seanpenn intrigeert op vuistdik ‘Matthiola’

Ambitieus slot van een trilogie

Maarten Wagemakers, ,

seanpenn, dat is toch die Arnhemse emocoreband die af en toe met elektronica stoeide? En die in 2006 nog de terechte winnaars waren van Ernem Zweet? Die zijn het, ja. En ze zijn nu weer terug met hun derde deel in hun ep-trilogie.

Ambitieus slot van een trilogie

seanpenn is sinds de overwinning op Ernem Zweet in 2006 natuurlijk niet echt een onbekende naam meer. Ooit nog voor de eeuwwisseling begonnen als een pure emocoreband, heeft het ambitieuze viertal eigenlijk onafgebroken gezocht naar het ideale bandgeluid, lustig er op los experimenterend met songstructuren en elektronische invloeden. Hun op plaat gevangen zoektocht begon met de ep ‘Lilium’ (2005), en werd gevolgd door ‘Juniper’ (2006). En nu is er dan ‘Matthiola’, die de ep-trilogie moet voltooien. Hoewel ze met ‘Juniper’ al een forse stap voorwaarts hadden gezet sinds hun prille begindagen, weet seanpenn dit keer werkelijk alle verwachtingen te overtreffen. Aan de basis kun je nog wel elementen bespeuren van hun begindagen. Bij nummers als ‘Photograph’ en ‘Stellar Sky’ is wel te horen dat de roots van seanpenn bij de emorock in de trant van Sunny Day Real Estate en At the Drive-In ligt. Maar in tegenstelling tot wat je zou verwachten, heeft seanpenn weinig meer op met ‘normale’ liedjesstructuren. Het is alsof ze een standaard rocknummer van drie minuten als blauwdruk hebben genomen, om er vervolgens een aantal remixers op los te laten die de nummers finaal deconstrueren en opnieuw interpreteren. Zeker in het begin van de verschillende tracks zijn refreinen en coupletten nog wel herkenbaar, maar onder het geweld van drumcomputers en lang uitgerekte soundscapes vormen deze slechts een deel van de verschillende puzzelstukjes van ‘Matthiola’. Soms voelen deze aan als intrigerende, doch abstracte coda’s, zoals bij ‘Stellar Sky’. Een andere keer, zoals bij ‘Photograph’, streven ze een zekere epiek na in hun ambitieuze compositie, het originele nummer uitstrekkend over de lengte van negen minuten; zonder overigens in echte bombast te verzanden. En in andere gevallen, zoals bij opener ‘Mist’, is seanpenns ‘liedje’ op organische wijze verweven met een Kid A-achtige ruggengraat van minimalistische drums en een zweverige gitaarlijn, die het nummer tot hypnotiserende hoogtes stuwt. Het resultaat is hoe dan ook niets minder dan verbluffend. Uiteraard moet je bij dergelijke sonische aspiraties als band altijd blijven waken voor een pretentieus eindresultaat, zeker als je geen enkel nummer korter dan acht minuten voor een release hebt opgenomen. De grens tussen een episch meesterwerk en een bombastisch gedrocht is dan soms bijzonder klein, en vaak nog afhankelijk van persoonlijke smaak. Maar seanpenn komt er grotendeels wel mee weg. Er zijn hier en daar wel wat verdachte momenten (het spoken-word intermezzo waarin de ep-titel ter sprake komt, bijvoorbeeld), maar het eindresultaat is overtuigend genoeg om als concept te werken. Om met allerlei ‘beste dit en dat’-hyperbolen te gaan smijten is wellicht wat overdreven, maar een uiterst interessante plaat die per draaibeurt beter wordt, is het zeker. Natuurlijk, een band als Fireside heeft ook veelvuldig met drumcomputers gestoeid in het verleden met enigszins vergelijkbare resultaten, en de duistere soundscapes van ‘Matthiola’ lijken bij vlagen ook wel geïnspireerd te zijn door de epische aanpak van een band als And You Will Know Us By The Trail Of Dead. Maar de (deels) Arnhemse band is er desondanks in geslaagd om een voor Nederlandse begrippen bijzonder originele plaat te maken. seanpenn is ambitieuzer, voller, omineuzer, en experimenteler als band dan ze ooit zijn geweest. En wat de band in de toekomst nog kan presteren als ze deze progressiecurve voortzetten, daar kan op dit moment enkel naar gegist worden. Maar interessant wordt het zeker.