Classic Albums: Caro Emerald – Deleted Scenes From The Cutting Room Floor (2010)

Het verhaal achter nu al een van de meeste succesvolle Nederlandse popplaten ooit

Gijsbert Kamer ,

De tweede Nederlandse productie dit seizoen in de reeks Classic Albums is in een aantal opzichten een buitenbeentje. Allereerst is Deleted Scenes From The Cutting Room Floor pas twee jaar oud, wat het predikaat ‘classic’ nogal prematuur maakt. Ook kun je je afvragen of Caro Emerald wel zo goed past tussen de rock-bands en –artiesten die de reeks domineren. En dan is er nog de manier waarop deze aflevering gemaakt is. Wie de Classic Album reeks een beetje kent zal het zijn opgevallen dat er geen scenes in vertoond worden, anders dan iemand die wat aan knoppen draait of een instrument bespeelt. Ook hoor je nooit iemand vragen stellen, die zijn er altijd zorgvuldig uitgeknipt.

Vooral met die laatste gewoonte wordt in deze door Britta Hosman gemaakte aflevering gebroken. Maar het is, zo blijkt al snel, dan ook meer een film die het verhaal achter het succes van de plaat wil laten zien, dan dat het echt sec alle nummers van Caro Emeralds albumdebuut wil behandelen. En dat verhaal is uniek in de Nederlandse popgeschiedenis. Alleen daarom is de keuze voor juist dit album zo terecht. Want welke Nederlandse artiest verkoopt er zomaar nog een miljoen cd’s in Europa? En wie is het echt gelukt om in het notoir moeilijke Groot-Brittannië door te breken? Caro Emerald.

En dat allemaal op een manier die aansluit bij de aloude Do-It-Yourself gedachte. De ontrafeling daarvan maakt deze film ook verplichte kost voor zij die een broertje dood hebben aan mainstream pop en hitparades, zoals ongetwijfeld veel 3voor12 volgers. Indie-nerds en anarcho punks opgelet: Caro Emerald heeft al jullie ideeën uitgevoerd met een volharding waar iedere creatieve geest wat van kan leren.

Het succesverhaal is adembenemend en ga ik hier niet helemaal verklappen. Prachtig zijn de verhalen van de drie mannen die alles bedacht en gecomponeerd hebben: Producers Jan van Wieringen en David Schreurs en de Canadese liedjesschrijver Vincent Degiorgio. Hoe Back It Up van een simpel ideetje uitgoeide tot een topproductie is interessant. Maar pas echt bijzonder, en een voorbeeld van een van de toevalligheden die deel uitmaakte van een lange reeks gelukjes die het succes bepaalden: de komst van Caroline van der Leeuw, Caro.
Er was een demo-zangeres nodig. In het boek Doorbraak! van Niels Aalberts (die ook in de film aan het woord komt) legt David Schreurs uit dat hij een demo-zangeres in gedachte had die ‘er geen tijd voor had’, waarop ‘Jan voorstelde zijn vaste demo-zangeres te vragen, ene Caroline van der Leeuw.’

Maar in de docu horen we Degiorgio zeggen dat de demozangeres domweg niet kwam opdagen. Hoe dan ook, deze dame moet zich inmiddels na Pete Best (gewezen Beatles-drummer) een van ongelukkigste mensen uit de popgeschiedenis voelen. Hoe zal het gegaan zijn als zij en niet Caro het liedje op de demo had ingezongen? Caro bleek in ieder geval de perfecte keuze. Niet alleen vanwege haar muzikale kwaliteiten, maar ook omdat ze erg goed in het team paste. Een team dat er op gebrand was op hun eigen manier de zaken aan te pakken. In Doorbraak! geeft Schreurs een zestal ideeën die aan de basis van het project stonden: de laatste was Teamspirit.

Volgens Schreurs waren ze vooral niet al te gefixeerd op succes, liever maakten ze een op en top product. Een mooi boekwerkje, goed verzorgde clips, en muziek die tot in de puntjes verzorgd was. Als je nu de eerste single Back It Up terughoort valt nog altijd op hoe knap dat nummer productioneel in elkaar zit, wat ook een van de redenen van het succes moet zijn.
Zo goed dat het moeilijk voorstelbaar is dat er indertijd geen grote platenmaatschappij was die met de band in zee wilde gaan. De verhalen van vooral Schreurs over hoe ze destijds behandeld zijn, zijn om te smullen. ‘Minimaal 15000 euro voor een publiciteitsfoto? Als je zo uit je nek lult, willen we geen deal met je.’

Prachtig is de interesse van het fameuze EMI/Blue Note, maar zoals Schreurs terecht stelt: het Blue Note van nu is niet te vergelijken met dat van vijftig of tien jaar geleden, zelfs niet met dat van een jaar geleden. Schreurs, zelf entertainment-jurist, zag niks in de deals die hem werden aangeboden en besloot dat Caro Emerald alles maar zelf in de hand moest houden. De woonkamer in de Amsterdamse Pijp werd behalve opname-studio ook verpakkingsruimte voor de cd’s, zoals van de haast aandoenlijke foto’s blijkt. Over teamspirit gesproken.

Back It Up en A Night Like This worden knoeperds van hits die het album naar zes of nog meer keer (Caro: ‘ik ben de tel kwijtgeraakt’) platina voerden. De voorgelegde kritiek dat ‘alles heel erg bedacht is’, wordt door zendermanager van 3FM Wilbert Mutsaers, die in Back It Up ‘gewoon een leuk liedje hoorde’ op het moment dat hij, net aangesteld in zijn functie, graag een nieuwe Nederlandse band wilde ondersteunen, handig gepareerd: ‘Goede popmuziek is bedacht.’ Wat natuurlijk weer niet wil zeggen dat het bedenken daarvan zo eenvoudig is. Hoe een van de meest succesvolle platen uit de Nederlandse popgeschiedenis bedacht is, dat wordt in deze historisch belangwekkende aflevering van Classic Albums goed uit de doeken gedaan.