu uit Engeland komt of uit andere hoeken van de wereld, maar ook traditionele stijlen en meer functionele techno. Ik wil precies de juiste balans vinden om het te vertalen naar zoveel mogelijk mensen. En als ik dan iets héél raars erin kan sluipen, als een Trojaans paard? Niks geeft meer voldoening.’

Waarom de dansvloeren meer open-minded zijn? Toch zeker ten dele van de Britse dancescene, dat de afgelopen tien jaar een eiland op zich was, met Livity Sound en Ben UFO’s Hessle Audio, en later Batu’s eigen Timedance en het vermaarde Wisdom Teeth als frontrunners. Die stonden aan de frontlinie van die avontuurlijke, moeilijk te classificeren Britse dance, ergens tussen techno en bass in, vaak met gebroken ritmes en met de wortels in de vroege dubstep. Batu zelf is ook een kind van die scene, vanaf het moment dat zijn oom (die rondscharrelde in de dubstepscene) zijn vinylspelers meenam naar het huis van McCutcheon’s oma en daar de Digital Mystics-klassieker ‘Ancient Memories’ opzette. En via dubstepforum.com zoog hij de hele geschiedenis van de Britse dance in zich op. ‘UK funky, house, grime, héél veel grime, IDM ook. Ik werd totaal verliefd op Autechre. Oh, en drum ’n bass, techno en dub natuurlijk. Eigenlijk alles. Het was mijn belangrijkste leerschool.’

Op aanraden van een andere dubstepforum-poster – de Britse producer Lurka – ging hij muziekproductie studeren aan de Bath Spa University. Zo kwam-ie met zijn besties (en Timedance-sleutelfiguren Ploy en Bruce) te wonen, met wie hij uitvoerig sprak over de nieuwste releases uit het UK clubcircuit (‘Die Pangaea remix van 'The Vox Attitude' van Marco Shuttle bijvoorbeeld, echt een monster. Of Beneath Radar van Pev & Kowton’).

En dan waren er nog clubnachten in de kunstzinnige studentenstad Bristol, dat zich precies op dat moment ontwikkelde tot een broeihaard voor eigenzinnige Britse dance. Dat had alles te maken met Livity Sound, het label van Peverelist. ‘Meteen voelde het als het allerspannendste in de VK. Het bracht alles samen: de snelheid en structuur van techno, maar met veel meer bass en andere invloeden uit UK clubmuziek. ‘Velez’ van Asusu, een Livity Sound-track uit 2012, was een soort eureka-moment. Het nailde de sound die ik wilde, maar me niet lukte. De vorm is heel UK, een soort breakbreak-track met een start-stop-ritme, maar de sound is veel meer techno, heel synthetisch met scherpe sound design. Ik dacht: dit is het.’

Zo bracht-ie aan het einde van het jaar zijn eerste EP uit bij Livity Sound, en stichtte hij niet veel later in 2015 zijn eigen label Timedance, dat ondertussen een razend indrukwekkende catalogus heeft opgebouwd. Van zijn eigen ritmische duizendpoten tot de slowmo-grooves van Lurka, Metrist-banger 'OL Face You Got' en de moderne UK-clubklassieker ‘Ramos’, onlangs kwam zijn eigen debuutalbum Opal uit, waarop we een veel killer geluid kregen dan we van Batu kennen. De beste Timedance-tracks zijn van het soort waarbij je je achter je oren krabt en denkt: wat ís dit nu precies?

Dus of hij ooit had verwacht dat zijn leftfield geluid zou vertalen naar de grote podia? ‘Nee, nee, totaal niet, dat had ik niet voor mogelijk gehouden. Maar ehm, ja. Dus toch.’ Hij lacht een beetje schuchter. ‘De dj waar ik het meest naar opkijk lukt dat ook. Ben UFO weet de perfecte balans te pakken tussen gigs in piepkleine clubs waar je alles kunt doen wat je wilt, en de grote headlineslots.’

En zo zag-ie de podia groter worden, stond-ie in 2019 al op Glastonbury voor duizenden mensen en krijgt hij op Dekmantel zijn grootste slot ooit. Tegelijkertijd was zijn momentum in 2019 groter dan nu, en die hype moet hij nu als headliner weer gaan bewijzen. ‘Wat je je daarbij moet voorstellen? Ik ga mijn best doen om niemand te vervreemden, uiteindelijk wil ik dat iedereen het naar z’n best heeft. Maar ik heb mijn visie. Sommige momenten zullen meer leftfield zijn, op andere momenten kan iedereen de handen in de lucht gooien voor het grootste mainstage-gevoel. Volgens mij hoef je je publiek niet te onderschatten. Volgens mij is dat open-minded genoeg nu om wat ik doe te laten werken. Bovendien: er moet altijd een beetje risico zijn.’ Hij grijnst. ‘Nee, ik maak het mezelf niet altijd even gemakkelijk.'

Batu speelt op zondag 7 augustus op Dekmantel Festival.