De zaal druppelt langzaam vol in ’t Beest vanavond en er staat voor een vermogen aan apparatuur op het podium. Rudeboy toert in november met Boskat en eind van de maand met Fun Lovin’ Criminals. Vanavond wordt ’t Beest tijdelijk omgetoverd in de planet Urmit, door het Antwerpse Boskat.

“Welcome ladies and gentleman. We are about to embark on a journey, going somewhere between imagination, disillusion, bewilderment and truth. A place known to no one until now. (…) Welcome to planet Urmit.” Zanger/gitarist Vincent Van Santfoort en drummer Tibo Polleunis weten met z’n tweeën sound, energie en perfectie over de zaal uit te storten als waren ze een vijfkoppige band. Gehuld in bijpassende spacekleding in de vorm van tracksuits nemen ze ons mee in hun eigen punkmetalimperium, knipogend naar beroemde voorbeelden, maar: eigen werk. Net zo gemakkelijk schakelend van een intro met ‘Everybody wants to rule the world’ naar het nummer ‘Boiler’ met Rudeboy als gast. In ‘Terreur 5’ wordt klassieke akoestische gitaar op virtuoze wijze gekruist met scheurende elektrische gitaar en energieke drums. Het is een en al beheersing bij Boskat en daardoor kunnen ze hun nummers losjes brengen. De aanwezige fotografen worden op het podium geroepen voor een fotosessie en dan is het tijd voor de meester zelf: Rudeboy.

Rudeboy is namelijk terug, mét zijn oude scratchmaatje DJ DNA van Urban Dance Squad. Patrick Tilon zelf werd dit jaar 60, maar gaat nog steeds helemaal los op het podium. Met Matthias van Beek op gitaar, Axel van Oort op bas en Jochem van Rooyen op drums brengt hij een set met werk van Urban Dance Squad door de jaren heen. Het begint rustig, met ‘Selfsufficient Snake’ en daarna komt de stemming er al snel in. Sommige bezoekers maken er voor zichzelf een 1-op-1-optreden van: álle teksten meezingend en dansend. Tussendoor is er tijd voor grapjes onderling en de band speelt vrij: er staat één bonk energie vanavond. Gitarist Matthias van Beek wringt indrukwekkend muzikaal geweld uit zijn gitaar, maar laat zijn gitaar ook pingelend, bijna kwakend en pratend meerappen met Rudeboy, als tweede stem. Rudeboy is soms in gevecht met het snoer van zijn microfoon- ‘ik heb al een versterker stuk gemaakt.’ Vanaf ‘Grand Black Citizen’ met prachtige jazzy loopjes wordt het zweterig en heftiger en het publiek komt nu los. Het is een feest van herkenning vanavond. In ‘Letter to Da Better’ ontmoet hiphop blues en rock en vertelt de gitaar het verhaal. Als een gekooide tijger, met samengebalde energie, doorkruist Rudeboy het podium. Dan klinkt ‘Deeper Shade of Soul’ en daarmee wordt het een rustig en oergezellig dansfeestje. Vervolgens ‘Happy Go Fucked Up’ met reaggaesamples en uptempowerk.  Na ‘Demagogue’ – “It’s inevitable,” doet de band alsof het feest nu afgelopen is. Maar natuurlijk zijn er nog drie toegiften: ‘Nonstarter’ met prachtige gitaartintro, ‘Fast Lane’ wordt luidkeels meegezongen en ‘Bureaucrat of Flaccostreet,’ met koorachtige zang van DJ DNA. Het was geweldig, verzucht het publiek. Terug naar de 90’s, maar dan in een nieuw jasje.