Al bij binnenkomst valt het op dat de vloer van EKKO vol staat met drums, gitaren, keyboards, samplers, taperecorders en nog veel meer. Op het podium zelf staan eigenlijk nog de minste instrumenten. Een ongebruikelijke maar slimme opstelling: op het podium is te weinig ruimte om alle spullen van de bands neer te zetten, en de change-overs zouden veel te lang duren. Bijkomend voordeel is dat deze inrichting voor intieme optredens zorgt: Je kunt de artiesten bijna aanraken. Daarnaast zorgen de wisselende speelplekken voor een festivalgevoel.
Ode to the Quiet opent het festival, met vanavond voor het eerst nieuw bandlid Nana Effah-Bekoe op bas en toetsen. Een belangrijke rol in de mix van dreampop met neo-klassieke invloeden is weggelegd voor de stem en toetsen van Marianne Oldenburg. Ook drummer Otto de Jong is nadrukkelijk aanwezig: op het ene moment is zijn spel dienend, op het andere moment speels en tegendraads. Mogelijk speelt daarbij een rol dat zijn drumstel in de zaal staat en dat hij daarom nog directer te horen is. Het gitaarspel van Tobias Kerkhoven is subtiel maar trefzeker. Bij het laatste nummer staat Oldenburg verrassend genoeg op en brengt met haar zang het publiek in hogere sferen. Je kan haar droomwereld bijna voelen, welhaast aanraken. Afrondend neemt ze weer plaats op haar kruk achter de toetsen en brengt iedereen met een welgemeend dankwoord veilig terug op aarde. Een mooi opteden dat doet uitkijken naar het begin 2014 te verschijnen debuutalbum.
Ronald Straetemans is niet alleen één van de organisatoren van het Sneeuw en Ruis festival, maar treedt vanavond zelf ook met zijn band Tududuh op. De set bestaat bijna volledig uit nummers van debuutalbum Storm Murale maar is kaler, donkerder en nog industriëler dan tijdens de releaseshow. Aan de zijde gestaan door Marianne Oldenburg beperkt Straetemans zich, naast zang, tot toetsen en het spelen op zijn home-swinger. Het geluid van Tududuh heeft zich sinds het verschijnen van het album weer verder ontwikkeld en is coherenter geworden. Ons verslag van de releaseshow eindigde met de bijna profetische vraag: “Is deze versie van Tududuh ook de definitieve? De tijd zal het leren.” Met het inzicht van vanavond is het antwoord op die vraag “nee”, maar lijkt Tududuh die definitieve vorm wel steeds dichter te naderen.
Atoomnummer 83, oftewel Bismuth, is visueel met speels gemak de meest fascinerende act van het festival. Een tafel vol al dan niet op straat gevonden materialen en objecten zijn vakkundig aaneengesmeed met snaren, houtjes, plankjes en de nodige effectpedaaltjes, die uiteindelijk via een versterker de zaal in geslingerd worden. Het minst in het oog springende, maar tegelijkertijd meest bizarre ‘instrument’ van de avond komt ook op het conto van dit duo: een snaar die zaalbreed voor het podium langs gespannen is wordt met drumstok ‘bespeeld’ wat zorgt voor allerlei onaardse klanken. Toch blijft het allemaal behapbaar en goed te verstouwen. Bij tijd en wijlen klinken deze ‘nieuwe’ instrumenten zelfs uitermate prettig en is er zelfs sprake van dansbaarheid - loodzwaar wordt het nergens. Wat dat betreft doen de heren hun naam eer aan: Bismuth behoort volgens scheikundigen tot de zware metalen maar is onschadelijk voor de mens en andere organismen; een perfecte vervanger van lood.
Wouter van Veldhoven gooit het over een heel andere boeg. In het restaurantgedeelte van EKKO heeft hij een aantal oude bandrecorders met allerlei snoertjes en draadjes aan elkaar geknoopt en middels diverse mengpanelen en effectmodules produceert hij zijn 'muziek' live. Wie bij dergelijke apparatuur allerlei ruizige kraakgeluiden verwacht, komt echter bedrogen uit. Wouters geluiden zijn verrassend modern. Helaas worden zijn bliepjesbeats regelmatig overstemd door luidruchtig converserende bezoekers in de foyer, die zich niet of nauwelijks bewust lijken te zijn van wat er gaande is. De tocht die de half afgebouwde entree in de nek giert, maakt het al niet veel beter. Desondanks zijn de klankvormen die uit apparatuur van weleer stromen fascinerend genoeg om de aandacht vast te houden van hen die deze hindernissen weten te trotseren.
Het afsluitende Big Hare grijpt vervolgens terug op de moderniteit. De twee beatbroeders laten zich zijdelings vergezellen van dansende dames met hazenhoofden. Hoewel Sneeuw en Ruisfestival een plek voor experimentele muziek is, wordt er ook door dit duo opvallend veel binnen de lijntjes gekleurd. Niet zozeer qua geluiden (er valt genoeg te genieten voor de open-minded geluidsenthousiast) maar Big Hare produceert ook erg toegankelijke klanken. Bij vlagen is de muziek zelfs uitermate dansbaar en bij de wat meer upbeat stukken krjigt de band dan ook de beentjes van de vloer. Daarmee lijkt deze act er het beste in te zijn geslaagd om zo raar mogelijke geluiden zo toegankelijk mogelijk te laten klinken. Een enthousiast applaus valt hen na afloop dan ook terecht ten deel.
“Welkom bij Sneeuw en Ruis festival 2013!”, opende presentator Jos Terlingen de avond. Door de manier waarop hij dat deed en kon er eigenlijk geen misverstand bestaan: dit is de eerste editie van een festival waarvan er nog velen zullen volgen. We hopen dat dat lukt, want op dit moment zijn er maar weinig plekken in Utrecht waar naar experimentele elektronische muziek kan worden geluisterd. Aan de geconcentreerd luisterende bezoekers is af te zien dat hier zeker een basis voor is en wij kijken dan ook uit naar Sneeuw en Ruis festival 2014.
Gezien: Sneeuw en Ruis festival met Ode to the Quiet, Bismuth, Tududuh, Wouter van Veldhoven, Big Hare, vrijdag 21 december 2013 @ EKKO, Utrecht
Experimentele klanken in braaf jasje
Eerste editie Sneeuw en Ruis festival smaakt naar meer
Ronald Straetemans is niet alleen begenadigd muzikant in Tududuh, maar bewijst vanavond dat hij ook thuis is in de lokale (muziek)kunst. Vijf bands (waaronder zijn Tududuh) sieren vanavond de wonderlijke line-up van de eerste editie van het Sneeuw en Ruis-festival. Visueel wordt de avond aangekleed middels piepschuim op beats en een tl-schommel.