Het zijn de liedjes die het doen. Diana Jones heeft een mooie, robuuste stem met een Tennessee twang, maar wat haar optredens onvergetelijk maakt, zijn de liedjes. Kunstwerkjes van diep doorvoelde verhalen, toongezet op melancholieke akkoorden.
Diana Jones brengt het met vakkundig gitaarspel, waarbij de in essentie eenvoudige akkoorden speels versierd en omspeeld worden.
Tussendoor vertelt ze verhalen over de liedjes. Over een murder ballad waarbij de vrouw in het spel het eens een keertje voor de verandering overleeft. Wat haar bij sommige critici meteen het label 'Hillbilly feminist' opleverde. Of over de Indiaanse oorsprong van haar grootvader, wat de inleiding was op een lied over het wel en wee van nakomelingen van deze 'native americans'.
We hebben ademloos zitten luisteren. Een vrouw met een stem en een gitaar, dat is al wat er nodig is om de zaal van het begin tot het eind geboeid te houden.