Vijf jaar Celluloid Gurus

Een uitgebreide snelcursus Sleazy Listening (2)

Ernest Poelma ,

Een vijfjarig bestaan vieren met een tweedaags festival en een eigen vinyl-compilatie is niet voor iedere Limburgse act weggelegd, maar The Celluloid Gurus hebben in het halve decennium dat ze bestaan genoeg contacten gelegd om hier hun hand niet voor om te draaien. Wie zijn dit illustere duo, wat doen ze en wat kunnen we nog van ze verwachten? Vervolg van een diepte-interview met Joep Indemans en Ron Koerts.

Een uitgebreide snelcursus Sleazy Listening (2)

Mede door het feit dat Ron’s LP collectie een aanzienlijk aantal obscure platen bevatte, werd vijf jaar geleden de basis gelegd voor het succesconcept The Celluloid Gurus. “Ik draaide op meerdere plekken en ik was daar meer voor de ander aan het draaien.” Joep: “Slaaf van het publiek noemde je dat toch?” “Ja, dan werd wéér dat nummer aangevraagd, wilden ze het hitje van dEUS horen, terwijl ik net een ander nummer van die band had gedraaid. Ik had daar af en toe zo de balen van. Daarbij heb ik heel veel muziek die ik toen gewoon nergens kwijt kon.” Joep: “Binnen dit concept kan Ron doen wat hij wil. Het publiek, opvoeden is misschien het verkeerde woord, maar kennis laten maken met onbekende, maar goede muziek.”

De vaak pikante en veelbesproken filmcollectie van Joep maakt van The Celluloid Gurus een dynamische kijk- en luisterervaring. “We letten op het publiek en wat de ander doet, dat stemmen we altijd op elkaar af.” Ron: “We zijn niet een dj in de ene en een vj in de andere hoek, die elk voor hun eigen ding gaan.” Joep: “We kijken niet naar wie het publiek het beste amuseert, als de mensen staan te dansen, ga ik uit mijn dak, als ze staan te kijken, ga ik ook uit mijn dak. Het is prima, we willen gewoon dat het publiek een leuke avond heeft.” Ron: “Mensen die ons nog niet kennen, worden in eerste instantie overrompeld door de filmpjes, maar als je alleen filmpjes zou draaien, ben je zo klaar. Het gaat er net om dat je ook de input in je oren krijgt. Dat de muziek bijpassend is en bijdraagt aan een gevoel van nostalgie.”

Dit nostalgische gevoel bereiken de mannen niet alleen met wát ze afspelen, het medium is minstens zo belangrijk. Ron zweert bij vinyl, terwijl Joep een batterij 8mm projectoren tot zijn beschikking heeft. “Joep en ik zitten qua één ding heel erg op een lijn. Als we over een rommelmarkt lopen en we zien een oud apparaat staan, dan weten we niet wat het is, maar we vinden het te gek. Dat je aan die knoppen kunt draaien.” Joep: “Dat is dan de emotionele kant. Als je puur objectief gaat kijken, staat film nog altijd dichter bij de werkelijkheid, dan dvd’s of een beamer en een grammofoon is qua geluid nog altijd warmer dan een ietwat killere cd. We beperken ons daarmee, maar door die beperking wordt je juist creatiever.”

Op de vraag wat dan qua filmbeelden de doorslag geeft, is Joep zeer stellig: “Het gaat om het retro-gevoel. Je ziet aan de erotische beelden, dat het vróeger opwindend was.” Ron: “Dat wil ik wel even nuanceren. Als wij de films niet zouden knippen, zijn de beelden waarschijnlijk net zo smerig als de porno van nu. Waar het om gaat, is de suggestie: als je geen ‘onderdelen’ ziet, vinden wij het prima.” Joep: “Als het te expliciet is, knippen we het eruit. Het gaat meer om de ambiance, het behang en de dialogen.”

Tja, die dialogen… is het toeval dat de Gurus voornamelijk Duitstalige citaten gebruiken? Joep: “Ik denk dat Duitsers als volk graag wat meer geld uitgeven aan dat soort dingen, dus de Duitse markt was interessant voor de, duurdere, geluidsfilms. Bij Engelse films zit bijvoorbeeld nooit geluid, dus of de Engelsen dan te goedkoop waren om een film met geluid te kopen…” Ron: “Dat geldt zeker voor porno, want andere films vinden we wél in het Engels; ‘War of the Worlds’ bijvoorbeeld.” Joep: “Maar het wordt nog vreemder, want we hebben ook Deense of Italiaanse films, met Dúitse spraak. Ik denk dat Duitsers graag porno met geluid hebben, als enige volk op de wereld.” Ron: “Het is ook de mooiste taal om van die vieze praat in te houden.” Joep: “Duitsers hebben een heel bijzonder soort humor. Dat hoor je dan vaak in die dialogen, daar zakt je echt de broek van af en dát maakt het leuk.”

