Na een kort openingswoord, waarin Tim Knol de zaal gevuld met trouwe clubleden, vrienden, familie en kennissen welkom heet in zijn geboortestad, speelt hij een aantal akoestische nummers. Het optreden voelt bijna als een werkelijke kerkmis; met het kerkorgel op de achtergrond zingt Knol over zijn lastige verleden en de groei die hij afgelopen jaren heeft weten te maken. Hij viel namelijk veertig kilo af en nam afscheid van zijn slopende uitgaansgewoontes en drankgebruik, mede door De Wandelclub die hij tijdens de coronapandemie heeft opgericht.
Wanneer het tijd is voor het laatste nummer wringt Knol zich naar het midden van de kerk, waar hij 'I saw the light' zingt. Het publiek zingt en klapt enthousiast mee op het gospelnummer. Na afloop stroomt de kerk langzaam leeg en verplaatst iedereen zich naar verschillende locaties in de stad.