Album van de Week (18): Viagra Boys

Zweedse punkers steken op vierde plaat weer de draak met alles, iedereen en vooral zichzelf

Trek je bierbuik maar onder je shirt vandaan: je favoriete hooligans in hotpants zijn terug van weggeweest! Met hun vierde album viagr aboys verkennen de Zweedse postpunkers wat onbekende wateren, maar zonder hun sarcastische inborst en knipoog te verliezen. 

Met voorganger Cave World (2022) bracht Viagra Boys een persiflage van complotgekkies en de domheid van de menselijke soort. Het was een vlijmscherp album, met een mate van maatschappijkritiek die de neutrale toeschouwer niet meteen van Viagra Boys zou verwachten. Die maffe zanger met het Zweedse woord voor ‘losgeslagen’ op zijn voorhoofd getatoeëerd? Die al opdrukkend en bier-spuwend over de festivalpodia rolt? Die bleek dus een aardige cultuuranalyse in huis te hebben.

Maar al dat politieke engagement bleek nogal vermoeiend, vond Sebastian Murphy. Het vierde album is dus weer lekker dom en lekker simpel, vertelde hij DIY. Zo blijkt ook uit de albumtitel: viagr aboys. Self-titled, maar dan wel na de consumptie van achttien baco’s en een vreemd blauw pilletje. Een terugkeer naar de ongecompliceerde lol dus, waarin ze niet meer de draak steken met een specifiek soort stupiditeit, maar vooral weer met zichzelf. ‘I feel like such a bitch, when I talk about Swedish politics’, geeft Murphy toe op ‘Uno II’. En op ‘Man Made of Meat’ laat Murphy in echte Rick Sanchez-stijl tussen twee woorden door een boer ontsnappen. 

De personages in zijn liedjes zijn stuk voor stuk obsessief en net niet slim genoeg om iets van hun leven te maken. Het levert geestige zinnen op over cryptocoins roken – en hoe ongezond dat is! – en cactussen eten voor ontbijt. Daarbij rakelt Murphy allerlei onzinnige internet-weetjes op, waarvan je gewoon wéét dat het vruchten zijn van lange nachtelijke doorklik-sessies op Wikipedia. Over hoe lijken anders ontbinden in veen dan in moeras, bijvoorbeeld, of over het ontkalken en herkalken van de pijnappelklier. Ondertussen blijft de band lekker hossen, met een mix van protopunk en postpunk die net wat gladder is afgewerkt dan op hun vorige platen. 

Ondanks al het sarcasme, zit er meer intelligentie en liefde in de plaat verstopt dan je zou verwachten. Op ‘Medicine For Horses’ laat Murphy zich van zijn crooner-kant zien, en de ballad ‘River King’ is bijna… tranentrekkend? ‘Lookin' at you, everything feels easy now’, zingt Murphy in een hese bariton, met de geest van Tom Waits op zijn schouder. De saxofonist – die eens wat anders mag doen dan proberen om boven de versterkers uit te blazen – vult de stiltes prachtig in. De warme tonen vloeien over in de melancholische dinergeluiden van een gezellig Chinees restaurant. Oef! Zo strepen de boys ook nog een aardige emotionele bingokaart af.

#news
Laatste nieuws en artikelen van 3voor12