Iets waar sommigen de broek van afzakt, is Duitse muziek, maar Ron en Joeps alter ego’s ‘Rudy und Rudy’ krijgen er geen genoeg van. Ron: “Rudy und Rudy hebben een gigantische voorliefde voor Duitse Schlager, Egerländer, maar ook wat Neue Deutsche Welle en dat draaien ze te pas en te onpas.” Joep: “Het mooie is dat het geen slechte muziek is, maar er hangt zóveel negativiteit omheen dat wij het lekker vinden om het net wél te draaien.” Ron: “We zijn afgelopen jaar gevraagd om op het Parcours te draaien in Maastricht. Dat is echt de opening van het culturele seizoen, dus er zaten een hoop bobo’s in de zaal. Wij moesten voor de pauzemuziek zorgen en toen we begonnen te draaien, zaten die mensen te kijken van: ‘Wat is dít?’ Ze snapten er helemaal niks van. Maar toen we twee uur later werden aangekondigd, begonnen ze te joelen en stonden die mannen in pak uit hun dak te gaan.” Joep: “Mensen kennen het en mensen zijn de slaaf van de herkenning.” Ron: “Als ik vertel dat ik Duitse Schlagers ga draaien, lachen mensen me uit, maar wat valt er nou te lachen? Ik heb de avond van mijn leven, de muziek is geweldig, ik ben schor als ik naar huis ga, want we zingen alles keihard mee. Het gaat toch gewoon om een berg plezier? En dan durf ik zelfs te zeggen, dat we daar ook serieus in zijn, omdat het gewoon goede muziek is.”

Een ander nevenproject van de mannen is ‘Celluloid Guerilla’, wat zoveel betekent als The Celluloid Gurus op locatie. Ron: “Het was een beetje een jongensdroom om vanuit onze bus muziek te draaien en dan de filmpjes op gevels te projecteren.” Joep: “Het is gewoon een kwajongensstreek: je rijdt door een stad, je zet de bus neer bij een witte gevel, gooit de boel open en begint te draaien. Mensen die langslopen weten niet wat ze overkomt en vijf minuten later gaat de deur dicht en rijden we verder.” Ron: “Het punt is wel een beetje dat we het tot nu toe, op één keer na, altijd legaal hebben gedaan. Ik zou het wel zonder vergunning willen doen, maar we weten niet wat de consequenties zijn. Tegenwoordig is de politie overal aanwezig en binnen vijf minuten staan ze bij je. Daar zijn we toch wel bang voor, want als ze ons de projectoren en de draaitafels afnemen, zijn we verder van huis.”

Over ver van huis zijn, kunnen de heren meepraten, al benadrukt Ron dat ze daar hard voor hebben moeten werken. Een eigenschap die hij niet in veel bands uit Limburg aantreft: “Er komen maar weinig bands buiten de regio en dat vind ik jammer. Ik denk dat je alert moet zijn op waar welke bands spelen. Als ergens een band speelt waarvan je vindt dat die bij jouw muziek past, dan moet je gewoon eens contact opnemen met de programmeur. Dan heeft hij iets voor erbij. Dan krijg je natuurlijk niet de hoofdprijs qua gage, maar wil je rijk worden, of beroemd?”

Dat een kinderhand echter gauw gevuld blijkt te zijn, wordt duidelijk als de hoogtepunten van vijf jaar Celluloid Gurus de revue passeren. Joep: “We hadden een tourtje in Zwitserland en dan kom je op je hotelkamer, kijk je uit het raam en dan zie je de fucking Alpen! Daar worden wij heel blij van.” Ron: “En die club in Stuttgart: ‘Zwölf Zehn’. Daar waren tweehonderdvijftig man binnen, in een hele kleine locatie en wat ik er ook in gooide, ze bleven swingen tot het eind. Ik kon gewoon doen wat ik wilde, van afrobeat tot Dead Kennedy’s, belachelijk! Daar hebben we de meeste respons ooit gehad, die begrepen het helemaal.” Joep: “Of douchen in Paradiso, dat je je afvraagt welke grote artiest er voor jou onder die douche heeft gestaan.” Ron: “Natuurlijk was draaien op LowLands ook te gek. Dat er een rij stond om binnen te kunnen, maar we hebben ook een keer in Dordrecht in een keuken staan draaien. Een keuken! En het was geweldig! Dus het gaat niet om groot, groter, grootst. Het gaat om leuk, leuker, leukst.”