#ESNS14: Thomas Azier, de zwarte prins uit Berlijn

Spannend optreden met rafelrandjes

Atze de Vrieze ,

Na de kleurrijke popdiva Sandra van Nieuwland is Thomas Azier even andere koek. De zwarte prins uit Berlijn betreedt om half twee het podium in een stemmige setting. Wat ziet hij er geweldig uit. Dat leren jasje met glittertrui er onder, oorringetjes in. Het haar aan de zijkanten opgeschoren, en dan die messcherpe jukbeenderen. En dan hebben we het nog niet eens gehad over de indrukwekkende elektronische installaties, bediend door hemzelf en een assistent.

HET CONCERT:
Thomas Azier, Noorderslag, Kleine Zaal, 18-01-2014

DE ACT:
Vijf jaar lang al wachten we op het debuutalbum van Thomas Azier. We kregen wat singles en ep's, en die smaakten naar meer. Maar nu gaat het in maart eindelijk echt gebeuren voor de man in het zwart.

HET NUMMER:
Al vroeg in de set horen we een van de grootste topnummers uit zijn repertoire, 'Ghostcity', de single die jammer genoeg geen echte hit wilde worden. Het is een ijzingwekkende ode aan de grote stad, waarin simpelweg alles klopt. Azier houdt van zwaar vervormde geluiden, zowel uit zijn samplers als door zijn microfoon. Eerst dat laatste: wie vooraan staat hoort hem keihard zingen, haast gillen. En verderop in de zaal zie je dat ook, maar door het effect over zijn stem wordt die schreeuw gecomprimeerd uitgezonden. Je voelt de intensiteit, maar dan wel op afstand. Een zelfde sfeer hangt in de synthpop, die op hetzelfde moment uitnodigend, melodieus en kil en duister is. Een bijzondere balans, waar Azier zeer veel sleutelwerk in heeft zitten.

HET MOMENT:
Zoveel dat je de spanning soms in zijn lijf ziet. Hier staat een man die precies weet wat ie wil, tot in elk detail. En doordat het zo perfect moet, hoor je ook alles wat er mis gaat. Dat zijn geen grote uitglijders, eerder minuscule dingen. Een gebaar dat net iets te groot is, of een noot die de microfoon niet helemaal lekker raakt. Grappig genoeg heb je dat gevoel vaker in de coupletten dan op het moment dat het er echt op aan komt. Neem dat hoge refrein in 'Red Eyes'. Zou ie het halen? Natuurlijk haalt ie het! Of het lange, dansbare slotnummer 'Silence Of The City Lights', een donkere ode aan het licht, indrukwekkend tot het eind.

HET PUBLIEK:
'Jullie zijn niet met veel, maar de besten zijn gebleven,' complimenteert Thomas Azier zijn publiek. En terecht, want er wordt flink gedanst. En eerlijk gezegd is het ook gewoon behoorlijk druk, zeker voor dit tijdstip.

HET OORDEEL:
Het is indrukwekkend hoor, al het denkwerk dat Thomas Azier verricht heeft. De balans in zijn songs klopt, en ze zijn goed ook. Het is alleen te hopen dat hij de spanning een klein beetje kwijt kan. Er hangt na al die tijd zoveel van af, dat het niet meer mag mislukken. Het is ambitieus wat hij wil: met spannende, experimentele muziek die ook thuis is op een Subbacultcha feestje (zoals vanmiddag), naar het grote publiek. Dat is een haast onmogelijke opgave, en dat wreekt zich vanavond een beetje. Op zijn best is Thomas Azier toch wanneer hij gewoon voluit gaat en stopt met denken. Dan is hij een van de meest bijzondere acts die Nederland de laatste jaren rijk was.